Vervuiling, longziekten, en hogere sterfte door kanker in gifvallei van Europa

Vervuiling In een vallei nabij Istanbul ligt een industriegebied waar veel West-Europese multinationals een fabriek hebben. Maar inwoners hebben last van vervuiling en kampen met longziekten. Bijna driemaal zoveel mensen sterven door kanker als elders in Turkije. Onderzoek naar de afvoerput van Europa.

Zicht op de Turkse industriestad Dilovasi, waar inwoners veel meer aan kanker doodgaan dan elders in Turkije.
Zicht op de Turkse industriestad Dilovasi, waar inwoners veel meer aan kanker doodgaan dan elders in Turkije. Foto Petrut Calinescu

Vanaf de heuvel ziet de Turkse industriestad Dilovasi eruit als een post-apocalyptisch oord. De fabrieksschoorstenen torenen boven de minaretten uit en spuwen grijze pluimen rook de lucht in. In het industriegebied is de lucht zwaar van de chemische stoffen, die een scherpe, bitterzure geur hebben en na een paar uur zorgen voor een geïrriteerde keel.

Wat wellicht meespeelt is dat er een dag eerder, op 19 september, een chemische fabriek in vlammen opging honderd kilometer verderop. De Technische Universiteit in Istanbul waarschuwde dat de deeltjes die verspreid zijn door de brand „extreem schadelijk zijn voor de gezondheid”, en moedigde inwoners aan hun ramen dicht te houden en zo mogelijk het gebied te verlaten.

Maar de meeste mensen in Dilovasi slaan die waarschuwing in de wind. Ze zijn hier wel wat gewend. Kinderen in schooluniform lopen over de steile heuvels naar huis. Op overdekte balkons hangen huisvrouwen wasgoed te drogen.

Veel West-Europese concerns hebben hier een fabriek staan: Bayer, ThyssenKrupp, BASF, Siemens, Sandoz, Procter & Gamble. En ook Nederlandse bedrijven: AkzoNobel heeft er een verffabriek, Unilever maakte er tot een paar jaar geleden zeep en tandpasta en DSM heeft een veevoederfabriek in het nabijgelegen Gebze.

Maar de inwoners kampen al decennialang met vervuiling, met longziekten en ze gaan bijna driemaal zo vaak dood aan kanker dan elders in Turkije. Wetenschappers die kritisch zijn verliezen hun baan. Artsen durven niet te praten. Dit alles blijkt uit onderzoek van NRC in samenwerking met het journalistieke netwerk European Investigative Collaborations (EIC) waar ook onder meer De Standaard en Der Spiegel deel van uit maken.

Wetenschappers troffen bovengemiddeld veel zware metalen aan in moedermelk

Genoeg bewoners hebben nog meegemaakt dat Dilovasi een weelderige vallei was, omringd door groene heuvels; een schilderachtig gebied met perzik- en kersenbomen, bevolkt door de meest uiteenlopende dieren en een rivier vol vissen.

Want in een tijdsbestek van nog geen vijftig jaar is Dilovasi uitgegroeid tot een van de meest geïndustrialiseerde gebieden van Turkije. De stad ontstond razendsnel in een periode van economische liberalisering, waarbij Turkije – toen nog dromend van een EU-lidmaatschap – buitenlandse investeringen aantrok en de eigen export aanjoeg.

Met internationale aanmoediging: de Wereldbank verstrekte voor honderden miljoenen euro’s aan leningen voor (westerse) bedrijven in de regio en ook de EBRD, de ontwikkelingsbank van de Europese Unie, geeft tot op de dag van vandaag financiële steun aan ondernemingen ter plaatse.

Vóór 1980 woonden er in de Turkse stad Gebze 100.000 mensen en was Dilovasi niet meer dan een aanpalend dorp. Nu telt Dilovasi 47.000 inwoners, en leven er meer dan een half miljoen mensen in de regio van Gebze. In het kustgebied vlak bij Istanbul staat een belangrijk deel van de Turkse industrie.

Bij Griekenland linksaf

Dit gebied is ideaal voor bedrijven. Bij Griekenland linksaf, net over de grens van Europa, ligt Dilovasi in het uiterste noordwesten van Turkije: vlak bij Istanbul, temidden van snelwegen, met eigen zeehavens en een vliegveld om de hoek.

De locatie is niet de enige reden. Arbeid en energie zijn goedkoop in Turkije en de milieuregels – als die al worden gehandhaafd – zijn minder streng dan in West-Europese landen. Het heeft allemaal een sterke concentratie van zware en chemische industrie in Dilovasi aangemoedigd.

Maar wat betekent dit voor de leefomgeving van de inwoners, voornamelijk Koerden die voor werk uit het arme oosten van Turkije naar deze regio zijn getrokken? Al in 2011 kwam een Turkse wetenschapper met alarmerende resultaten na onderzoek van de bodem. Gülten Yaylali trof enorme hoeveelheden zware metalen aan. Veel koper, chroom en kwik, nog veel meer mangaan en arsenicum, en extreem veel zink, lood en cadmium. De mate van vervuiling was zo groot dat de waarnemingen buiten de schaal van een veel toegepaste classificatie vielen.

