Als nu een nieuwe financiële crisis losbarst, is meer dan de helft van de banken wereldwijd niet in staat die goed te doorstaan. Dat concludeert adviesbureau McKinsey in zijn jaarlijkse onderzoek naar de stand van de bankensector dat dinsdag werd gepubliceerd.
Zo’n zestig procent van de banken is er tijdens de huidige periode van economische groei niet in geslaagd om voldoende winstgevend te worden. Hun rendementen blijven achter op de kosten die ze maken op kapitaal. Dit soort banken zitten vooral in Europa en Azië, schrijft McKinsey, zonder specifieke namen te noemen. Als de lage – in Europa negatieve – rente aanhoudt en de periode van groei omslaat in een recessie, komen die banken in de problemen.
Volgens het adviesbureau laat dit niet lang meer op zich wachten. „Op dit moment is de laatste pit stop in deze economische cyclus waarin banken snel hun verdienmodel kunnen aanpassen of kunnen groeien door overnames”, schrijven de onderzoekers. Banken die niet inventief worden, worden „een voetnoot in de geschiedenis”.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data48210560-49675f.jpg)
McKinsey pleit voor fusies, overnames en lagere kosten. De kosten omlaag brengen met de kaasschaafmethode heeft volgens de adviseurs niet zoveel effect meer. Mogelijk kunnen banken nog wel winst behalen door diensten waarmee ze het toch niet winnen van de concurrentie, uit te besteden. Nederlandse banken werken momenteel bijvoorbeeld aan een gezamenlijk netwerk van geldautomaten. ING, Rabobank, ABN Amro, Volksbank en Triodos onderzoeken daarnaast of het praktisch en wettelijk mogelijk is de kostbare klantscreening gezamenlijk uit te voeren.
Nieuwkomers
Het adviesbureau ‘waarschuwt’ banken tegelijkertijd voor nieuwkomers op de markt voor financiële diensten. Die hebben vaak veel klantvriendelijkere apps en geen last van oude ict-systemen. Het gaat daarbij om volledige nieuwkomers, zoals Bunq en Revolut, maar ook om techbedrijven zoals Facebook, Google en Apple.
De Autoriteit Consument & Markt maakte dinsdag bekend onderzoek te gaan doen naar de toetreding van dit soort grote techbedrijven op de Nederlandse betaalmarkt. De waakhond ziet kansen – de Nederlandse markt kent al decennia weinig concurrentie – maar ook gevaren. „Big Techs kunnen de sterke positie die zij hebben opgebouwd in één markt mogelijk gebruiken om een andere markt te veroveren.”
Consumenten zijn altijd huiverig geweest om over te stappen van bank, maar daar lijkt verandering in te komen. Zo is in Frankrijk het percentage overstappers gestegen van 2,0 procent in 2013 naar 4,5 procent in 2017. Begin dit jaar meldde de Nederlandse Vereniging van Banken dat in Nederland tussen 2017 en 2018 het aantal overstappers met 24.000 is gestegen naar 91.000. Op tien miljoen rekeninghouders blijft dat nog wel altijd een laag aantal.