Komt er een Turkse invasie in Syrië, en zes andere vragen over de afspraak tussen Trump en Erdogan

Terugtrekking VS Volgens president Trump is IS verslagen en zijn de Amerikaanse troepen niet langer nodig in Noordoost-Syrië. Hiermee maakt hij de weg vrij voor een Turkse invasie daar.

Turkse militairen patrouilleren in het Syrische grensdorp al-Hashisha.
Turkse militairen patrouilleren in het Syrische grensdorp al-Hashisha. DELIL SOULEIMAN/AFP

President Trump heeft de weg vrijgemaakt voor een Turkse militaire operatie in Noordoost-Syrië. Na een telefoongesprek zondagavond met de Turkse president Erdogan maakte het Witte Huis bekend dat „Turkije snel begint aan zijn lang geplande operatie”, dat de „Amerikaanse troepen niet betrokken zullen zijn en nu ze het kalifaat van IS hebben verslagen, niet meer in de nabije omgeving zullen zijn.” Daarmee lijkt een Turkse invasie in Noordoost-Syrië, en een nieuw front in de acht jaar durende burgeroorlog, onafwendbaar.

Lees ook: hoe Trump de weg plaveit voor een Turkse opmars in bufferzone Syrië

1 Wat betekent de Amerikaanse terugtrekking voor Noordoost-Syrië?

De VS hebben daar zo’n 1.000 militairen gestationeerd, die de Syrisch-Koerdische militie YPG ondersteunen in de strijd tegen Islamitische Staat (IS). Amerikaanse troepen trokken zich maandag terug van de Turkse grens, in afwachting van de invasie. Maar het is onduidelijk hoe ver ze zich terugtrekken, en of dat dit het begin is van een algeheel vertrek uit Syrië.

Het Turkse leger heeft de afgelopen maanden duizenden militairen, tanks en pantserwagens naar de grens met Syrië gestuurd ter voorbereiding op de operatie. Maar het is onduidelijk hoe ver de Turken Syrië wil binnentrekken. Erdogan wil een ‘veilige zone’ van 40 kilometer breed en 480 kilometer lang. De YPG heeft loopgraven aangelegd ten zuiden van de grens en waarschuwt dat een Turkse aanval tot een „totale oorlog” zal leiden. Maar de vraag is of de YPG inderdaad in de aanval gaat, of toch kiest voor een tactische terugtrekking naar het noorden van Irak.

2 Waarom wil Turkije een ‘veilige zone’ opzetten in Noordoost-Syrië?

President Erdogan dreigt al maanden met een invasie in Noordoost-Syrië om de YPG terug te drijven en een ‘veilige zone’ te creëren. Hij ziet YPG als bedreiging, omdat ze nauw is gelieerd aan de Turks-Koerdische terreurbeweging PKK, en dankzij de VS veel wapens heeft gekregen en gevechtservaring heeft opgedaan. Het Turkse leger viel twee keer eerder het noorden van Syrië binnen om de YPG de pas af te snijden: in 2016 in de regio Jarablus en in 2018 in Afrin.Daarnaast wil Erdogan 2 miljoen Syrische vluchtelingen die nu in Turkije wonen onderbrengen in de ‘veilige zone’, als buffer tegen de YPG. Hij presenteerde zijn plan tijdens de Algemene Vergadering van de VN vorige maand. Erdogan wil 140 dorpen en tien steden bouwen in de zone met in totaal zo’n 200.000 huizen. In de dorpen krijgt elk huishouden zijn eigen akker. Hij hoopt dat de internationale gemeenschap de geschatte 26 miljard dollar aan kosten voor haar rekening neemt.

Illustratie NRC

3 Wat betekent een Turkse invasie/veilige zone voor mensen in Noordoost-Syrië?

Het plan komt volgens critici neer op etnische zuivering. Het noordoosten van Syrië is een etnische lappendeken, maar in meerderheid Koerdisch. De Koerden zouden moeten plaatsmaken voor Syrische vluchtelingen uit Turkije, veelal Arabieren die helemaal niet uit dit gebied komen. Critici wijzen naar de bittere Turkse erfenis in Afrin. Aan Turkije gelieerde rebellen hebben daar historisch en cultureel erfgoed van de Koerden verwoest, huizen in beslaggenomen en hen ontvoerd voor losgeld.

