Recensie

Recensie Beeldende kunst

De bomen huilen bij de bunker van Helene Kröller-Müller

Geluidskunstwerk Voor het eerst is de bunker waar in WOII de collectie van het Kröller-Müller Museum lag, open voor publiek. Een geluidskunstwerk van Susan Philipsz begeleidt bezoekers naar binnen.

De schuilkelder van Helene Kröller-Müller in de bossen van Otterlo waar nu het geluidskunstwerk van kunstenaar Susan Philipsz klinkt.
De schuilkelder van Helene Kröller-Müller in de bossen van Otterlo waar nu het geluidskunstwerk van kunstenaar Susan Philipsz klinkt. Foto Marjon Gemmeke

Zijn het de bomen en struiken die hardop kermen van verdriet? Het Kröller-Müller Museum op De Hoge Veluwe bij Otterlo stelt deze maand, precies 75 jaar na Operatie Market Garden, voor het eerst de schuilbunker open waar tijdens de Tweede Wereldoorlog de kunstcollectie lag opgeslagen. Op het zandpad dat bezoekers – na een wandeling van ongeveer een kwartier – bij de bunker brengt, worden bezoekers begeleid door een mysterieuze klaagzang, die klinkt uit de toppen van de naaldbomen op de twee zandduinen aan weerszijden van bunkeringang.

Het trage atonale hoorngeluid is The Wind Rose, een geluidskunstwerk van de Schotse kunstenaar Susan Philipsz. Voor het kunstwerk nam ze het geluid op dat ontstaat wanneer op een hoornschelp wordt geblazen. De schelpen die Philipsz gebruikte komen uit alle delen van de wereld: van een grote koninginneschelp uit Florida, en een ceremoniële horagai-schelp uit Japan tot een schelp van de Filipijnen. De klanken worden door acht verborgen luidsprekers afgespeeld, en symboliseren zo de acht windrichtingen.

Het kunstwerk van Philipsz functioneert op verschillende manieren: de eerste is praktisch, het markeert de ingang van de bunker, die als zandduin vermomd is en niet opvalt in het landschap. Wanneer je aan komt lopen, hoor je de ijle klanken langzaam aanzwellen. Ze geven richting.

The Wind Rose werkt ook als soundtrack, die de historische lading van deze plek accentueert. Het onophoudelijke steunen en zuchten werkt even kalmerend als verontrustend. Het geluid doet soms denken aan een kalme ademhaling, dan weer aan een schel luchtalarm. Het is dezelfde tegenstelling als die van een bunker: een veilige plaats in een onrustige omgeving.

Stilte

De bunkerkelder zelf is maar een kleine ruimte, ongeveer zo groot als een klaslokaal, met strakke betonnen opbergkasten. Het is moeilijk voor te stellen dat hier tijdens de oorlog zo’n 1.300 schilderijen opgeslagen hebben gelegen, waaronder alle Vincent van Goghs. Een paar houten kisten in de hoek wekken de suggestie dat de kunst er nog maar net is weggehaald.

De schilderijen van het Kröller-Müller werden in 1940 verplaatst naar de kunstbunker.

Foto Kröller-Müller

De schuilbunker kwam er na aandringen van Helene Kröller-Müller in 1938 bij de Rijksoverheid, die sinds 1928 eigenaar was van haar grote kunstcollectie. Zij volgde de ontwikkelingen in Duitsland op de voet en hoewel ze, volgens haar biograaf Eva Rovers, met enige sympathie bezag hoe Hitler haar geboorteland weer sterk maakte, voelde ze ook de dreiging van oorlog toenemen. De bouw van de bunker was nog niet klaar toen Helene Kröller-Müller in 1939 overleed. Na het begin van de bezetting vroeg de nieuwe directeur van het museum, Sam van Deventer, hulp van het Duitse leger om de bunker te voltooien.

Eenmaal weer buiten hoor je weer het trage geluid van The Wind Rose. De klanken van de acht windrichtingen, die afwisselend opkomen en wegzakken, kunnen ook een metafoor zijn voor grote veranderingen in de wereld. Bij het weglopen dooft The Wind Rose langzaam uit. Welke interpretatie je er ook aan geeft: The Wind Rose benadrukt, juist met geluid, op een prachtige manier de stilte die in dit bos heerst.