Hicham Khalidi heeft onlangs twee volle weken zitten lezen. Bijna 700 aanmeldingen waren er voor de Jan van Eyck Academie in Maastricht, daarvan konden pakweg 30 worden gehonoreerd. De aanmeldingen kwamen uit de hele wereld: Van Eyck in Maastricht en de Rijksakademie en De Ateliers in Amsterdam zijn internationaal vermaarde instituten. De postacademische kunstinstellingen bieden jonge kunstenaars tijdelijk een eigen studio, waar ze zich onder begeleiding verder kunnen ontwikkelen. Bij Van Eyck is die periode doorgaans een jaar.
Khalidi wilde alle 700 aanmeldingen gezien hebben, óók de 500 die in de eerste ronde afvallen. Hij is sinds 1 oktober directeur van de Jan van Eyck Academie, dit was zijn eerste selectie. „Wat ik deed: ik keek eerst naar de plaatjes, waar gaat het werk van de kunstenaar over. Het enige plaatje dat ik expres steeds oversloeg was de portretfoto. Die moeten we er ook uithalen, vind ik. Daarna begon ik te lezen.” Het resultaat: kandidaten uit zulke verschillende landen als Peru, Japan, de VS, Colombia, Brazilië, Dubai en Finland, maar ook uit omringende landen (België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje) en Nederland. De nieuwe lichting begon in april.
Zoveel diversiteit is op zich niet ongebruikelijk, wel was er bij de selectie een belangrijk verschil met voorgaande jaren: de nieuwe directeur had ook zelf gescout, jonge kunstenaars tegen wie hij had gezegd: meld je aan, probeer het gewoon. En, ook nieuw, ook gescout: twee residenten die zich bezighouden met mode. „Mode en kunst zijn verwant”, vindt Hicham Khalidi (47), die in 1997 begon met de modeconceptstore Concrete. Later was hij directeur van het Haagse platform voor hedendaagse kunst TAG, cureerde biënnales in Beiroet, Sydney en Marrakesh en werkte, de afgelopen drie jaar, bij Lafayette Anticipations in Parijs. Hij werd geboren in Marokko en groeide op in Den Haag.
Waarom ging u scouten?
„Wij noemen ons internationaal, maar is dat ook zo? Zijn we als instituut toegankelijk in gebieden waar ze ons niet of nauwelijks kennen? Of waar een fee van 2.750 euro nog altijd veel geld is? We kunnen met al die aanmeldingen natuurlijk makkelijk receptief werken, maar pro-actief zijn, zelf scouten, dat kan ook. Internationaal, divers en inclusief zijn woorden die tegenwoordig veel worden gebruikt. De vraag is: hoe ga je er in het echt mee om?”
De Jan van Eyck Academie was zeven jaar geleden bijna opgeheven, een bezuinigingsmaatregel van toenmalig staatssecretaris Halbe Zijlstra. Dat tij is gekeerd. Tegenwoordig komt ruim eenderde van de inkomsten van buiten, wordt samengewerkt met tal van andere instituten en is het oordeel van het rijk louter positief.
U bent gevraagd om te solliciteren. Wat trok u aan?
„De afgelopen tien jaar werkte ik als freelancer, dus in opdracht. De kennis en het netwerk die ik in die tijd heb opgebouwd, wilde ik gaan inzetten voor een organisatie. En dan het liefst een organisatie waar de inhoud centraal staat, waar het denken en het maken belangrijker zijn dan het permanent regelen van tentoonstellingen. Publiek is een factor in de kunst, maar niet de enige factor.”
Kun je nog een eigen stempel drukken als nieuwe directeur, wanneer het zo goed gaat met een instituut?
„Mensen vragen mij vaak: wat is je visie. En natuurlijk heb ik die, ik heb ideeën en ervaring die ik heb meegenomen en waar ik op doorga. Vandaar dat scouten, vandaar die twee plekken voor mode. Maar wie ben ik om te zeggen: we gaan het hier helemaal anders doen. Dat hoeft helemaal niet. Ik hoef alleen maar te versterken hoe het hier gaat, de kaders maken waarbinnen er dingen gebeuren. Ook dat is sturen.”
Dat sturen zal veel te maken hebben met engagement: zijn eigen engagement maar ook, viel hem op, dat van de kunstenaars die zich aanmelden. „Allemaal willen ze iets betekenen voor de wereld, dat vond ik heel opvallend.” Zelf is hij net terug uit Chandigarh in India, in 1953 als nieuwe hoofdstad voor de deelstaat Punjab ontworpen door Le Corbusier. „Over drie jaar is daar een biënnale die, vanwege de klimaatverandering, zal gaan over het dreigende water.” Wat hem voor ogen staat: meer internationale verbanden, meer maatschappelijk engagement, meer verbintenissen met het onderwijs, als het kan ook met exacte wetenschappen.
Ook de Rijksakademie en De Ateliers hebben sinds kort een nieuwe directeur, Emily Pethick en Xander Karskens. Bent u concurrenten?
„Nee, we trekken samen op, we zijn alle drie van huis uit curator en we delen een bepaalde blik op netwerken, op samenwerken ook. En we hoeven toch ook niet te vechten over wie welk budget krijgt? Het is misschien een beetje saai, maar je moet niet denken in of, of maar in en, en.”