De Turkse regering wijst de beschuldiging van etnische zuivering van de hand. Ankara stelt (zonder bewijs) dat het gebied oorspronkelijk overwegend Arabisch was, en dat de YPG de afgelopen jaren juist pogingen heeft gedaan om de demografie te veranderen. „Turkije steunt de territoriale integriteit en de politieke eenheid van Syrië”, aldus Erdogan’s woordvoerder Ibrahim Kalin. „Het heeft geen interesse in bezetting of demografische verandering. De PKK/YPG heeft dat gedaan in Noordoost-Syrië. Tijd om dat te corrigeren.”

4 Waarom heeft president Trump deze stap gezet?

Wie weet komt het in de geschiedenisboekjes als de Trump-doctrine: als buitenlands beleid te veel geld kost, wegwezen, ongeacht je bondgenootschappen. In het boek Fear van journalist Bob Woodward wordt Trump in de zomer van 2017 geciteerd: ,,Al het geld dat we maar blijven uitgeven in die landen [Irak, Afghanistan, Syrië, red.]! We moeten gewoon zeggen dat we hebben gewonnen en dat we onze jongens thuis brengen.”Dat is wat Trump heeft gedaan of op zijn minst geprobeerd. Het heeft hem in december vorig jaar, toen hij zomaar verklaarde dat IS verslagen was en dat de Amerikaanse troepen weg konden uit Syrië, het ontslag van zijn vorige minister van Defensie opgeleverd. Jim Mattis schreef in zijn ontslagbrief dat hij het weliswaar met Trump eens was dat Amerika niet „de politieman van de wereld” moet spelen, maar dat hij ervan overtuigd was dat „we alle instrumenten van de Amerikaanse macht moeten gebruiken om te zorgen voor een gemeenschappelijke defensie, waarbij ook hoort: effectief leiderschap voor onze allianties”. Mattis eindigde zijn brief met impliciete vaststelling dat Trump deze opvatting niet deelt.

In de oorlog tegen het regime van Assad heeft de VS ook overeenkomsten gesloten met de Koerden, aartsvijanden van Turkije. In eerste instantie leek de keuze van Trump duidelijk: zijn regering steunde de SDF, het samenwerkingsverband van Syrische en Koerdische strijders tegen Assad. Dat zette de verhoudingen met Ankara op scherp.

Brett McGurk, voormalig presidentieel gezant voor de coalitie tegen IS, wijst op de invloed die de Turkse president Erdogan op Trump lijkt te hebben. Het schijnbaar impulsieve besluit om Syrië te verlaten in december volgde op een telefoontje met Erdogan, waarin Trump over Syrië zou hebben gezegd: „Weet je wat? Het is van jou. Ik vertrek.”

Ook het besluit van zondagavond is volgens een verklaring van het Witte Huis genomen na telefonisch overleg met Erdogan.

Trump zelf hamerde maandagochtend in een reeks tweets op de kostenkwestie. Ja, we hebben goed gevochten met de Koerden, maar die kregen er ook goed voor betaald. En daarbij zijn we veel geld kwijt aan de gevangenen in Syrië, en waarom weigeren onze Europese bondgenoten die over te nemen. Ziedaar de Trump-doctrine.

5 Hoe ervaren de Syrische Koerden Trumps beslissing?

Een woord dat vaak valt is ‘verraad’. De Syrian Democratic Forces (SDF), die worden gedomineerd door de YPG, hebben sinds 2015 elfduizend mannen en vrouwen verloren in de strijd tegen IS. Nu Trump heeft besloten dat die strijd voorbij is, krijgt opnieuw de relatie met Navo-lidstaat Turkije prioriteit.

Officieel blijven de Koerden diplomatiek: zij weten dat Trump al in december 2018 het vertrek van de Amerikaanse troepen had bevolen en werd teruggefloten door zijn generaals. SDF-woordvoerders blijven daarom hameren op het zogeheten veiligheidsmechanisme. Dat verwijst naar een Turks-Amerikaans akkoord over een bufferzone langs de Syrisch-Turkse grens. De Koerden waren ermee akkoord gegaan om zich terug te trekken uit een strook van vijf tot veertien kilometer van de Turkse grens. Amerikaanse en Turkse troepen zouden in die bufferzone gezamenlijk patrouilleren. Dat gebeurt nu al in ongeveer een derde van het grensgebied. Maar Erdogan neemt daar nu geen genoegen meer mee.

