Recensie

Recensie

Het jeugdtrauma van een topdiplomaat

Mensenrechtenvoorvechter Van activiste werd ze onder president Obama mensenrechten-adviseur en VN-ambassadeur. Haar idealisme moest ze deels vaarwel zeggen, zo blijkt uit haar rijke memoires.

In 2014 dendert Obama’s VN-ambassadeur Samantha Power in een gepantserd konvooi door Kameroen. Ze is er om Amerikaanse hulp toe te zeggen ter bestrijding van het opkomende Boko Haram. Na een ontmoeting met dorpelingen nemen medewerkers haar apart. Het konvooi blijkt een zesjarig jongetje te hebben aangereden – hij heeft het niet overleefd.

Aan dit kind, Toussaint, wijdt Samantha Power (1970) een hoofdstuk in haar memoires die een meeslepende getuigenis zijn van zowel macht als machteloosheid. Ze beschrijft hoe ze twee minuten voor zichzelf regelt in een smerige latrine, waar ze in snikken uitbarst en haar gezicht afveegt met een babybillendoekje – ze heeft twee kleine kinderen thuis. Door haar hoofd zingt een basisprincipe van geopolitieke interventie: ‘Ten eerste: doe niemand kwaad. Ten. Eerste. Doe. Niemand. Kwaad.’

‘We hadden 40 miljoen dollar en de belofte van alle aandacht van Amerika met ons meegebracht. We beloofden verhoogde informatie-uitwisseling en militaire training. […] Maar al het goeds dat we konden doen, dacht ik, kon nooit goedmaken wat er zojuist was gebeurd. Als wij niet hierheen waren gekomen, was een zesjarig jongetje nu nog in leven.’

Senator Obama

Het hoofdstuk tekent in de meest basale termen de vragen waar Powers boek om draait. Wat zijn de uitwerkingen van westers, Amerikaans idealisme en Amerikaanse interventies? Hoever moet een idealiste de moral highgrounds verlaten als zij aan de macht komt? Wanneer is geweld geoorloofd als het gaat om het tegengaan van nog erger geweld?

Sommige van deze dilemma’s voelen aan als komend uit een ander tijdperk. Afgaande op dit boek was er een tijd dat een Amerikaanse regering leden had die geloofden in respect voor de mensenrechten en het streven naar democratisering. Mensen die vonden dat de VS in het nastreven daarvan een voortrekkersrol moesten spelen, al erkenden ze ook de negatieve bijeffecten.

Power kan gelden als de belichaming van die opvatting. Een activiste die diplomate werd, een kritisch buitenstaander die vuile handen maakte. Ze was een jonge verslaggeefster in Bosnië ten tijde van de Joegoslavische burgeroorlog en won met haar eerste boek, A Problem from Hell, over Amerikaans wegkijken bij genocides, de Pulitzer Prize. Toen bracht iemand haar in contact met ene Barack Obama, senator uit Illinois. Ze werd diens mensenrechtenadviseur tijdens zijn eerste termijn als president en ambassadeur bij de VN tijdens zijn tweede termijn.

Vechten met hoger geplaatsten

Het was steeds haar taak, kortom, Obama naar de hoogst gestemde mensenrechtenidealen te duwen. ‘Doe iets, Power’, had zij als jonge vrouw in haar dagboek geschreven. Het blijkt haaks te staan op wat Obama’s leidraad is genoemd: ‘Don’t do stupid shit’.

Hoezeer dit de president, vastgezogen in het geopolitieke drijfzand van Libië en Syrië, soms op de zenuwen werkt, blijkt wel uit zijn vriendschappelijke spot met haar. „Ik spreek je niet vaak genoeg”, zegt Obama eens tegen haar in een volle vergaderzaal. „Ik vind het wel nuttig om te horen wat we volgens jou goed doen, wat fout, en welke idealen we de laatste tijd hebben verraden.”

