Opinie

Zelensky zorgt goed voor zijn Oekraïense vrienden

Hubert Smeets

Een politicus die kiezers niet met beloftes naar de mond praat maar belooft dat hij juist niets belooft, is uniek in z’n soort. Maar in Oekraïne is zo’n politicus aan de macht, sinds televisieproducent/komiek Volodymyr Zelensky in mei president/fabrikant Petro Porosjenko verpletterend versloeg.

Zelensky afficheerde zich in zijn campagne om het presidentschap als een Mann ohne Eigenschaften, als de anti-Porosjenko die het chronisch corrupte land wel schoon zou vegen en daar geen plan voor nodig had.

Gaat dat ook gebeuren?

Tot nu toe opereert hij vooral symbolisch of surrealistisch. Zo wil hij de presidentiële residentie verhuizen van de archaïsche Bankova, ooit bolwerk van de communistische partij, naar het voormalige Leninmuseum, waar straks de presidentiele staf hightech moet loungen. Zijn idee om Tsjernobyl te herscheppen tot een ramp-toeristisch Disneyland hoort eveneens in deze categorie.

Zelensky onderneemt ook echte actie. Her en der benoemt hij zijn eigen mensen. Logisch. Oekraïne kent een cliëntelistische bestuurscultuur. Hij kan dus niet rekenen op een Weberiaanse bureaucratie die professioneel en objectief is. Alles draait om persoonlijke loyaliteit. Daarom is het belangrijk met wie hij zich omringt.

Welnu, de geloofsbrieven van zijn nieuwe mannen doen aan vroeger denken. Velen hebben hun sporen verdiend in de Augias-stal die Oekraïne was, met name onder ex-president Viktor Janoekovitsj, tussen 2010 en 2014 qua clanvorming en corruptie baas boven baas. Zo wordt Zelensky’s nieuwe machtspartij Dienaar van het Volk geleid door Dmitri Razoemkov, eertijds jeugdleider bij Janoekovitsj’ ter ziele gegane Partij der regio’s. Zijn stafchef, na president en premier de machtigste man in het land, is Andrej Bogdan. Deze jurist, een zwerfkei die van de ene naar de andere partij wipt, was advocaat van magnaat Igor Kolomojsky, een der oudgediende oligarchen die onder Porosjenko naar schatting een derde van hun vermogen verloren en dus rekeningen hebben te vereffenen.

De procedure van zijn benoeming was treffend. Wettelijk moet de hoogste ambtenaar worden getoetst door het speciale zuiveringscomité dat na de omwenteling van 2014 is ingesteld. Daar had Zelensky geen zin in. Hij doopte de hele Administratie van de President gewoon om tot Office van de President, zodat de chefspost ineens niet meer stond op de lijst van functies waarover het zuiveringscomité zich kon buigen.

Nog brutaler ging het in Odessa, de stad die zich toch al niets aan Kiev gelegen laat liggen. Voordat hij er een gouverneur zou aanwijzen, beloofde hij dat het „geen peetouder” (Zelensky is joods; zijn kinderen zijn niet gedoopt) of ‘militair’ (kiezers zijn de oorlog met Rusland moe) zou worden. Waarna hij Andrej Andrejtsjikov, handelaar in oud metaal, benoemde. Die heeft, zoals veel zakenlui in Odessa, een kapitaal verdiend in het naburige Russische protectoraat Transnistrië, marktplaats voor vrouwen, wapens en andere contrabande. Andrejtsjikov trok er op met de naar Moskou gevluchte politicus Igor Markov, een der radicaalste Kremlinofielen in heel Oekraïne die lang voor de Majdan in 2014 met de politie in aanraking kwam wegens losse handjes.

Gaat Zelensky op deze voet door, dan gloren pre-Majdantijden voor de (oligarchische) clans die de politiek toen onbekommerd domineerden.

Ziehier de keerzijde van een antipoliticus die, o zo verfrissend en uniek, de burgers geen ordinaire beloftes deed, maar zijn eigen gang kan gaan, want hij heeft ze niets beloofd.

Oost-Europa-expert Hubert Smeets werkt bij het kenniscentrum Raam op Rusland. Hij schrijft om de week met redacteur geopolitiek Michel Kerres over de kantelende wereldorde.