Fritz Honka (Jonas Dassler) en zijn huisgenote Gerda Voss (Margarete Tiesel) in ‘Der Goldene Handschuh’.

Interview

Fatih Akin: ‘De vrouwen gaan me meer aan het hart dan Honka’

Fatih Akin De Duitse regisseur is verguisd om het vele geweld in ‘Der Goldene Handschuh’, en gewaardeerd onder genreliefhebbers omdat hij een onvervalste horrorfilm heeft gemaakt. Wat denkt hij zelf?

Over Der Goldene Handschuh zijn vele verhalen te vertellen. Sinds de geruchtmakende première van de seriemoordenaarsfilm op het Filmfestival Berlijn heeft de Duitse regisseur Fatih Akin de meeste ook wel al gedeeld.

De verhalen vertellen over zijn fascinatie voor het waargebeurde verhaal van de Hamburgse vrouwenmoordenaar Fritz ‘Fiete’ Honka. Die pikte in de jaren zeventig verlopen prostituees op die voor een paar glazen drank met hem mee naar huis gingen, waar hun een gruwelijk lot wachtte. Of ze gaan over het feit dat hij wel eens een horrorfilm wilde maken – want door het eindeloze repetitieve geweld is Der Goldene Handschuh eerder een groteske slasher, en niet direct iets wat je van de gelauwerde arthouseregisseur van films als Gegen die Wand (2004) en Aus dem Nichts (2017) zou verwachten.

Een paar maanden na de eerste reacties lijkt hij zijn eigen film ook beter te begrijpen: „Het duurt soms even voor ik mijn werk in perspectief zie. Feitelijk zijn al mijn films een dialoog met elkaar. Maak ik eerst een succesvolle film over een slachtoffer van terrorisme, dan maak ik daarna een film over een dader.” En: „Ik begrijp dat de film door #MeToo en de wereldwijde discussie over seksueel geweld tegen vrouwen een andere betekenis kan krijgen, maar de vrouwen in de film worden niet als anonieme slachtoffers afgeschilderd.”

Vorige week was hij ter gelegenheid van de Nederlandse première in Amsterdam. Daar wilde hij de confrontatie met alle kritiek nog wel eens aan.

Kunt u om te beginnen de sociaalhistorische context van de film schetsen?

Der Goldene Handschuh is een morele vertelling over het naoorlogse Duitsland. Of beter gezegd, over het gebrek aan moraal. Direct toen ik het boek van Heinz Strunk had gelezen herkende ik dat. Natuurlijk is het allereerst een waargebeurd verhaal over een vrouwenmoordenaar, maar het heeft ook iets groters over Duitsland te vertellen.

„Als je het vandaag over de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust hebt, dan heeft Duitsland het imago dat diepgravend en bewonderenswaardig te hebben verwerkt. Maar dat geldt eigenlijk pas voor de generatie van ’68. De generatie daarvoor zijn de daders en de slachtoffers die volkomen getraumatiseerd uit de oorlog waren gekomen. Die verdronken schuld en pijn in liters goedkope alcohol. Daar is helemaal niets verwerkt. Dat zie je wel aan de manier waarop de rechts-populistische AfD nu schaamteloos bepaalde sentimenten kan exploiteren die we met de nazi’s associëren.”

„Zelf ben ik in 1973 in Hamburg geboren, vlak voordat Honka zijn eerste moorden pleegde. Ik ken hem alleen als gruwelverhaal. Maar de bars die hij frequenteerde, het uitgaansleven van toen, de misère, vertellen samen ook het verhaal van de stad, van een verdwenen cultuur, al is de kroeg Zum goldenen Handschuh er nog steeds.”

Het is onvermijdelijk om niet filmmaker Rainer Werner Fassbinder te noemen, die als geen ander de naoorlogse hypocrisie aankaartte.

„Ik word al sinds mijn debuutfilm Kurz und schmerzlos met hem vergeleken, en daar heb ik gemengde gevoelens over, maar je hebt gelijk. Der Goldene Handschuh staat zowel inhoudelijk als stilistisch in zijn traditie. Voor deze film heb ik me expliciet laten inspireren door zijn Händler der vier Jahreszeiten (1971), een schets van een kleinburgerlijk milieu zonder enige ambitie waarin de alcohol rijkelijk vloeit. Fassbinder is nietsontziend. Hij begreep waarom er in de arme Duitse wijken na de oorlog meer cafés werden geopend dan waar ook. De geschiedenis van het naoorlogse Duitsland is de geschiedenis van zijn kroegen.”

