Recensie

Recensie Boeken

In deze geschiedenis hebben vrouwen wèl een glansrol

Anne Kawala Uit haar gedichten blijkt dat mannen en vrouwen door een eeuwenoude, eenzijdige blik in een rol worden gedwongen.
Foto Pymouss / Wikimedia Commons CC BY 4.0

De Franse dichteres Anne Kawala (1980) levert met In het hart van het hart van de schrijn een overrompelende aanklacht tegen een eenzijdige, mannelijke geschiedschrijving. Ze baalt er flink van, stelt ze in ‘Gedicht van de onpartijdigheid’:

ik baal er flink van ik baal er flink van dat baal dat de Geschiedenis de Geschiedenis door mannen wordt opgetekend als ze de Geschiedenis optekenen, wissen de mannen de vrouwen bijna systematisch uit

Deze gedichten eisen een plek op voor de vrouw in het algemeen, en voor Anna van Bretagne (1477-1514), koningin van Frankrijk, in het bijzonder. Het is haar hart dat het zwaartepunt in deze bundel vormt.

Het hart van Anna van Bretagne werd bewaard in een gouden schrijn, die nu deel uitmaakt van de collectie van het Musée Dobrée in Nantes. Het hart is inmiddels vergaan en vormt een leemte die het gemis aan vrouwen in de geschiedschrijving symboliseert.

Steeds opnieuw richt Kawala haar aandacht op ‘het hart van het hart’ om daaruit een rijke verzameling gedichten, vol geschiedenissen en hervertellingen los te woelen. Kawala doet voor hoe zij zelf graag de Geschiedenis had gelezen, met een glansrol voor de vrouw en het vrouwelijk perspectief. Dat deze geschiedenis zich voordoet als ongemakkelijk en vreemd, onderstreept de noodzakelijkheid van haar exercitie.

Deze vertaling vormt een derde van het Franse origineel. Het Nederlands van Kim Andringa biedt een krachtige, overtuigende stem en doet verlangen naar een vertaling van het geheel.

Mannelijke dominatie

De toon van de gedichten is van iemand die hardop nadenkt, zich verslikt in eigen zinnen, en verstrikt raakt in denkbeelden die omver geworpen moeten worden. Kawala zet door: ze vindt de woorden om haar onderwerp recht te doen. De bundel leest hierdoor als een muziekstuk dat iemand aan het instuderen is. De zinnen en zinsneden vloeien, stokken, beginnen opnieuw en stromen net weer anders verder. Korte en lange strofen wisselen elkaar af. De lange strofen wekken de indruk dat de bladspiegel te smal is en veroorzaken willekeurige regelafbrekingen.

Aanvankelijk kan de vertelwijze irriteren, maar wanneer het geworstel als een vorm op zich wordt ervaren, biedt het geheel een indringend kunstwerk dat meer te bieden heeft dan wanneer de aarzelingen waren weggelaten. Dat gladde verhaal, valt tussen de regels te lezen, kennen we nu onderhand wel. Dat door mannen opgetekende verhaal is nu juist wat moet worden opengebroken.

Wat tegen de haren in strijkt, is hier onmisbaar voor het geheel: de taal zelf toont hoe moeilijk het is te ontsnappen aan een eeuwenoude, eenzijdige (mannelijke) blik, die mannen en vrouwen in een rol heeft gedwongen. Kawala laat daarbij – met voorbeelden die haar onderzoek in de weg zitten – zien dat mannen en vrouwen daar tot op de dag van vandaag door gedomineerd worden:

van een man zou men het feminisme prijzen, hij wint er niets bij, een nobele zaak bij een vrouw leidt het tot verdenking, zij zou er iets bij winnen, een geval van eigenbelang, wat mijn belangstelling heeft is gelijkheid gelijkheid bewerkstelligen om over gelijkheid te kunnen nadenken over gelijkheid nadenken met wie voor gelijkheid belangstelling hebben.

