‘Het leven van homo’s lijkt volstrekt niet op dat van hetero’s’

Edmund White In zijn nieuwe boek herleest deze Amerikaanse pionier van de ‘gay-literatuur’ zijn favoriete auteurs. „Ik had de mazzel dat ik lang geleden begon met schrijven, zodat ik de eerste homoreisgids en het eerste sekshandboek en het eerste coming-out-boek kon schrijven.”

Schrijver Edmund White: "Het homoseksuele leven lijkt volstrekt niet op dat van hetero’s."
Schrijver Edmund White: "Het homoseksuele leven lijkt volstrekt niet op dat van hetero’s." Foto: Marco Secchi

‘Misschien was wat er echt gebeurde veel gemakkelijker te verklaren: ik kon opeens geen ambiguïteit, strijd, puzzel of potentieel conflict meer verdragen, omdat ik me te zwak, te kwetsbaar voelde, te onnozel om complexiteit te verdragen.’

Aldus Edmund White aan het begin van The Unpunished Vice: A Life of Reading (2018), een mengeling van memoir en literaire kritiek, waarin hij de plaats van lezen in zijn leven overweegt. Een hartaanval eind 2014 verscheurt de vanzelfsprekendheid tussen die twee. In de nasleep voelt hij geen enkele aandrang meer om te lezen, kampt met concentratieproblemen en beperkt zich tot het vertellen van sterke verhalen.

Natuurlijk brengt een boek het verlangen om te lezen en schrijven terug. Een knappe jonge vriend, karakteristieken die White nooit nalaat te vermelden, gaf hem A Useless Man van de Turkse schrijver Sait Faik Abasiyanik mee. Het plot beangstigde hem en het dromerige in dit boek was precies wat hij nodig had. ‘Er zit iets mystieks en moois in het onuitsprekelijke’, schrijft White erover. ‘Precisie is gemakkelijker onder de knie te krijgen dan artistieke vaagheid, vooral nu wanneer dankzij Google romans sterk leunen op feiten. We hebben het niet langer over ‘bloemen’, maar over specifieke rozensoorten.’ Abasiyaniks onbestemde verhalen begeleidden hem weer naar de schrijftafel waar hij zijn roman Our Young Man afmaakte.

In The Unpunished Vice onderzoekt White zijn leesgedrag. Dat begint bij de uitspraak of gedachte van zijn zesjarige zelf: ‘Ik ben vrij. Ik kan lezen.’ Typisch White, zo realiseert hij zelf ook wanneer hij zijn favoriete auteurs herleest, zoals Marcel Proust. Even karakteristiek is dat hij zijn observaties vermengt met herinneringen, geroddel, literaire kritiek en zelfspot: ‘een van de problemen – en heerlijkheden – van een hogere leeftijd: elke keer dat je een boek leest is de eerste keer.’

Ondanks het plezier dat uit zijn herlezingen, ervaringen, fantasieën en herinneringen spreekt, lijkt White (1940) met dit boek ook de balans op te maken. Wat heeft hij van deze gekoesterde schrijvers geleerd? Wat blijft er na een schrijfcarrière van ongeveer een halve eeuw over?

Wanneer ik er voorzichtig naar vraag, bij hem thuis in de New Yorkse wijk Chelsea, reageert hij nuchter: „Ik had een even lang boek kunnen schrijven over andere schrijvers die ik bewonder, maar ik kan niet iedereen noemen. In dit geval de schrijvers die me beïnvloed hebben: Nabokov, Colette, Tolstoj.”

Het is niet de eerste keer dat u over verlies, rouw, herinnering en erfenis schrijft. Over de aidscrisis en de impact ervan schreef u al sinds begin jaren tachtig.

„Ik heb er genoeg over geschreven, maar niet elk boek hoeft over alles te gaan. Ik heb ook niet geschreven over de Gay Men’s Health Alliance die ik mede oprichtte of mijn tijd bij AIDES, door Daniel Defert in 1984 opgericht na de dood van zijn partner Michel Foucault.”

Is dit uw laatste memoir?

„Ik beschouw mijn leven niet op chronologische wijze, maar op basis van onderwerpen. City Boy gaat over mijn jaren zestig en zeventig in New York, Inside a Pearl over het Parijs van de jaren tachtig. Zo kon ik mijn kindertijd omzeilen, een erg saai onderwerp. Dit boek heeft weer een andere benadering: schrijvers lezen bijna altijd veel en worden daardoor beïnvloed.”

