De huidige verhuurdersheffing, die vooral woningcorporaties betalen, lijkt zijn langste tijd te hebben gehad. Een meerderheid in de Tweede Kamer wil er van af om woningcorporaties financiële armslag te geven voor investeringen in woningbouw. Dat bleek woensdag tijdens debat in de Tweede Kamer over het scherp oplopende woningtekort in Nederland. Woningcorporaties betalen sinds 2013 jaarlijks een miljardenbedrag aan belasting via de verhuurdersheffing. Vorig jaar ging het om in totaal 1,7 miljard euro.
„De verhuurdersheffing loopt op zijn laatste beentjes”, zei het CDA-Tweede Kamerlid, Erik Ronnes. „Dat ligt op het bord van het volgend kabinet.” Als afschaffing niet op korte termijn kan – binnen deze kabinetsperiode – dan moet het kabinet in ieder geval onderzoeken of het mogelijk is om die verhuurdersheffing snel te verlagen, zo stelde het 50Plus-Tweede Kamerlid Henk Krol voor. Al voor dit debat hadden ook GroenLinks, PvdA, ChristenUnie, SP en de PVV zich op enige wijze uitgesproken tegen de verhuurdersheffing – samen met het CDA en 50Plus goed voor 85 zetels.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data41007010-85c913.jpg)
Minister Stientje van Veldhoven (Wonen en Milieu, D66) liet tijdens het debat weten de verhuurdersheffing als een onderwerp voor de volgende kabinetsformatie te zien.
Terugkeer van VROM
Het CDA kreeg tevens steun in de Kamer voor haar voorstel om het Rijk weer meer macht over de woningbouw te geven. Het ministerie voor Wonen moet omgevormd worden tot het vroegere ministerie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM), zo bepleitte Ronnes. „Met een eigen Rijksplanologische Dienst en een minister die echt het heft in handen kan nemen.”
De komende jaren moet er vooral gebouwd worden, zo werd er Kamerbreed bepleit. Jaarlijks moeten er 75.000 woningen gebouwd worden, zo is in de Nationale Woonagenda vastgelegd die in mei 2018 werd gepresenteerd. Maar die ambitie wordt bij lange na niet gehaald, vooral door een gebrek aan woningbouwlocaties.
„Het tekort aan woningen is met 3,2 procent historisch groot”, zo gaf ook verantwoordelijk minister Van Veldhoven voorafgaand aan het debat in een brief aan de Tweede kamer al aan. „We hebben op de kortst mogelijke termijn meer betaalbare woningen nodig.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/02/duin-1731925254.jpg)
De fracties van D66 en CDA gaven daar een aanzet voor. Zij willen in Almere zo snel mogelijk 25.000 woningen bouwen in het westelijke stadsdeel Almere Pampus, inclusief een metroverbinding met Amsterdam.
De plannen ervoor liggen er al jaren, de grond is eigendom van het Rijk. Maar realisatie stagneert, onder meer omdat de financiering van die metrolijn niet rond te krijgen is. D66 en CDA willen dat binnen vijf jaar de eerste schop de grond in gaat om beide projecten zo snel mogelijk rond te krijgen.
Correctie (20 februari 2020): in een eerdere versie van dit artikel werd gesproken van 75.0000 nieuwe woningen. Dat moet 75.000 zijn en is hierboven aangepast.