Een vrouw die alles durfde

In deze rubriek elk weekeinde een necrologie van iemand die recent is overleden. Cindy Kerseborn (1956-2019) maakte de films die ze wilde maken, ook zonder opdracht.

Cindy Kersseborn in 2016.
Cindy Kersseborn in 2016. Foto Merlijn Doomernik

De Surinaams-Nederlandse documentairemaker Cindy Kerseborn heeft een monument achtergelaten voor drie van overzee afkomstige zwarte schrijvers, Edgar Cairo, Frank Martinus Arion en Astrid Roemer. De documentaires kwamen op televisie en vallen onder het beheer van een door haar opgerichte stichting. Die organiseerde rond de premières ook publicaties, tentoonstellingen, debatten, literaire avonden, een jongerenworkshop en een domino-toernooi. Zo zouden de schrijvers niet uit het Nederlandse collectieve geheugen wegdrijven. Kerseborn overleed 17 september op 62-jarige leeftijd.

In 1975 kwam Kerseborn uit Suriname naar Nederland voor een verpleegstersopleiding. Met haar opvallende, kaarsrechte gestalte werd ze naast verpleegster een van de eerste zwarte modellen in Nederland, onder andere bij mode-ontwerpers Fong Leng en Mart Visser. Later werkte ze bij de knipseldienst van NRC Handelsblad, haar opstapje naar de media. Ze deed productiewerk voor Migranten-tv, de omroep RVU en andere omroepen. Ondertussen volgde ze een opleiding aan de Fotovakschool.

Als producent was ze stipt en had ze de overredingskracht om moeilijke missies door te drukken. „Zo smooth, gepland en gedisciplineerd. Ze was tot onmogelijke taken bereid, er was nooit discussie. Een strenge producent”, zegt Reza Allamehzadeh, een bekende Iraanse filmmaker die na de vlucht uit zijn vaderland voor de Nederlandse televisie ging werken. Kerseborn produceerde zijn documentaire Schroeiplekken – De branding valt stil, over schending van de mensenrechten in Iran.

„Het was een dame: als je haar tegenkwam, gebeurde er wat”, zegt filmproducent René Mendel. „Bij premières kreeg ik op mijn donder als ik niet goed gekleed was. Ze zag er dan fantastisch uit, zodat iedereen naar haar keek. Vaak was ze de enige zwarte dame. Ze kon dan ongezouten zeggen wat ze ervan vond, ook al kwam dat niet uit.”

Cindy Kerseborn, links in 1984 als model.

Foto privé-archief

Tegen Allamehzadeh, zelf redelijk donker, viel ze uit toen hij op een warme dag suggereerde dat zij de zon niet nodig had. Ze was fel tegenstander van Zwarte Piet. Over de Surinaamse en Antilliaanse cultuur was ze open en kritisch, volgens bijzonder hoogleraar West-Indische letteren Michiel van Kempen die met haar werkte. „Ze was nieuwsgierig maar ging niet met de mode mee”, zegt hij. „Het woord ‘tot slaaf gemaakte’ kwam niet over haar lippen.” Haar documentaire over Arion bevat ook een twistgesprek tussen mannen over machismo.

Op internet verscheen een filmpje van haar eenzame protest in de metro tegen voetbalhooligans die „Joden, Joden aan het gas” riepen. „Weet je wel wat er uit je mond komt, besef je wel wat je aan het schreeuwen bent”, zei ze. Toen een man iets wilde terugzeggen, zei ze: „Nee, nu ben jij stil, nu praat ik”.

En ze bleven stil.

Kerseborn was gelovig, maar bekritiseerde bij de uitgang van de kerk ook voorgangers om hun preek, zelfs eens in de Londense Westminster Cathedral. „Ze kon hard zijn tegen de buitenwereld maar ook tegen zichzelf”, zegt Vera Elshot Felter die haar van jongs af aan kent en tot op het laatst verzorgde. „Het was een vrouw die alles durfde de laatste jaren. Ze nam geen blad voor de mond.”

De bodem voor die onafhankelijke fierheid werd misschien wel gelegd door haar vader, die haar met haar zus en broer in zijn eentje grootbracht in Paramaribo. Zij bewonderde hem. Volgens haar partner Abram de Swaan had ze een plan voor een project ‘De vader, de moeder de vrouw’, over de man die zorgt en beschermt.

Haar documentaire over Astrid Roemer beleefde in 2015 de première, net voor bekend werd dat ze de PC Hooft-prijs kreeg. Roemer had zich tien jaar in het buitenland onzichtbaar gemaakt, Kerseborn spoorde haar op in een klooster in Gent.

Kerseborn wachtte nooit op een opdracht uit Hilversum. Uit tientallen financiële bronnen sprokkelde ze geld voor haar stichting bij elkaar. „Ze is zelf gaan produceren in een voor Nederland eigenwijze stijl. Het was moeilijk om bij de omroepen contact te leggen en de documentaires werden pas aangekocht als ze klaar waren. Dat is niet normaal. Vaak bespraken we waarom de omroep niet inclusiever was. Dat is een gevoel dat je nooit kon uitspreken”, zegt filmmaker Sherman De Jesus.

Aan hem de opdracht om haar laatste film af te maken: „Ze heeft me verordonneerd”. De film gaat over dande, een uniek Arubaanse folklore om voor nieuwjaar met Afrikaanse tambú-muziek de huizen langs te gaan.

Lichamelijke uitputting door kanker aan de baarmoeder belette haar het filmwerk nog te monteren. „Het materiaal ziet er goed uit”, zegt De Jesus. Film-editor Ot Louw, bekend van Van Kooten en De Bie en ander gezichtsbepalend filmwerk, doet zoals altijd de montage. „Bij het monteren was ze voorzichtig en moest ze lang nadenken”, zegt Louw. „Heel anders dan in haar publieke optreden.”