Universiteiten bestrijden m/v-verschil bij promoties

Cum Laude promoveren Bij promoties krijgen mannen vaker cum laude dan vrouwen. Hoe dat kan is onduidelijk. Universiteiten proberen het te bestrijden.

Foto iStock

De helft van de Nederlandse universiteiten heeft maatregelen genomen om te proberen tegen te gaan dat mannen meer kans hebben om cum laude (‘met lof’) te promoveren dan vrouwen. In oktober 2018 was uit onderzoek van NRC gebleken dat dit sekseverschil de afgelopen jaren aan alle Nederlandse universiteiten bestond. Geen van de universiteiten was er toen van op de hoogte. Nu zeggen alle universiteiten behalve de TU Delft de sekseverdeling in cum laude promoveren bij te houden, blijkt uit een nieuwe rondgang.

De oorzaak van het sekseverschil was en is niet precies duidelijk. De meeste universiteiten hebben er na de berichtgeving door NRC intern onderzoek naar gedaan, maar ook geen definitieve oorzaak kunnen vaststellen. Bij de Vrije Universiteit en Wageningen UR lopen nog onderzoeken. Duidelijk is in elk geval dat de criteria voor een cum-laudepromotie niet exact zijn omschreven, in tegenstelling tot bij cum laude afstuderen, waarbij iemands cijfers een bepaald niveau moeten hebben – een relatief objectief criterium.

Goede training

Omdat er bij cum laude promoveren ruimte is voor interpretatie, zouden al dan niet bewuste vooroordelen jegens vrouwen een rol kunnen spelen. Bij studenten in Nijmegen zijn het in elk geval nog juist de vrouwen die vaker cum laude krijgen, ontdekte de Radboud Universiteit, en in dat stadium is cum laude een objectievere beoordeling.

De Rijksuniversiteit Groningen (RUG) laat weten ervan overtuigd te zijn dat implicit bias een rol speelt: „promotores (man en vrouw) hebben mogelijk een beeld van een goede wetenschapper dat meer aansluit bij de gemiddelde mannelijke promovendus. We gaan daarom nog meer inzetten op een goede training voor alle promotores en we maken deze voor startende promotores verplicht.” Zulke trainingen tegen implicit bias worden ook gegeven aan andere universiteiten, zoals de Universiteit van Amsterdam (UvA), de Erasmus Universiteit Rotterdam, de Universiteit Utrecht, Tilburg Universiteit en de Universiteit Twente.

Bij de RUG worden ook de promovendi getraind, want: „Een deel van de oorzaak kan ook bij de vrouwelijke promovendi zelf liggen. Mogelijk zijn zij zich minder bewust van het feit dat ze in aanmerking kunnen komen voor een cum laude, en het belang daarvan voor hun toekomstige carrière, en bespreken ze dit minder vaak dan hun mannelijke collega’s met hun promotor.” Bij de Universiteit Utrecht denkt men eveneens „dat vrouwen over het algemeen wat bescheidener en zelfkritischer zijn, en zich daardoor minder snel hardmaken voor een eigen cum laude”.

Concrete criteria

Die universiteit wil daarom onder meer de criteria voor een cum-laudepromotie concreter meetbaar maken en de cum-laudevraag van het beoordelingsformulier halen: daar moet de beoordelingscommissie voortaan spontaan mee komen. Ook wordt de werkwijze van faculteiten er meer gelijkgetrokken. Er zijn namelijk verschillen in cum laudes tussen vakgebieden en het is ook nog onduidelijk of en hoe dat met het sekseverschil in cum laudes te maken heeft. De rector van de TU Eindhoven werkt persoonlijk eveneens aan een aanpassing van de cum-laudeprocedure, maar die wil daar nu nog niet inhoudelijk op ingaan.

De meeste universiteiten (ook de TU Delft) verwijzen ook naar andere maatregelen die ze hebben (of al hadden) genomen om de diversiteit en de bewustwording daarover te vergroten en de universiteit vrouwvriendelijker te maken. Zoals: minstens één vrouw en één man in elke manuscriptcommissie, zoals universiteitencollectief VSNU aanbeveelt. De UvA is verder van plan om vanaf nu op de helft van de vacante hoogleraarsposities een vrouw te benoemen. En de Universiteit Leiden laat decanen en wetenschappelijk directeuren er extra op toezien dat proefschriften van mannen en vrouwen gelijk worden beoordeeld.

Of het sekseverschil in cum laude promoveren sinds oktober 2018 is afgenomen, is niet te zeggen: daarvoor zijn de aantallen te klein. Er promoveren enkele duizenden mensen per jaar, van wie minder dan 5 procent cum laude.