Recensie

Recensie Media

Mr. Soul: liefdevol verhaal over getroebleerde soul-legende Donny Hathaway

Soul De film ‘Mr. Soul’ is meer een geromantiseerd verhaal dan een journalistiek portret van de op 33-jarige leeftijd gestorven Amerikaanse soulzanger Donny Hathaway.

Foto Getty

Het is liefhebbers een doorn in het oog: hoe de Amerikaanse soulzanger Donny Hathaway slechts als voetnoot in de muziekgeschiedenis wordt neergezet. Terwijl hij in feite een héél hoofdstuk is. Om de diepte van zijn van gospel doordrenkte soulzang, de emotionaliteit die hij legde in de woorden die hij zong, zijn grote ‘muziek-oren’ – het intimiderende vermogen een complete muziekproductie uit te denken. En natuurlijk, de invloed die hij nog altijd heeft op vele zangers na hem.

Beluister Donny Hathaway Live, een fantastische concertregistratie.

Zijn stem was een natuurkracht, begint de film Mister Soul – A Story about Donny Hathaway, die zaterdag wordt uitgezonden, maar al via NPO Start te zien is. De zanger stond rustig op één lijn met Aretha Franklin en Ray Charles. En Hathaway had misschien wel de meeste soul van de drie, stelt manager Ed Howard.

Muzikale wapenfeiten zijn er genoeg. Grote hits met Roberta Flack (‘Where is the Love’, ‘The Closer I Get To You’). De Grammy-award. Maar daar ging het fan van het eerste uur, muziekjournalist en filmmaker David Kleijwegt (De Ballade van Lucky Fonz III, Low – You May Need a Murderer), helemaal niet om. Onbegrijpelijk vond hij het dat Hathaways wrange levensverhaal – de geesteszieke zanger pleegde na een lastige opnamedag zelfmoord op zijn 33ste – zo lang onderbelicht is gebleven.

Kleijwegt is erin geslaagd om veel betrokkenen te spreken. Zijn dochter, de bekende zangeres Lalah Hathaway, verloor haar vader op haar derde. Zij leidde naar weduwe Eulaulah, die hun vroegere huis toont. Heerlijke scènes zijn het thuis bij de zussen Minette en Jackie en broer Lavall. Dankbaar hun verhaal vertellend wordt duidelijk dat hun levens, ondanks hun beroemde broer en nog altijd in het getto, bepaald niet over rozen zijn gegaan. Maar het is vooral hun stekelige humor, vrolijkheid en samenzang die bijblijven.

Groot innerlijk conflict

Mister Soul is een meer poëtische vertelling dan een inhoudelijk complete muziekdocumentaire. Journalistieke gegevens als data, vermeldingen van albums of feiten rondom Hathaways geestesziekte (zijn diverse opnames in klinieken bijvoorbeeld) zijn weggelaten voor een meer geromantiseerde en filmische schets van zijn leven. Het is ‘A Story’ – een liefdevol verhaal over Hathaway. Waarin ook ‘mister soul’ tot leven komt, een kerel in een natte, zwarte regenjas die door de hele film wandelt. Hij is de wat kunstmatige verbeelding van Donny’s gekte. De filmmaker vond hem in een poëziebundel over de zanger (Winners Have Yet to Be Announced van Ed Pavlić).

Hoe de gekte kwam? Wie weet het? Ontsnappen aan het getto lukt weinigen enkel door scholing of uitzonderlijk talent. Als sporter of begenadigd zanger. Maar wat als talent onbeheersbaar wordt? In de vorig jaar verschenen film Devil’s Pie zagen we hoe zanger D’Angelo’s diep gewortelde geloof desastreus botste met zijn sterstatus. Hoe in zijn ‘geschenk’ de kiem lag van een groot innerlijke conflict.

Verscheurde ziel

Ook Donny Hathaway had een verscheurde ziel, ‘gifted’ als hij was en al op zijn vierde optredend als de jongste gospelzanger van het land. Hathaway voerde een tweestrijd tussen ‘pure’ muziek, gospel, en seculiere muziek waarvan zijn gelovige familie afkeer had. Altijd zong hij met een schuldgevoel, zegt predikant Jesse Jackson. Hij bezwoer zijn oma dat als hij zong over een ‘schatje’, hij dan eigenlijk de Heer toezong.

Hoewel mental illness een groot taboe was in de zwarte gemeenschap waren de veranderingen zeer merkbaar bij hem. Hoe hij na 112 opnames nog niet tevreden was. Hoe hij flipte: opnames vernietigde, ruzie zocht, gewelddadig was. Wanneer zijn „hersenen gingen kriebelen”. Paranoïde schizofrenie was de diagnose. In ‘Voices Inside’ zingt hij: „I hear voices, I see people, I hear voices of many people.” Ronduit tragisch hoe hij in 1979 uit het raam van zijn New Yorkse hotelkamer stapte.