Kunnen alleen Nederlandse katten kopjes geven?

Redacteur Margot Poll signaleert welke boeken er ook nog zijn verschenen en kiest er steeds zes om kort te bespreken. Deze week over een persoonsverwisseling en de zelfgekozen dood van een vader.

1. Julien Sandrel: Een ander leven

Een aardig romangegeven: de 39-jarige Parijse huisarts Romane zou een lookalike hebben, die is gezien in een ziekenhuis in Marseille. Omdat de huisarts toch nog geen vakantieplannen heeft, sluit zij haar praktijk en gaat nieuwsgierig op zoek naar die vrouw in Marseille. Ook daar worden de vrouwen voor elkaar aangezien en een ontmoeting ligt voor de hand. Dan begint het lichte, psychologische verhaal van Een ander leven van de Franse schrijver Julien Sandrel (1980) met de nadruk op vader-dochter verhoudingen en familie-intriges die ontstaan door familiegeheimen. Bij het schrijven van zijn debuut (De droomlijst) uit 2018 had de schrijver naar eigen zeggen de film The Piano (1993) van Jane Campion in zijn hoofd. Bij Een ander leven zou hij de kerstfilm The Princes Switch van Michael Rohl in zijn hoofd kunnen hebben gehad; ook in die comedy overtreft de persoonsverwisseling de geloofwaardigheid.

Julien Sandrel: Een ander leven. Oorspr. titel La vie qui m’attendait. Vert. Annelies Kin. Cargo, 253 blz. € 19,99

2. Éric Chevillard: Rubber staat vast

In Rubber staat vast (1992), van de Franse novellist Éric Chevillard, werkt uitvinder, wetenschapper of beroepsklager – dat blijft in het midden – Furne aan een Manifest voor een radicale hervorming van het huidige systeem, een titel met hints naar zijn onvrede over alles zo blijkt uit de eerste regels van de novelle. ‘Furne is bijvoorbeeld tegen het principe van maartse plensbuien. En als dat nou het enige was, zou hij nog wel de stoute schoenen of een regenpak aantrekken, maar nee, er is niets waar hij niets op aan te merken heeft.’ Het huidige systeem moet volledig op zijn kop. Hij weet dat zijn plannen met de adjectiven ‘idioot, godgeklaagd, onbeschaamd’ zullen worden ontvangen, maar dat geeft niet. Wacht maar totdat je leest wat het genie vanuit de ‘filantropische instelling’ aan het voorbereiden is. Eerst moet hij aan professor Zeller van de Zellerstichting waar hij verblijft met 56 andere pensiongasten, over zijn jeugd vertellen. Zijn jeugd? Furne verveelde zich dood in zijn jeugd maar sinds wanneer kun je doodgaan van verveling? ‘Sterker nog, veel sterker nog, voor wie zich verveelt, duurt het leven juist langer – als porselein vatbaar was voor verveling, zou het niet meer zo bang hoeven zijn voor hardhandige verhuizers.’ Nee, dan rubber, rubber blijkt de oplossing voor elk probleem. ‘Rubber mag blijven, rubber staat vast’. Wie van dit (fijnzinnig vertaalde) persiflerende taalspel houdt en het niet erg vindt dat een verhaallijn soms ontbreekt, is bij Chevillard aan het juiste adres.

Éric Chevillard: Rubber staat vast. Oorspr. titel Le Caoutchouc décidément. Vert. Eva Wissenburg. Vleugels, 104 blz. € 21,80

3. Henri Beunders: Optocht der tattoos

Emeritus hoogleraar Ontwikkelingen in de Publieke Opinie Henri Beunders onderzocht de ‘onzichtbare wereld’ achter de steeds zichtbaarder wordende tatoeages. Het onderzoek bestaat uit gesprekken met tattoodragers en een uitgebreid historisch overzicht van (internationale) uitingen van rebellie en emancipatie. Optocht der tattoos begint in de jaren zestig met de kleine tattoos van ‘godin van de bevrijding’ zangeres Janis Joplin en eindigt met de waarschuwing van de NVWA ‘think before you ink’ en over de veiligheid van het zetten en het laten verwijderen van een tatoeage. ‘Tattoos’, concludeert Beunders, ‘weerspiegelen de behoefte aan bevestiging van de identiteit’. De tattoodragers drukken het verlangen uit om het eigen verhaal te vertellen en willen daarover ook in gesprek gaan. Een uitnodiging dus, al doen nieuwsgierigen er goed aan zich wellicht eerst in te lezen in Beunders’ onderzoek naar de ‘jacht op een betekenisvol bestaan’. Dan is het eerste contact alvast gelegd.