Die kindertijd kwam genoeg aan bod, bijvoorbeeld in een van zijn bekendste boeken: de autobiografische coming of age-roman A Boy’s Own Story (1982). In The Unpunished Vice komt die periode ook aan bod, in relatie tot zijn leesgedrag en de boeken die hem vormden, zoals Thomas Manns Dood in Venetië. Het deed hem hopen dat er anderen waren zoals hij. Er was in die periode, de jaren vijftig en later, weinig aanbod op het gebied van homoliteratuur, vertelt White, en wat er was, gaf nauwelijks voldoening.

Foto Marco Secchi

Al in 1969, aan het begin van zijn carrière, schreef White hierover in het schitterende essay The Gay Philosopher: ‘Het enige dat ik voorstel is dat het tijd is dat homo’s metaforen ontwikkelen die passen bij de realiteit van hun leven en die hun ervaringen echt verklaren in plaats van denigreren.’

Nu zegt hij: „Inmiddels zijn er onnoemelijk veel meer titels en wordt elke dimensie van de homoseksuele identiteit onderzocht. Ik had de mazzel dat ik lang geleden begon met schrijven, zodat ik de eerste homoreisgids en het eerste sekshandboek en het eerste coming-out-boek kon schrijven.”

White heeft altijd over homoseksualiteit geschreven, met als gevolg dat hij tot niche van de homoseksuele schrijvers verbannen werd, hoe gezellig en opwindend het daar ook is geweest. „Het is onmogelijk om een algemene boodschap te verkondigen, terwijl je homoseksueel bent.”

Homoseksuele schrijvers worden niet besproken in grote kranten, verkopen weinig en worden nauwelijks gedoceerd op scholen.

Hoezo?

„Men verzet zich daartegen. Neem Proust: hij wordt beschouwd als een universeel schrijver, terwijl diezelfde mensen zijn homoseksualiteit een te verwaarlozen aspect vinden. Toen mijn Proust-biografie verscheen, schamperde een recensent dat ik hem tot homoseksueel had gemaakt, terwijl hij in werkelijkheid een masturbator was.”

Is dat nog steeds zo?

„In Nederland misschien niet, maar in de Verenigde Staten wel. Homoseksuele schrijvers worden niet besproken in grote kranten, verkopen weinig en worden nauwelijks gedoceerd op scholen.

„Het is interessant om de situatie te vergelijken met een zwarte schrijver. Niemand zou het ooit een belediging vinden om de geweldige Toni Morrison een zwarte schrijver te noemen. Zwarte schrijvers kunnen schrijven over heteroseksualiteit, geboortes van hun kinderen, scheidingen enzovoorts, want het leven van een zwarte heteroseksueel is min of meer een licht vervormde spiegel van het leven van een witte heteroseksueel. Het homoseksuele leven lijkt volstrekt niet op dat van hetero’s. Eigenlijk komen we van Mars.

„James Baldwins Giovanni’s Room maakt het duidelijk: er zitten geen zwarte personages in die roman, omdat zwart zijn en homoseksualiteit slechts los van elkaar behandeld konden worden.”

Niet alleen vanwege je seksualiteit, maar ook om een andere reden kun je niet universeel zijn: u zou te Amerikaans voor Europa zijn en te Europees voor de VS, na zestien jaar in Parijs gewoond te hebben. Hoe ervoer u het verblijf daar?

„Ik bewonder de Franse cultuur enorm en dat is wat de Fransen graag willen horen.”

Lees ook het interview met Bret Easton Ellis: ‘In de eerste plaats ben ik schrijver. Daarna pas komen mijn gayness en mijn witheid’

Wat heeft u meegenomen naar de VS?

Triomfantelijk: „Beleefdheid. Het klinkt niet verhelderend, maar ik had ooit een lunch met een aantal onderzoekers van het werk van Jean Genet en er was een Duitse vrouw die zei: alle mannen hier zijn homo, alle vrouwen hetero. Zoiets zeg je niet in Frankrijk, het sociale leven is er gebaseerd op verleiding. Zo’n opmerking haalt alle spanning weg.”

