Een nieuwe oude kooktechniek

Janneke kookt De Ecostoof is mijn laatste keukenaanwinst, maar dit gerecht kan ook met de ‘campingmethode’ gemaakt worden.

Hij lijkt, tja, waar lijkt hij op? Een theemuts? Maar dan niet zo’n muts die je over de theepot heen plaatst, maar zo eentje met een gewatteerd mandje waar je de pot ín zet. Of nee, wacht, ik weet het al: hij lijkt nog het meest op een Victoriaanse slaapmuts, iets wat de tante van Jane Eyre zou dragen in de nacht. Maar dan niet uitgevoerd in zedig wit katoen maar in een zware kwaliteit zwart linnen. En ondersteboven. Nu ja, ik hoop dat u zich bij deze een vage voorstelling kunt maken van de Ecostoof, mijn laatste keukenaanwinst. En anders valt hij te bewonderen op www.ecostoof.nl.

‘Koken met de Ecostoof is een nieuwe kooktechniek’, staat er op de website. Dat is niet helemaal waar. De stoof is niets meer, en ook niets minder, dan een hedendaagse versie van de good old hooikist: een warm nestje waarin je eten kunt laten doorgaren zonder verbruik van brandstof. De ontwerpers hebben goed nagedacht over de uitvoering, van de vulling van schapenwol (afkomstig van het Schoonebeker heideschaap) tot warmte-isolerende kurk in de bodem en de verwerking van warmtereflecterend materiaal in de deksel. Volgens hen kun je er je (kookgerelateerde) energieverbruik met eenderde mee reduceren. Is dat niet cool?

Hoewel ik grootste plannen heb met mijn Ecostoof – bouillon trekken, vlees stoven, yoghurt maken – gaarde ik er tot nu toe vooral peulvruchten in. Daar gaan we vandaag ook iets mee doen: een voorjaarsachtige antipasto van romige wittebonen-knoflookpuree met roergebakken raapsteeltjes en Parmaham.

Wie geen zin heeft om à la minute zo’n Victoriaanse slaapmuts aan te schaffen, gebruike de campingmethode: wikkel de pan in een thee- of handdoek en nestel hem vervolgens in een slaapzak of dekbed.

Wittebonen-knoflookpuree met raapsteeltjes en Parmaham

Antipasto voor 6 personen

250 g witte bonen, een nacht geweekt; 4 tenen knoflook, ongepeld + 2 teentjes knoflook, in dunne plakjes; 6 blaadjes verse salie; olijfolie; 2 bossen raapsteeltjes; 1 rode chilipeper, met of zonder zaadlijsten, in ringetjes; 200 g Parmaham, in dunne plakken; 1 schoongeboende citroen.

Spoel de geweekte bonen af en doe ze in een pan met de ongepelde knoflooktenen, salie en een goeie snuf zout. Zet onder water en breng aan de kook. Draai het vuur laag en laat de bonen, afgedekt, 20 minuten koken.

Wikkel de pan daarna in een theedoek en zet hem 2 – 3 uur in de Ecostoof. Of creëer uw eigen ecostoof door de pan in een thee- of handdoek en vervolgens in een slaapzak of dekbed te wikkelen.

Schep tweederde van de gare bonen in de mengkom van de keukenmachine. Wip de tenen knoflook uit hun jasje en voeg toe. Voeg ook de salieblaadjes, 4 eetlepels kookvocht en 4 eetlepels olijfolie toe en pureer tot een gladde puree. Voeg zo nodig extra kookvocht toe, totdat de gewenste dikte ontstaat. (Of pureer met een staafmixer.) Schep de overgebleven hele bonen door de puree. Proef en maak op smaak met zout en versgemalen peper.

Was en droog de raapstelen en snijd ze een keer doormidden. Verhit een scheut olijfolie in een wok en fruit hierin de plakjes knoflook en de chilipeper een minuutje. Voeg de raapsteeltjes toe en roerbak tot de groente geslonken is. Proef en maak op smaak met zout.

Drapeer de ham op een grote schaal of op 6 borden. Schep de raapsteeltjes en de bonenpuree ernaast. Besprenkel alles met nog wat olijfolie en rasp wat citroenschil over de bonenpuree.