Henri Beunders: Optocht der tattoos. Jacht op een betekenisvol bestaan. De Geus, 288 blz. € 20,99

4. Resi Lankester: Na de val

In heldere zinnen die geenszins verwijtend, eerder liefdevol en betrokken zijn, schreef journaliste Resi Lankester een boek over de zelfgekozen dood van haar vader: Erik Lankester – schrijver en boekverkoper in Amsterdam en eigenaar van antiquariaat Westman’s. Niet één keer maar twee keer sprong hij uit het raam; de eerste keer overleefde hij een val van de derde verdieping en stapte na zes maanden revalideren weer ‘in dezelfde foto’ van zijn leven. De tweede keer was de val fataal en overleed haar manisch-depressieve vader op 69-jarige leeftijd. Tien jaar later kijkt Lankester in Na de val terug op de tijd voor en na de zelfmoord van haar vader – zij was toen 27 jaar. Bij elke vraag waarop zij een antwoord vond uit de talloze dozen die zij uitzocht, ontstonden nieuwe vragen.

Ook vindt zij steun in de verhalen van andere kinderen van ouders die zelfmoord pleegden, die zij voor een psychologisch maandblad interviewde en ook integreerde in deze terugblik. Voor wie is dit boek geschreven? Het gaat duidelijk niet alleen over haar vader, benadrukte Lankester in Het Parool en zij wil ook ‘andere mensen die ermee te maken hebben een hart onder de riem steken’. Het boek verdient een breder publiek, omdat Lankester zonder te verzanden in drama zo integer schrijft dat het ook voor een buitenstaander interessant is te lezen hoe betrokkenen omgaan met rouw en verwerking.

Resi Lankaster: Na de val. Zoektocht van een achterblijver. Nijgh & Van Ditmar, 368 blz. € 21,99

5. Diverse auteurs: Kattenpoëzie uit de wereldliteratuur

Een uitnodigende verzameling gedichten over katten en hun bezitters. Met het bekende ‘De Uil en de Poes’ van Edward Lear, twee ‘praktische’ door Gerrit Komrij vertaalde gedichten van T.S. Eliot (‘Hoe noem je een kat’ en ‘Het gedag-zeggen van een kat’), een prachtig maar ook venijnig sonnet van Charles Baudelaire, meer dan een ‘Ode aan de kat’ van Pablo Neruda en een hartverwarmend en wederom zo’n mooi vertaald gedicht (‘The cats will know’) van Cesare Pavese. Waar veel dichters over het spinnen van de kat, de aanhankelijkheid en het kat-en-muisspel schrijven, dicht de Brits/Amerikaanse Denise Levertov, hem wijsheid toe.

De wijsgeer

De kat eet de rozen:
zo zit hij in elkaar.
Houd hem niet tegen, laat hem.
Laat de wereld draaien,
zo zitten de dingen in elkaar.
De derde mei
was mistig, vier mei
wie zal het zeggen. Veeg
het rozenvlees bijeen, gooi de stukjes
buiten in de regen.
Hij eet nooit
elke snipper, zegt
het hart is bitter.
Zo zit hij in elkaar, hij kent
de wereld en het weer.

Dichter en schrijver Guus Luijters, die het voorwoord schreef en zelf ook enkele gedichten vertaalde, vraagt zich af of ‘kopjes geven’ voorbehouden is aan Nederlandse katten, want dat woord verscheen in geen van de gedichten uit deze verzameling.

Diverse auteurs: Kattenpoëzie uit de wereldliteratuur. Inleiding Guus Luijters. De Kring, 128 blz. € 15

6. Dominicus Lampsonius: Portretten van bekende schilders uit de lage landen

Omstreeks 1560 had de Antwerpse grafische uitgever Hieronymus Cock het idee een overzicht te maken van de schilderkunst uit de Lage Landen. Hij liet oudere en jongere meesters overtekenen en op koperen platen graveren. In 1572 verscheen voor het eerst Portretten van bekende schilders uit de lage landen met bij elk van de drieëntwintig portretten een Latijns gedicht van Dominicus Lampsonius over de kunstenaar en zijn werk. Deze humanist uit Brugge adviseerde ook de Italiaanse schilder en architect Giorgio Vasari die zijn beroemde biografieën van kunstenaars, Vite (1550), wilde uitbreiden met kunstenaars uit de lage landen. Deze nieuwe tweetalige uitgave van Portretten van bekende schilders uit de lage landen werd vertaald en toegelicht door Paul Claes en Leen Huet.

Over Hiëronymus Bosch dichtte Lampsonius bijvoorbeeld:

Wat betekent die verschrikte blik van u,
Hiëronymus Bosch? Wat betekent dat
bleke aangezicht? Hebt u misschien
helse schimmen rond zien zweven als
spoken? De spelonk van de verslindende
Pluto en het rijk van de verdoemenis
moeten zich geopend hebben voor uw oog:
zo goed wist uw meesterhand te schilderen
wat de diepste helleschoot in zich besluit.

Dominicus Lampsonius: Portretten van bekende schilders uit de lage landen. Vertaald en toegelicht door Paul Claes en Leen Huet. Polis, 168 blz. € 20