Toen Farbod Moghaddam in 2018 de juryprijs van het Leids Cabaret Festival won, ging het over zijn gunfactor en intelligente grappen. De innemende jongeman, geboren in Iran, pakte iedereen in, terwijl hij niet terugdeinsde voor harde grappen over welke bevolkingsgroep dan ook. In zijn eerste avondvullende voorstelling Vers van de pers doet hij niet anders.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/02/winnaars-leids-cabaret-festival-2018-fotograaf-martin-oudshoorn.jpg)
In twee keer drie kwartier schetst Farbod Moghaddam het luxe leventje van het vrije Westen waar men bij wijze van teambuilding oorlogje speelt door elkaar met verfballen te beschieten. Anderzijds laat hij het onvrije Iran vol geweld zien waaruit zijn ouders met hem als 5-jarig jongetje onder de arm wegvluchtten. Hij gaat er nu doodleuk op vakantie, omdat het toch ‘zijn’ land is. „Voor mensen die niet weten wat Iran is? Irak met de N van nucleair”, legt Moghaddam uit, terwijl hij zijn ergernis over de verwarring over zijn afkomst (Turk, Marokkaan, Arabier?) niet kan onderdrukken.
En zo pendelt hij tussen twee werelden en legt hij de verwarring over zijn identiteit bloot. En tegelijk onze verwarring over met wie we nou eigenlijk te maken hebben.
Het is razend knap hoe hij dat doet, spelen met vooroordelen, maar na een tijdje verlang je toch naar meer variatie, even een andere toonsoort. Hij haalt weliswaar zijn Iraanse neef van stal, best grappig, maar na een tijdje wordt het flauw.
Wat ook niet meewerkt is dat de show is opgeknipt in twee delen, terwijl een pauze juist onnodig vertraagt. Gelukkig komt het weer goed in zijn meesterlijke finale, een dialoog met God - of een god - over de verantwoordelijkheid van de mens. Dit culmineert in een uitsmijter waarmee hij ons allemaal te pakken neemt, want een plaaggeest is ie vooral.