Eenmaal zelf aan de macht blijkt hoe lastig het is hooggestemde idealen te handhaven als je in raamloze kantoortjes vecht met hoger geplaatsten om de woordkeus in een presidentiële speech.

Moordpartijen op Rohingya

Hoe ze het ook probeert, het woord ‘genocide’ komt niet in Obama’s toespraak over de Armeniërs terecht. Later zullen al Powers inspanningen bij de VN om, via het cultiveren van de relatie met haar Russische tegenhanger Vitali Tsjoerkin, Poetin van zijn steun aan Assad af te brengen, tevergeefs blijken.

Maar al te vaak bestaat haar werk uit het verkopen van haar ziel. Vriendelijk blijven tegen Aung San Suu Kyi die geen krimp geeft als het om de moordpartijen op de Rohingya gaat. Als ze Republikeinen in de Senaat moet paaien, roept ze eens dat ze niet ‘zo’n Washingtons kutwijf’ wil worden. Maar dat blijkt onvermijdelijk.

Power weet analyses over de deprimerende lijst brandhaarden die de bulk van haar werk en haar boek vormen, soepel te mengen met alledaagse beslommeringen en zelfspot. Ergens refereert ze aan haar leermeester, topdiplomaat Richard Holbrooke, die ooit wapperde met een Peanuts-strip waarin een honkbalwedstrijd verloren wordt. Ontgoocheld zegt Charlie Brown: ‘Ik snap het niet. We zijn zo oprecht. Waarom verliezen we dan?’

Traumatische jeugd

Haar boek is zowel een insiderevaluatie van Obama’s buitenlandbeleid, als een ode aan het geschipper en gemodder van diplomatie. En van het moederschap, want met graagte, om niet te zeggen opschepperij, zet ze zich neer als de meesteres van het multitasken. Ze zit te kolven op de wc van Suu Kyi en debatteert telefonisch met ministers terwijl ze haar luid smakkende dochter de borst geeft. Betaald zwangerschapsverlof is er ondertussen niet bij – dat is in de VS geen recht.

Lees ook het interview van NRC met Samantha Power: ‘Trump maakt de wereld minder veilig’

Ze geeft zichzelf bloot als ze vertelt over haar traumatische Ierse jeugd, verscheurd tussen haar alcoholistische vader en ambitieuze moeder. Als kind looft ze eens vijftig pence uit voor de ouder die erin slaagt een weekend door te brengen zonder ruzie. ‘Mijn eerste poging tot diplomatie mislukte.’ Het zal tientallen jaren, vele mislukte relaties en een fikse therapie duren voordat de volwassen Power beseft hoezeer ze haar eigen lijden heeft afgedempt door zich permanent druk te maken over mensen die het nog veel slechter hebben getroffen.

Ze spaart zichzelf minder als persoon dan als diplomaat. De mensenrechtenvoorvechter noemt steeds hoe anderen zich ergeren aan haar humorloos gepreek maar negeert de vele droneaanvallen die Obama liet uitvoeren, waarbij duizenden burgerdoden vielen in Pakistan, Somalië en Jemen.

Weg naar de hel

De hardste leerschool is de kwestie Syrië. Ondanks het trekken van een ‘rode lijn’ als Assad chemische wapens zou gebruiken, en ondanks Powers aandringen, weigert Obama uiteindelijk te interveniëren. Samantha Power, bekend geworden met de genocideaanklacht A Problem from Hell, stapt niet op.

Het komt haar op felle kritiek te staan, zoals van Washington Post-columniste Jennifer Rubin: ‘Misschien kunt u een vervolg schrijven op uw boek over het Tijdperk van de Genocide. U bent erbij geweest, van dag tot dag.’

Dat snerende advies heeft Power met dit rijke boek ten uitvoer gebracht. Haar conclusie: ‘De weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen, dat is waar. Maar geen vinger uitsteken in het geval van ingewikkelde wereldproblematiek leidt onherroepelijk naar dezelfde bestemming.’