Het aandeel jongeren dat met een zware straf bij Halt terechtkomt, is in zes jaar verdubbeld. 3.718 jongeren werden dit jaar tot 1 december door het Openbaar Ministerie naar Halt gestuurd voor zaken zoals mishandeling, bedreiging en hacken, een kwart van het totaal. In 2014 ging het nog om 13 procent. Dit blijkt uit cijfers verstrekt aan NRC door Halt, verantwoordelijk voor de bestrijding van jeugdcriminaliteit.
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data53416219-e84d3c.png|https://images.nrc.nl/kAHpBTBkMbEFOk-txsciHmVr6yI=/1920x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data53416219-e84d3c.png|https://images.nrc.nl/X5cYWOy_44dG2h0OxMsVc5-qLhw=/5760x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data53416219-e84d3c.png)
Jongeren van 12 tot 18 jaar die voor het eerst betrapt worden op lichte vergrijpen (zoals vernieling of winkeldiefstal) belanden normaal gesproken bij Halt. Wie zwaardere vergrijpen pleegt, kreeg voorheen vaak een straf van het OM of de kinderrechter. Tegenwoordig besluit de officier van justitie – samen met de politie, Halt en de kinderbescherming – steeds vaker om deze misdrijven zonder inmenging van de rechter via Halt te laten verlopen. De afwikkeling verloopt dan sneller en een strafblad wordt voorkomen.
Vooral de lichtere vormen van mishandeling, bedreiging en hacken komen bij Halt terecht. Jongeren die vervolgd worden, wachten vaak een half jaar voor ze aan de beurt zijn, zegt Janet ten Hoope, directeur van Halt. „Bij ons worden ze na een paar weken uitgenodigd voor een gesprek.” In sextingzaken (het delen van pikante foto’s) hoeft een tiener bovendien niet langer te vrezen dat zijn zaak wordt afgedaan als een zedendelict waaraan een blijvende aantekening kleeft.
De Haltstraf is pedagogisch van aard. Via gesprekken achterhaalt een Halt-medewerker waarom de puber zich misdroeg en laat hem of haar daarop reflecteren. De tiener biedt eventueel zijn excuses aan het slachtoffer aan. Ook volgt een werkstraf – maximaal twintig uur – en als het nodig is komt er extra hulp in de omgeving van de jongere. De werkstraf heeft een lerend oogmerk: wie een agent beledigt wast politieauto’s op het bureau, een puber die de schoolcomputer hackte, gaat aan de slag bij een computerbedrijf. Ten Hoope: „Een kind leert er niets van om een hele dag in de spoelkeuken te staan.”
Naast het aantal zware zaken neemt ook de complexiteit van de doelgroep toe, volgens Ten Hoope. Jongeren komen vaker uit probleemgezinnen en hebben vaker een lichte verstandelijke beperking. Ook het aantal jongeren dat in de knel zit met zichzelf en naar Halt moet, lijkt toe te nemen, volgens Ten Hoope.
Ruim een derde van de jongeren die naar Halt moeten gaan na het traject weer in de fout, blijkt uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek uit 2016. Bij jongeren die niet naar Halt gaan of vroegtijdig stoppen is dat 1 op de 2. Het is niet bekend hoe vaak jongeren met zwaardere zaken recidiveren, zegt Ten Hoope.
Tussen 2014 en 2018 daalde het totaal aantal zaken bij Halt van 16.903 naar 14.421, een groot deel beging een overtreding of onttrok zich aan de leerplicht. Dit jaar is sprake van een lichte stijging naar 14633 zaken, december is daarin nog niet meegerekend.