Autodieven zouden hun borst nat kunnen maken. Korpschef Erik Akerboom van de Nationale Politie kondigde twee jaar geleden aan dat burgers nadrukkelijk betrokken zouden worden bij de opsporing van gestolen voertuigen.
Geïnspireerd op het destijds populaire spel Pokémon Go zouden ze via een app op hun smartphone kentekens gaan fotograferen van verdachte auto’s. Die zouden door de database van de Dienst Wegverkeer (RDW) worden gehaald om te kijken of een wagen inderdaad gestolen was.
Met het fotograferen van kentekens konden spelers punten verdienen en het opsporen van een gestolen voertuig zou een financiële vergoeding van de verzekeringsmaatschappij kunnen opleveren. De app zou vooral worden gepromoot onder autohandelaren en gamers.
„We moeten vooruitdenken: zijn we klaar voor de toekomst?”, zei Akerboom bij de aankondiging van de app ‘Automon’ in De Telegraaf. Burgers met behulp van moderne technologie betrekken bij de opsporing zou een speerpunt worden van de politie.
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/bvhw/wp-content/blogs.dir/114/files/2019/07/twistgesprekkk.png)
Wetenschappers en privacy-experts waren al direct kritisch. Burgers zouden voor eigen rechter kunnen gaan spelen als ze niet alleen de gestolen auto, maar ook de autodief aantroffen. Fanatieke spelers zouden hun medeburgers constant gaan bespieden en fotograferen. En de auto’s van bestuurders met bepaalde uiterlijke kenmerken zouden vaker worden gefotografeerd, omdat ze door hun medeburgers eerder als verdachte zouden worden beschouwd.
Aangescherpte privacywetgeving
Ondanks de bezwaren zette de politie de ontwikkeling van Automon door. Ondertussen is er een prototype opgeleverd, maar aangescherpte Europese privacywetgeving doet het project alsnog stranden. „De vorig jaar aangepaste Wet politiegegevens bepaalt dat de politie moet kunnen garanderen dat mensen die persoonsgegevens voor de politie verwerken die data goed beschermen. Dat is onmogelijk als duizenden burgers met hun telefoon kentekens gaan fotograferen”, zegt Gerard Jan Ritsema van Eck van de Rijksuniversiteit Groningen, die onderzoek doet naar de rol van smartphones bij de inzet van burgers voor surveillance. Hij schreef een kritisch rapport over Automon. Ritsema van Eck wijst erop dat de aangescherpte EU-wetgeving al in 2016 door het Europees Parlement en de Raad is vastgesteld. Bovendien bepaalt jurisprudentie van het mensenrechtenhof in Straatsburg dat politietaken niet zomaar mogen worden uitbesteed aan burgers.
In een reactie laat een politiewoordvoerder weten dat innovatie wel vaker op praktische en juridische bezwaren stuit. „Automon zal voorlopig inderdaad niet beschikbaar komen, want we zien niet een-twee-drie een oplossing voor de privacybezwaren. Maar de politie heeft wel veel geleerd van het ontwikkelen van deze app”, aldus de woordvoerder. De precieze ontwikkelingskosten zijn haar niet bekend. Het bedrijf dat de app ontwikkelde wil daarover niets zeggen.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/09/240919econextdoorbinnenweb.jpg)
Naast de kenteken-app kondigde de politie eerder de ontwikkeling van nog twee apps aan. Een ‘Sherlock-app’ waarmee burgers zelf onder meer getuigenverklaringen en bewijsmateriaal zouden kunnen vastleggen in een opsporingsdossier. Uit een pilot-project is volgens de politiewoordvoerder gebleken dat daar uiteindelijk weinig animo voor is onder burgers.
De politie verwacht volgend jaar wel de ‘samen-zoeken-app’ Sarea op de markt te brengen. Die helpt burgers de zoektocht naar vermiste personen te coördineren voordat de politie de opsporing overneemt. De app houdt bij waar mensen al hebben gezocht en stelt deelnemers in staat te chatten met een coördinator van de zoektocht.