Op een maandag in november was ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers erover begonnen tegen premier Mark Rutte, meteen na het wekelijkse coalitieoverleg op het ministerie van VWS in Den Haag: zou de regering niet eens de schuld op zich moeten nemen voor wat de Nederlandse overheid zelf allemaal verkeerd had gedaan in en na de Tweede Wereldoorlog?
In het herfstreces, eind oktober, had Segers in Oekraïne aan het ravijn van Babi Jar gestaan waar in 1941 bijna 34.000 Joodse Oekraïners waren doodgeschoten door Duitse militairen. In een reisverslag voor het Reformatorisch Dagblad had hij geschreven over „berouw en verzoening”. „Dit hoeft voor Europeanen niet te eindigen in schuld en schaamte.”
In Den Haag had hij, bevestigen verschillende bronnen, tegen Rutte gezegd: zou 75 jaar bevrijding niet hét moment zijn om berouw te tonen? In 2012, toen de PVV erom had gevraagd, had Rutte nog niets willen weten van een excuus. Nu was het anders. Hij beloofde Segers dat hij erover zou nadenken.
Hun gesprek, op de werkkamer van vicepremier Hugo de Jonge, duurde een kwartiertje. Het was volgens betrokkenen ook nog even gegaan over andere zwarte bladzijden uit de geschiedenis, zoals het slavernijverleden, en over hoe excuses kunnen overkomen als het gaat over wandaden van lang geleden: misschien net wat te makkelijk.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data54497692-460ec2.jpg)
Niet vooraf op de agenda
Ambtenaren van Ruttes ministerie waren vanaf dat moment gaan nadenken over de mogelijkheid van een excuus, en over formuleringen. Pas na het Kerstreces, tijdens de ministerraad op vrijdag 17 januari, was Rutte er over begonnen. Vooraf had het niet op de agenda gestaan, er waren geen stukken ter voorbereiding rondgestuurd aan de ministers. In de vergadering voegde Rutte het toe aan de lijst van te bespreken onderwerpen. Hij bracht het als open vraag, waar het kabinet een besluit over zou moeten nemen. Wat zouden de ministers ervan vinden als hij namens de regering excuses zou maken voor het handelen van de Nederlandse overheid bij de vervolging van Joden, Sinti en Roma tijdens de Tweede Wereldoorlog?
Bewindspersonen van CDA, D66 en ChristenUnie waren meteen vóór. Een klein deel van de VVD’ers in de Trêveszaal had nog vragen. Was het wel eerlijk om excuses te maken voor het optreden van politieke voorgangers, als je niet weet of je het zelf beter had gedaan in dezelfde situatie? Zouden er schadevergoedingen betaald moeten worden? En moest het kabinet nu ook excuses gaan maken voor het slavernijverleden?
Als er claims kwamen na dit excuus over de Tweede Wereldoorlog, vond een van de bewindspersonen, dan was dat maar zo. Er zou in ieder geval vooraf geen onderzoek worden gedaan naar de juridische consequenties.
Het kabinet hield het plan geheim. In het coalitieoverleg maandag – met fractievoorzitters, de premier en de vicepremiers – was het er niet over gegaan, er waren zelfs naaste medewerkers van ministers die van niets wisten.
Tot zondagochtend kwart voor twaalf, bij het Spiegelmonument in Amsterdam. Rutte had het over „te veel Nederlandse functionarissen” die hadden uitgevoerd „wat de bezetter van hen vroeg”, en dat „de bittere consequenties van registratie en deportatie” niet op tijd en niet voldoende waren „onderkend”.
Gert-Jan Segers stond ook bij het monument. In een tweet schreef hij dat hij anders altijd in de kerk zat om deze tijd. Nu was hij bij de „indrukwekkende Nationale Holocaust Herdenking” met het „indrukwekkende moment waarop excuses werden aangeboden namens de regering. Eindelijk”.