Yaylali concludeerde dat de regio al jarenlang te lijden heeft onder „onbeperkte uitstoot” van gevaarlijk afval door industrie en verkeer.

Zware metalen zijn vooral gevaarlijk doordat ze zich ophopen en in de voedselketen terecht kunnen komen. Dat veel metalen giftig zijn is algemeen bekend. Hoge doses zijn kankerverwekkend en kunnen hartproblemen veroorzaken. Hoge chroomdoses kunnen ook nierschade toebrengen. Te veel zink is gerelateerd aan zenuwziektes en orgaanfalen.

In Dilovasi bevinden de metalen zich al in de voedselketen. Vijf jaar geleden troffen wetenschappers bovengemiddeld veel zware metalen aan in moedermelk en in de eerste ontlasting van baby’s uit het industriegebied.

Een kleine tien jaar geleden stelde onderzoeker Onur Hamzaoglu vast dat een op de drie inwoners van het gebied aan kanker overlijdt, bijna driemaal zoveel dan in heel Turkije op dat moment. De kans op kanker in Dilovasi was ruim viermaal hoger voor inwoners die er meer dan tien jaar woonden ten opzichte van de populatie inwoners die er korter woonde.

Foto Petrut Calinescu

Hollandse duurzaamheid

Naast de afslag naar de snelweg ligt de verffabriek ‘Marshall Boya ve Vernik’, een dochterbedrijf van AkzoNobel. Het is een blauw gebouw met brandtrap in regenboogkleuren en een gevel van spiegelglas. Afvoerpijpen van de fabriek komen uit in een zijarm van de rivier. Een betonnen afdekplaat over de rivier ontneemt het zicht op de pijpen.

Even verderop ligt de voormalige fabriek van Unilever, een blauw-witte blokkendoos die met Akzo’s verffabriek een dubieuze reputatie deelt. Na zorgwekkende sterftecijfers over kanker werd in 2006 een parlementaire onderzoekscommissie ingesteld. Die kwam met een zwarte lijst van 34 meest milieugevaarlijke fabrieken in de regio. Met twee Nederlandse spelers erop: AkzoNobel en Unilever.

Maar of zij ook bijdroegen aan de lokale vervuiling is niet bewezen. Unilever verplaatste in 2015 zijn productie naar een andere regio. AkzoNobel maakt nog steeds verf in Dilovasi. Beide concerns benadrukken dat zij aan alle regels hebben voldaan en, wat Akzo betreft, nog steeds voldoen. De verffabriek van Marshall kreeg in de afgelopen tien jaar naar eigen zeggen eenmaal een boete van 6.000 euro vanwege een ‘incident’.

AkzoNobel is sinds 1998 eigenaar van de verffabriek. De fabriek staat er al sinds 1972. „De keuze om dicht bij Istanbul te zitten was om de productie makkelijker en veilig naar de Turkse markt te brengen. Dat geeft de mogelijkheid om onze CO2-voetafdruk te minimaliseren door de beperkte transportafstand”, laat het concern weten.

Het concern benadrukt geen zware metalen te gebruiken bij zijn productieproces. „AkzoNobel verbetert altijd zijn ecologische voetafdruk. Sinds 2005 hebben we diverse verbeteringen aangebracht aan onze installaties en aan onze restproducten.”

Rampgebied

In 2005 waarschuwde een groep wetenschappers al voor het gebrek aan toezicht en handhaving in het industriegebied. In een alarmerende studie stelden zij vast dat er nauwelijks inspecties werden uitgevoerd in het toen al snel groeiende industriegebied. Slechts een op de zes bedrijven stond bij de Kamer van Koophandel geregistreerd. En van de bedrijven die in het oppervlaktewater lozen of afvalstoffen in de lucht uitstoten werd hooguit 6 procent gecontroleerd. Chemie- en metaalbedrijven werden helemaal niet geïnspecteerd. „Het feit dat veel fabrieken niet gecontroleerd worden, geeft een ernstig vervuilingsprobleem”, waarschuwden de onderzoekers.

De parlementaire onderzoekscommissie sprak bij haar conclusies in 2007 van een „extreem” verrommeld landschap vol gevaarlijke productielocaties. Een „rampgebied voor de gezondheid”: met de plaatselijke rivier als vuilstortplaats en met immense smelterijen, die schroot tot nieuw staal omsmelten, die continu schadelijke stoffen over de regio uitspuwen. De plaatselijke verffabrieken stootten volgens de onderzoekscommissie ongefilterd allerlei stoffen de lucht in. Sommige woonwijken zouden in zijn geheel moeten worden verhuisd vanwege de problemen met de gezondheid. De belangrijkste rivier zou beter gezuiverd moeten worden evenals de vele ongecontroleerde uitstoot via de lucht.

In dit filmpje uit 2017 is de uitstoot in Dilovasi te zien:

Maar van de 29 resoluties die de onderzoekscommissie voorstelde werd er niet één in wetgeving verwerkt. Grote vraag is wat er nadien wel verbeterd is.