Toch lijkt Fassbinder uiteindelijk humanistischer dan het gewelddadige en nihilistische wereldbeeld dat uit ‘Der Goldene Handschuh’ spreekt. Het lijkt alsof u in deze film zelf ‘gegen die Wand’ gaat in de verbeelding van geweld tegen vrouwen.

„Ja, die kritiek heb ik inmiddels vaker gehoord, maar dat is echt belachelijk. Ik ben geen nihilist. De film is nihilistisch, ja, dat wel. Natuurlijk zit mijn film vol lelijkheid. Honka was misvormd, hij haatte zijn uiterlijk. Maar er zit ook schoonheid in en dat meen ik uit de grond van mijn hart. Misschien ben ik er niet in geslaagd om dat voldoende duidelijk te maken. Maar ik zie schoonheid en poëzie in het verwoestende effect van alcohol en tabak op de gezichten van de vrouwen in de bar. Tijd en zwaartekracht hebben greep op hen gekregen. Dat is misschien niet mooi, maar dat is wel hoe de kracht en het verval en de droevenis van de tijd eruitzien. Wat is dan mooi? Heidi Klum in Germany’s Next Top Model?”

Lees hier de recensie van ‘Der Goldene Handschuh’

Om die menselijkheid te kunnen zien is er een betere balans nodig in de tijd die u besteedt aan Honka en zijn slachtoffers. Het eindeloze wurgen en zagen laat misschien zien dat het moeilijk is om een mens te doden, maar het objectiveert de slachtoffers, en vertelt weinig over de vrouwenhaat of wat er dan ook aan ten grondslag ligt.

„Toch heb ik wel het gevoel dat ik de vrouwen in mijn film voldoende ruimte heb gegeven. Met name Gerda Voss, die ontsnapt, en Frida, die het concentratiekamp heeft overleefd. Zij is degene die het langste verzet biedt. Ze heeft de hel in de ogen gekeken en weet wat de dood is. Alles wat ze nog heeft is haar leven, en dat wil ze niet opgeven. Dat maakt haar geschiedenis voor mij extreem tragisch.

„Tegen een Duitse journalist die veel kritiek had op het geweld tegen vrouwen in de film riep ik uiteindelijk: ‘Dan moeten vrouwen de film maar niet gaan zien’. Maar dat bedoel ik natuurlijk niet zo. Voor mijn oude docent, de feministische filmmaker Helke Sander, was dat een reden de film te gaan zien, en ze schreef me een lange brief over dit onderwerp, waarin ze juist inging op de ruimte die ik de vrouwen geef. Maar er zit daar een spanning die discussie oproept. Natuurlijk ben ik gefascineerd door Honka, want er zit een Honka in mij, maar de vrouwen gaan me meer aan het hart dan Honka. Ik heb geen sympathie voor hem willen opwekken, zoals dat misschien in het boek nog wel gebeurt.”

Wie is die Honka in u?

„Ik heb een probleem met woede, en misschien daardoor ook met agressie. Het is een drijvende kracht waar ik veel profijt van heb. Gegen die Wand was het resultaat van die woede. Maar op een gegeven moment wordt het repetitief, saai, en destructief. Sinds de montage van Der Goldene Handschuh ben ik in therapie. De reflectie op mijn eigen agressie heeft een groot gevolg gehad voor de film. Geweld tegen vrouwen is nu een groot thema, en terecht. Ik leef tussen de vrouwen, ik heb een vrouw, een dochter, een moeder. Ik zou er niet tegen kunnen als hun iets zou overkomen.

„Er zijn echter voor mij geen simpele verklaringen. Er zijn genoeg mensen die dezelfde trauma’s hebben als Honka en geen seriemoordenaar worden. Het gaat niet over seksuele perversie. Hij raakte niet eens opgewonden. Integendeel. Het gaat eerder over seksuele frustratie. Maar zelfs als dat een verklaring is, dan legitimeert die niets. Uiteindelijk denk ik dat mensen die andere mensen haten een fundamenteel gebrek aan empathie hebben. Dan maak ik liever een film die discussie oproept, die mensen verafschuwen, maar die niet zonder empathie is.”