Anders dan hun geloofsgenoten in veel andere landen in Azië had de christelijke gemeenschap van Sri Lanka nauwelijks vijanden. Maar op Paaszondag bleek zij zonder het te beseffen pion te zijn geworden in een schaakspel van radicale moslims, die ervan uit gaan dat ze in een mondiale strijd zijn gewikkeld met het christendom en andere godsdiensten. Daarin kunnen Sri Lankese christenen wat hun betreft naar believen worden geofferd.
Mohammed Zaharan, de Sri Lankese prediker die volgens de regering een hoofdrol speelde bij de aanslagen op onder meer drie volle kerken, spoort op een oude videoclip tegen de achtergrond van het brandende World Trade Center in New York moslims aan ongelovigen te doden. Islamitische Staat stelde zich deze week verantwoordelijk voor de aanslagen, al staat niet vast hoe direct de beweging zich ermee heeft bemoeid. Zoals vaker lichtte IS in een verklaring toe dat de aanslagen waren gericht tegen de Coalitie van de Kruisvaarders en christenen.
„IS schildert alles graag af als een strijd tussen het corrupte Westen en de dappere moslims die vechten ter meerdere glorie Gods”, aldus Rafaello Pantucci, verbonden aan RUSI, een denktank van het Britse ministerie van Defensie in Londen. „En ze gieten hun verhaal graag in de context van de Kruistochten.”
Botsing der beschavingen
IS en ook de Sri Lankese regering zinspeelden erop dat de aanslagen een vergelding waren voor de aanslagen op twee moskeeën in het Nieuw-Zeelandse Christchurch, vorige maand. Opvallend genoeg bediende de dader daarvan, de Australiër Brent Tarrant, zich van dezelfde middeleeuwse symboliek. Hij had het onder meer over de Orde van de Tempeliers, bekend uit de tijd van Kruistochten. Hij zou voor zijn actie de zegen hebben gekregen van de ‘herboren tempeliers’, schreef hij zelf.
Aanslagen als die in Christchurch en Sri Lanka, en de woorden waarmee ze worden gerechtvaardigd, versterken de indruk dat er een clash of civilizations gaande is, een botsing van beschavingen. Precies de titel van een omstreden boek van Harvard-hoogleraar Samuel Huntington uit 1996, waarin hij betoogde dat de 21ste eeuw niet langer het toneel zou zijn van wedijverende ideologieën maar van botsende culturen. Zo zou de westerse christelijke cultuur onder meer komen te staan tegenover de islamitische. Een concept dat nu vooral bij populistisch rechts ook in Europa veel aanhangers kent.
Feit is dat veel christelijke minderheden in Azië en het Midden-Oosten het de laatste jaren moeilijker hebben gekregen. Van Indonesië tot China en van India en Pakistan tot Irak en Egypte. De christelijke bevolking in een land als Irak daalde van circa 1,5 miljoen in 2003 (toen zo’n 6 procent van de bevolking) naar zo’n 250.000 vijftien jaar later. De meesten emigreerden naar het Westen.
Maar dat er sprake zou zijn van een wereldwijde botsing van beschavingen weigert Meenakshi Ganguly, Zuid-Azië-specialist van Human Rights Watch, te aanvaarden. Ja, christenen hebben het op veel plaatsen zwaar, beaamt ze. „Maar dat geldt net zo goed voor allerlei andere minderheden. We zien een toename in religieuze onverdraagzaamheid over de hele linie.” Ze noemt de Rohingya in Myanmar, onderdrukt door de boeddhistische meerderheid. Ook shi’itische minderheden in overwegend islamitische landen hebben vaak te kampen met agressie van sunnitische meerderheden.
Het heeft volgens Ganguly te maken met de opkomst van populistische politici, die minderheden afschilderen als een bedreiging. „Haat opwekken is uit den boze”, zegt zij, „maar helaas zien we dat steeds meer leiders dat toch doen.”
Zo denkt niet iedereen erover. „In het Westen ontstond vrijheid van godsdienst pas nadat het christendom was verzwakt”, constateerde de Turkse Midden-Oostenkenner Talip Kucukcan al enkele jaren geleden op een conferentie in Istanbul. Waarmee hij leek te suggereren dat verdraagzaamheid eerder een teken van zwakte is dan van kracht. Iets wat radicalen in Oost én West maar al te graag onderschrijven.