Podium Witteman brengt je in een staat van behaaglijke ontspanning

Zap Dit muziekprogramma verstaat de kunst van een goed gesprek over muziek, waarin de woorden zich niet loszingen van de klanken.

Club classique in Podium Witteman.
Club classique in Podium Witteman. Beeld NTR

Een of twee keer per jaar spreek ik de man die Podium Witteman het mooiste programma van Europa vindt. Nu zondag de wintertijd alweer vanzelfsprekend voelde en de vorst zich aan de grond had gemeld, leek het een ideaal moment om de proef op de Wittemansom te nemen. Is de NTR-rubriek over muziek inderdaad het beste programma wat we hebben?

Feit is dat je maar een paar minuten hoeft te kijken om in een staat van behaaglijke ontspanning te raken, ook al omdat er vrijwel meteen muziek wordt gemaakt. Niet teveel geklets vooraf, vlot naar de kern van de zaak. Natuurlijk is er ook strooigoed, zoals de intermezzi van Mike Boddé en de achtergronditems van Floris Kortie, maar in Podium Witteman wordt de kijker altijd binnen een paar minuten liefdevol naar de muziek gedirigeerd.

De kunst van een goed gesprek over muziek is dat de woorden zich niet loszingen van de klanken. Podium Witteman vestigt er onophoudelijk de aandacht op dat je door goede muziek weliswaar abstract aandoende schoonheidservaringen kunt ondergaan, maar dat het uiteindelijk gewoon handwerk is.

Zie het gesprekje dat Paul Witteman hield met de in Siberië geboren Russische pianist Pavel Kolesnikov. Die legde uit hoeveel evenwichtskunst er komt kijken bij het spelen van Chopin. „Aan de ene kant is er een kanaal, aan de andere kant wordt het te beschaafd.” Ik vermoedde hier de sporen van een oud Siberisch spreekwoord, intussen speelde Kolesnikov het even voor. Eerst de te vette Chopin, daarna zijn ideale versie. Hij had óók uitgelegd hoe het thema aan het eind van de Fantaisie-Impromptu „als een mooie herinnering” terugkeert „in de linkerhand”. Terwijl zijn vingers over de toetsen schoten, pompomde de pianist met zichzelf mee. Het zag er een beetje uit als een vis die uit dat Siberische kanaal was gehengeld, maar een genie heeft recht op vreemde gewoontes.

Een belangrijke feelgood-factor van Podium Witteman is dat de kijkers ongetwijfeld op leeftijd zullen zijn, maar dat de redactie een grote voorkeur heeft voor jongeren op het podium. Elke neiging tot cultuurpessimisme wordt gedempt door bijvoorbeeld de leden van het Nationaal Jongenskoor (inclusief één meisje). Zij houden van Turkse pizza, maar gevraagd naar hun mening over ‘rap’ moeten ze hun uiterste best doen om iets genuanceerds te zeggen. Witteman tegen een koorknaapje: „Jij wil later zeker diplomaat worden.”

Hoofdgast was Dominic Seldis, de Engelse bassist van het Concertgebouworkest, die vooral bekend is als jurylid in dat ándere klassieke-muziekprogramma: Maestro. Als je die twee naast elkaar legt, zie je een groot verschil tussen hoe muziek wordt gepresenteerd. In Maestro (op zichzelf onderhoudend en leerzaam) lijkt het orkest een veelkoppig monster, dat door goedwillende amateurs getemd moet worden. Daar is de beginafstand tussen de kunst en de toeschouwer enorm, bij Podium Witteman stroomt de schoonheid met grote vanzelfsprekendheid.

Het Maestro-jurylid (de migrant bleek het woord heimwee niet te kennen) kwam nu om muziek te maken. Aan het eind van de uitzending haalde hij een paar keer de handen van zijn contrabas om het studiopubliek te stimuleren om mee te neuriën of te zingen. De camera ging rustig de gezichten af.

Er valt een avondvullende film te maken met beelden van luisterende mensen uit Podium Witteman, werktitel: het gelukkige oor. Van Seldis mochten we ook thuis meezingen. Het scheelde niks, of ik had het gedaan.

Correctie (12/11): De vermelding van ‘een kanaal’ in dit artikel berust op een fout in de live-ondertiteling van het programma. In werkelijkheid zei Pavel Kolesnikov: ‘On one side you fall into banal immediately’.

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.