Sinds het onderzoek uit 2005 dat bovengemiddelde kankersterfte aantoonde, is de gezondheid van inwoners nauwelijks onderzocht. Er bestaan geen openbare data over het ziekenhuisbezoek in de regio of informatie over de frequentie van kanker of over het aantal bewoners met ademhalingsproblemen. Wob-verzoeken om informatie hierover werden de afgelopen maanden door Turkse autoriteiten heen en weer geschoven en resulteerden uiteindelijk in de wedervraag waarom journalisten deze informatie wilden hebben.

Een lokale ambtenaar die anoniem wil blijven zegt dat zelfs zij geen toegang heeft tot gezondheidsdata over bewoners van Dilovasi. „Ik heb er ontelbare keren om gevraagd bij het ministerie.”

Lokale artsen, onderwijzers en apothekers zijn dikwijls te bang om open en bloot met journalisten te praten. „Ik kan hier niet over spreken”, zegt een arts geschrokken. Een andere arts fluistert: „De lucht is hier slecht. Dat kan ik als forens heel goed zien. Kinderen, ouderen; iedereen wordt hier ziek van de lucht – vooral COPD. Natuurlijk voel ik me als arts verantwoordelijk. Maar iedereen die hierover praat wordt onder druk gezet. Als ik mijn naam zou geven, ben ik morgen mijn baan kwijt.”

Een onderwijzer schetst het gebrek aan keuzes: „Als een kind afwezig is, is het altijd vanwege astma of bronchitis. Mijn kinderen hebben ook ademhalingsproblemen. Ik geef wel eens het advies aan ouders om te verhuizen, maar alle ouders hebben hier hun huis en hun werk. Waar moeten ze naartoe gaan?”

Als een kind afwezig is, is het altijd vanwege astma of bronchitis. Mijn kinderen hebben ook ademhalingsproblemen

Onderwijzer

Onderzoeker Gulten Yaylali, die in 2011 veel zware metalen in de bodem aantrof, zegt dat ze nu nog maar weinig weet over de vervuiling. „Nieuwe studies zijn nodig om iets meer te kunnen zeggen. Ik ben verrast dat na mij niemand meer de bodem heeft onderzocht”.

Wetenschapper Onur Hamzaoglu bracht met zijn onderzoek in 2005 naar bovengemiddelde kankersterfte veel in gang. Maar het sentiment veranderde. Toen hij in 2014 zware metalen aantoonde in moedermelk en in meconium, de eerste ontlasting van baby’s, nam de universiteit afstand van hem. De studie zou nog niet afgerond zijn. Hij is een charlatan, zei een provinciaal gouverneur.

Daarna werd de kritiek venijniger. Plaatselijke burgemeesters beschuldigden de wetenschapper voor de rechter van angstzaaien. Toen de rechter de zaak afwees, opende de universiteit een disciplinair onderzoek. Tegelijkertijd diende het ministerie van Volksgezondheid klachten in over paniekzaaierij. Nadat Hamzaoglu in 2016 samen met meer dan duizend andere academici de oproep ondertekende om de stadsoorlog in de Koerdische steden in Oost-Turkije te stoppen, werd hij ontslagen. In februari 2018 werd hij gearresteerd en kort vastgehouden.

Acuut toxisch

Deze zomer, op een ochtend in juli, namen journalisten van EIC monsters van de Dilderesi, de belangrijkste rivier van Dilovasi die in de Zee van Marmara uitkomt, verbonden met de Middellandse Zee. De monsters werden gekoeld getransporteerd naar een geaccrediteerd universitair lab dat anoniem wil blijven. Het gehalte kwik bleek dertigmaal zo hoog dan is toegestaan. Het lab concludeerde dat hier sprake is van de slechtst mogelijke klasse van waterkwaliteit.

De onderzoeksresultaten werden voorgelegd aan waterdeskundigen buiten Turkije. „Het gehalte kwik is zorgwekkend”, zegt Jos Vink, een Nederlandse expert in waterkwaliteit. „Kwik is in deze concentratie acuut toxisch. Bovendien hoopt het zich op in de voedselketen. De drinkwaternorm voor nitriet wordt met een factor 700 overschreden, die van ammonium met een factor 46. De algemene waterkwaliteit is slecht. De metalen kwik, kobalt, nikkel en zink overschrijden ruim de waterkwaliteitsnormen. De ecologische risico’s zijn vanwege nitriet, ammonium en fosfaat aanvullend hoog. Het zuurstofgehalte is waarschijnlijk laag. Zwem- en drinkwater ongeschikt.”

Ook hoogleraar Paul Whitehead uit Oxford kwalificeert het water als „zeer giftig”. Hij noemt het een direct gevaar voor mensen en voor de zee waar de rivier op uitkomt. „Dit is duidelijk afkomstig van fabriekslozingen”. Maar de schade is te beperken. „Je moet als overheid de plaatselijke lozingen tegengaan en behandelen en de industrie zal zuiveringsinstallaties moeten aanleggen.”

Met medewerking van Zeynep Sentek en Craig Shaw

Reageren? onderzoek@nrc.nl