Even later: „Toen ik net naar Frankrijk verhuisd was, vroeg het magazine Masque naar mijn geaardheid. Ik was de eerste die zijn homoseksualiteit publiekelijk erkende. Een Fransman zou zoiets nooit doen, alhoewel misschien inmiddels wel.”

Voor White is zijn seksualiteit altijd vanzelfsprekend geweest. Dat is de suggestie die spreekt uit The Unpunished Vice. Bovendien: Seks is al vanaf zijn jeugd onlosmakelijk verbonden met lezen en schrijven. Hij herinnert zich hoe hij als veertienjarige in de bibliotheek uitgebreid voetjevrijde met een vriend die zich gelukkig niet gewassen had na zijn sporttraining.

Maar White realiseert zich evenwel dat de herinnering misleidend kan zijn: hij vraagt zich af of zijn moeder hem iets duidelijk probeerde te maken toen zij hem de biografie van balletdanser Vaslav Nijinski gaf. Ook wordt hij verrast door zijn zo gekoesterde auteurs. Na herlezing van Pale Fire van Nabokov realiseert hij zich dat het boek een hilarisch en teder portret van een homoseksuele mafketel is.

Dan moet het hoofdstuk over de fascinerende figuur Curzio Malaparte nog komen, de Italiaanse schrijver die zich inzette voor de fascistische zaak en later zijn geschiedenis probeerde op te poetsen. Aan de hand van Malaparte onderzoekt White het verband tussen homoseksuele en fascistische voorkeuren en hoe diens oeuvre in dit krachtenveld functioneert.

Het hoofdstuk over deze ‘bad gay’ is vooral interessant in relatie tot de hedendaagse politieke verhoudingen. The Unpunished Vice is het eerste boek van White dat onder president Trump verschenen is. Die wordt echter niet met naam en toenaam genoemd. „Is dat niet de beste wraak?”, grapt White.

Toch is zijn aanwezigheid in het boek sterk.

„Het is niet bewust zo gegaan. Ik mag blij zijn dat ik in de jaren vijftig en zestig opgegroeid ben en dat mijn mentors, zoals Foucault en de dichter James Merrill, zo belezen en beschaafd waren. Trump is voor mij het tegenovergestelde van dat alles. Met dit boek herinner ik mensen eraan dat er een tijd vóór Trump was.”

Als daad van verzet?

Nu draait White naar zijn man, de schrijver Michael Carroll, die na het vallen van Trumps naam zijn werkzaamheden gestaakt heeft: „Wat is jouw kijk daarop?”

Carroll: „Ik ben nog steeds boos, ik kan geen boek meer uitlezen. Ik ben blij getrouwd te zijn. Veel andere homo’s zijn de afgelopen maanden getrouwd, omdat het onduidelijk is wat er te gebeuren staat.”

Volgens de Amerikaanse schrijver James Baldwin is taal een machtsmiddel. Lees ook de column van Clarice Gargard: Taal is zeg maar echt een machtsmiddel

Nederland staat op veilige afstand van dit spektakel.

Carroll: „Dit spektakel wordt moedwillig ingezet om ons in verwarring te houden, terwijl macht geconsolideerd wordt. Wat ik vooral niet begrijp, is dat homo’s zelf meehelpen de klok terug te draaien. Vanwege die woede zit mijn eigen boek vol seks en dood.”

Wat is de rol voor schrijvers in deze tijd?

White: „Homoseksuele schrijvers waren belangrijk in de jaren zeventig, omdat zij als enigen openlijk homoseksueel waren. Dat is inmiddels veranderd en schrijvers zijn politiek gezien nu minder van belang.”

In The Unpunished Vice zegt White het iets smeuïger: ‘we were minor celebrities and opinion-makers in our ghetto. I remember saying to someone at the time: “I may never be so well known as John Updike, but to my few readers I’m indispensable.”

Ook binnen de literaire wereld is er minder solidariteit en meer segregatie dan White zou wensen. „Ik sprak met een lesbische uitgever bij de opening van een tentoonstelling over Stonewall (homobar in Greenwich die in 1969 werd ontruimd met rellen tot gevolg, red.). Ze kende mij niet en na even gegoogeld te hebben vond ze inderdaad dat ze van mij gehoord had moeten hebben. Dat is zo typisch.”