Het Wuhan-coronavirus (Wuhan-CoV) verspreidt zich snel door China, en zal, alle maatregelen van overheden ten spijt, waarschijnlijk op korte termijn een pandemie worden, met ook epidemische verspreiding door Europa.
Tegen de tijd dat het virus in Nederland patiënten maakt, zullen we een redelijk idee hebben van de ‘virulentie’ van het virus: hoe ernstig de infecties zijn die het veroorzaakt en hoe groot de kans is eraan te overlijden. We zullen sneltesten hebben en we zullen weten welke maatregelen nodig zijn om patiënten en ziekenhuismedewerkers te beschermen tegen besmetting.
Maar wat we nog niet zullen hebben, zijn gerichte behandelingen. De medisch-wetenschappelijke respons op uitbraken is namelijk altijd schrijnend laat en therapeutisch onderzoek komt meestal pas van de grond als een epidemie alweer grotendeels voorbij is.
Dit is niet uniek voor Wuhan-CoV; hetzelfde zagen we, om maar een paar voorbeelden te noemen, bij de uitbraak van het SARS-coronavirus in China en Hongkong in 2002 en 2003, bij de uitbraak van EHEC E. coli in Duitsland in 2011, of de Nederlandse uitbraken met legionella (1999) en Q-koorts (2007-2010). Na afloop daarvan wisten we nauwelijks beter hoe die ziekten te behandelen.
Willen we leren van nieuwe uitbraken – voor de patiënten tijdens de epidemie zelf én voor toekomstige patiënten – dan moeten ziekenhuizen in feite klaar staan om vanaf de eerste dag patiënten deel laten nemen in klinisch onderzoek. Ze moeten meteen kunnen beginnen met het random verdelen van patiënten over verschillende behandelopties om zo snel mogelijk tot de beste te komen.
Hiervoor komen interventies op verschillende gebieden in aanmerking: verschillende soorten en doseringen van medicijnen, verschillende ondersteunende maatregelen. Studies die meerdere interventies tegelijk analyseren en patiënten al tijdens een studie proberen een betere behandeling te bieden, zogenaamde platformtrials, zijn nu technisch al mogelijk. In feite bepaalt de computer de behandeling op basis van een vooraf gespecificeerd algoritme, gebruikmakend van kennis die tijdens en door het onderzoek zelf wordt opgedaan.
Dagelijkse routine
De uitdaging ligt in de eerste plaats in de organisatie ervan: een afdeling kan niet van de ene op de andere dag beginnen met een platformtrial. Het protocol dient klaar te liggen en de medewerkers moeten al getraind zijn, bij voorkeur doordat een studie is ingebed in de dagelijkse routine. In de tweede plaats moet een berg regulatoire en contractuele hobbels te worden overwonnen. Medisch-ethische toetsingscommissies en ziekenhuisjuristen doen al gauw een half jaar over goedkeuringen. Om dat in perspectief te zien: de epidemie met SARS-CoV duurde zeven maanden, die met EHEC drie maanden.
De derde voorwaarde is een eenvoudige ‘inclusie’ van patiënten. Rustig een onderzoeksprotocol doorlezen en toestemming geven is voor ernstig zieke infectiepatiënten geen optie, als ze überhaupt nog bij bewustzijn verkeren.
De Europese Unie heeft de noodzaak van dergelijk onderzoek ingezien en financiert enkele initiatieven op dit gebied, waaronder de platformtrial Remap-CAP. In deze studie worden intensivecarepatiënten met ernstige longontsteking vanaf het moment van binnenkomst gerandomiseerd naar in theorie gelijkwaardige behandelingen. Een van de belangrijkste doelen is om bij nieuwe epidemieën, zoals die van Wuhan-CoV, vanaf het eerste geval gedegen wetenschappelijk onderzoek te doen waar patiënten ook direct van profiteren.
Sinds 2019 is deze studie ingebed in 52 intensivecareafdelingen (waaronder vier Nederlandse), in dertien landen in Europa, Australië, Nieuw-Zeeland en Canada. De voorbereidingen daarvoor begonnen echter al in 2014, een lange aanloop die tekenend is voor de obstakels in ontwerp, regelgeving en contractering.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/02/anp-408721428.jpg)
Blauwdruk
Remap-CAP is een experiment, in een beperkt deel van de wereld en met een vastgestelde einddatum. Mocht deze blauwdruk voor het doen van onderzoek haalbaar blijken, dan zullen overheden hopelijk bereid zijn zich voor onbepaalde tijd aan zulke studies te committeren en landen wereldwijd in zulke samenwerkingsverbanden willen participeren. Want het zou natuurlijk mooi zijn om Europese Wuhan-CoV-patiënten in een lopende platformtrial op te nemen, maar nog veel mooier als dat nu al in China gebeurde, en we dankzij hen een voorsprong zouden krijgen bij de behandeling van het virus, nog voordat het hier wordt gesignaleerd. Het wereldwijd verder invoeren van zulke platformtrials zal ons in staat stellen om bij toekomstige infecties met nog onbekende virusvarianten sneller op te treden.