Virginia Woolf

Eenmaal op dreef, laat Kawala zich door niets en niemand meer weerhouden. In haar enthousiasme troont ze vrouwelijke heldinnen mee, en bezingt grootheden van Olga van Kiev tot Virginia Woolf, maar ook naamloze begijnen, heksen, zusters, moeders en grootmoeders. Het hart van het hart van de schrijn lijkt ruimte te willen bieden aan álle vrouwen die zekerheid zoeken over hun rol in de maatschappij. De dichteres biedt hun een plek, een oorsprong en een bestemming – al is dat in een holte van een holte.

Kawala is zoveel op het spoor gekomen dat ze ontdekkingen die ze niet volledig in de gedichten kon onderbrengen, een plek gaf in de voetnoten aan het slot van de bundel. Deze afdeling komt misschien nog het meest in de buurt van wat zich ‘in het hart van het hart van de schrijn’ zou kunnen bevinden: een verzameling fragmenten, losstaande geschiedenissen en verklaringen, die bij elkaar een chaotische maar rijke weergave vormen van een hart in een hart, een oorsprong die ontbreekt.

Een van de meest opzienbarende geschiedenissen wordt uit de doeken gedaan in een voetnoot bij ‘Gedicht van de bomen met ballen en roeden’, waarin Kawala een Middeleeuwse afbeelding beschrijft van een boom waarin penissen groeien die geplukt dienen te worden door vrouwen. Uit de voetnoot blijkt hoe dit soort bomen werden geïnterpreteerd en aan hun einde kwamen tijdens de Hervorming ‘toen seks taboe werd en de geestelijkheid jacht begon te maken op alle vormen van afgoderij’.

Arabisch

Kawala hamert keer op keer tegen een muur en kan er niet altijd doorheen breken. Misschien gebruikt ze teveel hamers: behalve de positie van de vrouw, wil ze bijvoorbeeld ook de Westerse cultuur aan de kaak stellen, die zich onterecht verheven voelt boven de Arabische cultuur: ‘in het hart van het hart van de schrijn schrijft Dawoed het boek van de bloem/ tussen de rand van de lippen van het hart van de schrijn en de kusten van het/ Nabije Oosten maakt de Arabische poëzie de hoofse liefde mogelijk, de/ hoofse liefde in het Occitaans, van Provence tot Guyenne, van de troubadours,/ van de troïbaritz tot de koninginnen, in Aquitanië, Willem en Eleonora, vader/ en dochter in de schrijn.’

Kawala laat de Franse geschiedenis voorbijtrekken – waarbij het afvuren van jaartallen en namen die verder geen invulling krijgen, maakt dat deze niet altijd tot leven komt. Er is dan een gebrek aan details, een focus, en de dichteres lijkt zich te vertillen aan een te zware opdracht.

Nierstenen

Met ‘Gedicht van de steenziekte’, wordt de behoefte aan detaillering ingelost, en de verbeelding krijgt de vrije loop. Hierdoor komt Anna van Bretagne tot leven, opvallend genoeg in de beschrijving van haar dood. Ze overleed ten gevolge van nierstenen, maar Kawala stelt zich voor dat het koraaltakken waren en het hart van het hart van de schrijn een oceaan.

Hiermee toont Kawala dat ze niet alleen zware onderwerpen aangaat, maar een transformatieve kracht tot haar beschikking heeft. Virtuoos zet ze een eigen werkelijkheid neer. Een nieuwe geschiedenis:

in het hart van het hart van de schrijn van de nieren van Anna van Bretagne
groeien koraaltakken
[...]
in het hart van het hart van de oceaan die beukt tegen de wanden van de
schrijn van Anna’s nieren beukend, likkend aan de granieten rotskust van de
schrijn van de nieren van de koningin, in het hart van het hart van deze oceaan
groeien koraaltakken groeien en gedijen alle nierstenen, de groene algen, het
koraal en smoren haar, Anna van de pijn
sterft