„Het maken van een portret is voor een groot deel psychologie”, zegt fotograaf Merlijn Doomernik. „Waar het om gaat is: hoe win ik zo snel mogelijk iemands vertrouwen en hoe komen we samen tot een zo mooi mogelijk resultaat. Alle mensen zijn net even anders. Dat maakt het elke keer weer spannend.”
Toen Doomernik op de middelbare school zijn toenmalige vriendinnetje fotografeerde, wist hij al: hier wil ik mijn beroep van maken. Dat hij zich uiteindelijk ontwikkelde tot ‘portretspecialist’ was geen vooropgezet plan. „Ik werkte voor de krant en deed alles: sport, ongelukken. Al snel bleken mijn portretten beter dan de andere dingen die ik deed.” Specialiseren wil hij het dan ook eigenlijk niet noemen. „Ik heb me gewoon minder geprofileerd met ander werk.”
De portretten die hij aanvankelijk maakte – Wim de Bie, Harry Mulisch, Ayaan Hirsi Ali – vielen op door zijn directe manier van fotograferen. „Het waren close-ups, van heel dichtbij, met hard licht. Zonder opsmuk. Confronterend en indringend.” Tegenwoordig, bijna twintig jaar en vele duizenden portretten voor kranten, tijdschriften, theateraffiches en boekomslagen verder, fotografeert hij vaak wat afstandelijker. „Als je wilt blijven groeien, moet je af en toe variëren.”
Soms plaatst hij zijn ‘onderwerp’ bij een trap, soms in een boom of voor een spiegel. Het lijkt vaak allemaal heel doordacht. Maar dat blijkt een misvatting. „Meestal kom ik ergens aan en kies ik voor de eerste mogelijk interessante plek die ik zie. Omdat het mooi is, vreemd, of grappig. Ik weet nooit precies waarom.” Over dat soort dingen wil hij ook niet te lang nadenken. „Als je dat doet, kan je iets helemaal dood bedenken.”
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/08/md-janine-7219233266.jpg|//images.nrc.nl/uL8RQI9Fg-VYmuADK-_knZesQbM=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/08/md-janine-7219233266.jpg)
Janine Abbring, presentator Zomergasten. Merlijn Doomernik
Grappig
Voor attributen geldt hetzelfde: hij gebruikt wat hij ter plekke tegenkomt. Dus zie je op zijn foto’s iemand in een winkelkarretje zitten of aan een kledingrek hangen, of vliegt er plotseling een poes door het beeld. „Hoe willekeuriger de bijkomende elementen zijn, hoe gekker het verhaal dat je er als kijker van kan maken. De terloopsheid van het extra element bepaalt de grappigheid van de foto.”
Maar toch, hoe krijg je de geportretteerde zo gek dat hij met kleren en al in het water gaat staan, of op de grond gaat liggen stoeien met een stoel? „Dat soort dingen verzin ik niet, die gebeuren. Je moet als fotograaf proberen een sfeer te creëren waarin mensen jou volkomen vertrouwen en zich helemaal vrij voelen. Wanneer je ze dan een beetje uitdaagt, gaan ze soms melige dingen doen.” Maar alles met respect, uiteraard. „Als je mensen voortdurend voor aap zou zetten, houd je het in dit vak geen twintig jaar vol.”
Bloedserieus
Niet al zijn werk is grappig. Zijn bij de Zilveren Camera bekroonde serie ‘De meisjes van de Goede Herder’ bijvoorbeeld – over vrouwen die in hun jeugd dwangarbeid moesten verrichten in kloosters – is bloedserieus. Daarom maakte hij het ook, in tegenstelling tot vrijwel al zijn andere werk, in zwart-wit. „Dat was een heftig verhaal over allemaal vrouwen van in de zeventig met een getormenteerd leven. Als je dat in kleur doet, is dat bijna respectloos naar hen toe. Het zwart-wit geeft ook een dreigende grauwheid en drama aan de beelden. Het was de meest effectieve en elegante oplossing.”
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/08/goedeherder.jpg|//images.nrc.nl/V-X5UD0HE7kfJvy_wX9rU6J5snM=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/08/goedeherder.jpg)
Portretten uit de serie Meisjes van de Goede Herder. Merlijn Doomernik
Of het nu om kleur of zwart-wit gaat – bij zijn foto’s speelt licht altijd een belangrijke rol. „Je kunt met licht veel lelijkheid compenseren. Als je het goed neerzet, kun je elke saaie ruimte enigszins spannend maken.” Ook buiten gebruikt hij het. „Altijd. Zonlicht is het over het algemeen vrij hard. Als mensen erin kijken, knijpen ze met hun ogen en hebben ze lelijke schaduwen in hun gezicht. Als jij er zelf in kijkt, heb je maar beperkte technische mogelijkheden. Met een lamp erbij, houd je alles onder controle.”
Niet te snel
Hoeveel tijd kost een goed portret? „De geportretteerde moet zich comfortabel voelen. Bij de een duurt dat tien minuten, bij de ander is dat na drie opnames.” Maar pas op: „Als het te snel gaat, kunnen mensen denken: was dit alles? Dan voelen ze zich niet serieus genomen.” Dus gaat Doomernik soms nog even door terwijl hij weet dat hij het goede plaatje allang heeft. Maar langer dan een uur wil hij er niet aan spenderen. „Als het dan nog niet is gelukt, lukt het binnen een dag ook niet meer.”
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/08/vrede15428210.jpg|//images.nrc.nl/GtoHei092Zjd9aVvcpjht9oACMw=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2019/08/vrede15428210.jpg)
Actrice Romana Vrede. Merlijn Doomernik
Hij kan nog wel een truc verklappen: „Geef de geportretteerde nooit het gevoel dat jij zelf staat te klungelen. Al gaat er van alles mis, doe alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Als jij onzeker bent, wordt de geportretteerde dat ook.” Sommigen kunnen ook geen goed gevoel hebben over hun eigen lichaam. „Vaak gaat het over dingen die ze alleen maar zelf zien: een onderkin, pukkeltjes, wallen.” Zijn tip: „Vraag bij twijfel vooraf wat de hang-ups zijn. Dan krijg je achteraf geen gezeur over die flaporen – die er helemaal niet zijn.”
Levensdoel
Over hang-ups gesproken, ook een gelouterde fotograaf als Merlijn Doomernik heeft er weleens last van. Om ze bij naam te noemen: handen en armen. „Het is mij in twintig jaar nog nooit gelukt om die goed in beeld te brengen. Het zijn ondingen op foto’s. Zitten altijd in de weg. Sommige fotografen hebben als levensdoel om de perfecte foto van een boom te maken. Mijn doel is misschien wel om dé oplossing te vinden voor handen en armen. Als me dat is gelukt, ben ik gewoon klaar.”
Het thema van de NRC Fotowedstrijd van de maand september is ‘Nederland poseert’. Inzenden en stemmen kan op nrc.nl/fotowedstrijd.