SDF-woordvoerder Mustafa Bali waarschuwde maandag op Twitter: „Wij zullen niet aarzelen om in het geval van een Turkse aanval een totale oorlog te beginnen in het hele grensgebied om onszelf en onze mensen te verdedigen.”

6 Wat gebeurt er in het geval van een Turkse invasie met de kampen waar de IS-families worden vastgehouden?

De Syrische Koerden waarschuwen al jaren dat zij dan de veiligheid van de kampen in Al-Hol, Al-Roj en Ain Issa niet langer kunnen garanderen. Maandag voorspelde het militair coördinatiecentrum van de SDF op Twitter dat „de leiders van IS die zich nu verschuilen in de woestijn zullen terugkeren” en dat „IS-cellen de 12.000 terroristen en hun 70.000 familieleden uit de kampen zullen bevrijden.” Dat, stelt de SDF, “is een gevaar voor de lokale en de internationale veiligheid.”

Landen als Nederland hebben altijd geweigerd om de IS-strijders en hun families actief op te halen. Wel wordt de laatste maanden achter de schermen gepraat over de mogelijkheid om de IS’ers in Irak te berechten. Als Erdogan zich aan de kaart houdt die hij eind vorige maand in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York toonde, dan valt alleen kamp Al-Roj binnen de Turkse bufferzone. Al-Hol, het grootste kamp, ligt hemelsbreed zo’n 100 kilometer van de Turkse grens, het kleinere Ain Issa zo’n vijftig kilometer.

Heeft Washington Erdogan daarmee groen licht gegeven om desnoods heel het gebied gecontroleerd door de SDF onder de voet te lopen? Erdogan zei maandag dat Turkije aan een plan werkt om alle IS-gevangen in Al-Hol terug te brengen naar hun landen van oorsprong. Dat zullen veel Europese landen niet graag horen. Want Turkije zou zomaar kunnen faciliteren dat Nederlandse Syriëgangers een Nederlands consulaat in Turkije kunnen bereiken. Het kabinet heeft altijd gezegd dat (alleen) in dat geval bijstand wordt geleverd.

7 Wat betekent dit voor de bredere oorlog in Syrië?

De Syrische Koerden voelen deze bui al lang hangen. Daarom hebben het afgelopen jaar gesprekken gevoerd met Damascus over de mogelijkheid dat het Syrische regeringsleger in het gebied terugkeert om een Turkse invasie te ontraden. Die gesprekken zouden op niets zijn uitgedraaid: de Koerden hadden gehoopt een beetje culturele of politieke autonomie te kunnen behouden, maar president Bashar Al-Assad wilde naar verluidt geen duimbreed toegeven.

Een eerste obstakel wordt dan de aanwezigheid van Syrische regeringstroepen in de grensstad Qamishli. Die controleren daar de grenspost, de luchthaven en een klein deeltje van de stad. Dat was onderdeel van de deal die de Koerden in 2012 met Damascus sloten: het regeringsleger trok zich terug uit Koerdisch gebied in ruil waarvoor de Koerden zich afzijdig hielden van de bredere opstand tegen Al-Assad. De Syrische regeringstroepen in Qamishli zijn met te weinig om een Turkse aanval af te slaan. Maar er zijn berichten dat het Syrische regeringsleger troepen mobiliseert om het stadje Manbij in te nemen in het geval van een Turks offensief. Damascus en zijn partners Rusland en Iran zouden ook van de situatie kunnen profiteren om gebied in te palmen rond Raqqa en Deir es-Zor. Dat is Arabisch gebied waar de door de Koerden gedomineerde SDF niet populair is. De Koerden zelf weten dat zij alleen geen partij zijn tegen het Turkse leger. Zij kunnen een uitputtingsslag beginnen die zij vrijwel zeker zullen verliezen, of ze kunnen vluchten naar Noord-Irak, waar de Turks-Koerdische afscheidingsbeweging PKK kampen heeft.