Opinie

Het coronavirus is géén Zwarte Zwaan

Maarten Schinkel

Een black swan event, zo noemde Stephen Moore, een economisch adviseur van de regering-Trump, de corona-epidemie maandag. Het Dow Jones-gemiddelde was zojuist rond de duizend punten gedaald. Voor een president die zijn succes graag afmeet aan de beurskoersen is dat een tegenslag. De bezorgdheid is terecht, natuurlijk. Maar is het coronavirus een Zwarte Zwaan?

Nee. Een pandemie op basis van een griepachtig virus valt nu niet direct in de categorie unknown unknowns. Sterker nog: deze week maakten sommige beleggers zich druk over de vraag of zij verlies zouden gaan lijden op twee zogenoemde catastrophe bonds die drie jaar geleden zijn uitgegeven door de Wereldbank. Dat zijn obligatieleningen die samen 320 miljoen dollar uitkeren bij een pandemie. Het geld kan worden gebruikt voor het versterken van de medische sector in ontwikkelingslanden.

Beleggers ontvingen een fijne rente, maar wisten dat zij hun geld kwijt zouden zijn als de voorwaarden voor een pandemie worden gehaald. Bij één van de twee leningen zou het gaan om 250 sterfgevallen in één land en ten minste 20 in een ander land. Het gaat hier om een breder financieringmechanisme voor pandemieën, de zogenoemde Pandemic Emergency Financing, die door de Wereldbank is ontwikkeld na de ebola-epidemie in Afrika van 2014 en 2015.

Goed dat er instellingen zijn die een beetje vooruitdenken en zich niet achter de zwarte zwaan verschuilen. Want de corona-epidemie, of inmiddels misschien al -pandemie, is al lang verhuisd van een zogenoemd staartrisico naar een denkbaar risico waarmee te rekenen valt. De John Hopkins-universiteit schreef er nog een half jaar geleden een lijvige handleiding over. De Wereldbank rekende al uit dat een pandemie de wereldeconomie 1 procent kan schelen, volgens ‘conservatieve schattingen’.

Beleggers ontvingen een fijne rente op catastrophe bonds, maar wisten dat ze hun geld kwijt zouden zijn bij een pandemie

Vergelijk dat eens met directeur Georgieva van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Die zei afgelopen weekeind tijdens een G20-ontmoeting in het Saoedische Riad dat het coronavirus vooralsnog 0,1 procent schade aanricht, in de vorm van minder dan verwachte economische groei. Ze zei overigens ook dat er minder gunstige scenario’s denkbaar zijn, maar daar ging ze verder niet in het openbaar op in.

Feit blijft dat er moeilijk te rekenen valt met een economie waar tegelijk de aanbodszijde een schok krijgt, in de vorm van verminderde aanvoer van grondstoffen en halffabrikaten én van werknemers – en de vraagzijde óók een schok krijgt omdat mensen thuisblijven, al dan niet vrijwillig, en weinig uitgeven.

Waar begint de analyse? Olivier Blanchard, nog steeds een van de beste economen ter wereld, zei dinsdag dat alle antivirusmaatregelen zich richten op de kern van de organisatie van de economie: de arbeidsdeling. Dat ligt voor de hand en het is erg wáár. Van de kleinste schaal, de werkplaats, tot de grootste: de globalisering. Je kunt je afvragen hoeveel welvaart we inleveren als die globalisering achteruitgaat.

In dat geval hangt het ervan af hoe goed dat proces van de-globalisering gemanaged wordt. Ideologie en geopolitiek knaagden al langer aan de wortels van de globalisering. Maar zoals wel vaker is een schok nodig om zo’n proces zich duidelijk te laten aftekenen. We komen er nu achter dat niet alleen onze auto’s voortkomen uit lange productieketens die onzekerder zijn dan gedacht. Het geldt bijvoorbeeld ook voor onze medicijnen en dus voor onze gezondheid. Je kunt je er in de toekomst maar beter op proberen voor te bereiden. Want met die Zwarte Zwaan kom je nu al niet meer weg.

Maarten Schinkel schrijft over economie en financiële markten.

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.