De VVD maakt een roerige tijd door. In en buiten de liberale partij wordt gespeculeerd over het vertrek van partijleider Mark Rutte naar Europa. Fractievoorzitter Klaas Dijkhoff ligt regelmatig onder vuur wegens zijn ‘populistische’ stijl en omstreden ‘proefballonnetjes’.
Drie burgemeesters uitten openlijk kritiek op de partijkoers, twee van hen zegden hun VVD-lidmaatschap op. Intussen moet de VVD manoeuvreren in een breekbare coalitie. En dan is het ook nog eens verkiezingstijd. De grootste coalitiepartij in het kabinet-Rutte III staat op licht verlies in de peilingen en voelt op rechts de concurrentie van Forum voor Democratie. Om zich scherper te profileren moet de VVD zich afzetten tegen de linkse oppositie – maar niet te veel, want als de coalitie zijn meerderheid verliest in de Eerste Kamer moet er mogelijk worden samengewerkt met GroenLinks.
NRC benaderde 283 actieve VVD’ers buiten het Binnenhof – gemeenteraadsleden, Statenleden, gedeputeerden, burgemeesters en wethouders – over de toestand van hun partij, 169 wilden meewerken.
-
Het leiderschap
„Hij is nog niet zo oud en heeft ook geen kinderen om zich druk over te maken.”
Gerrit Schimmel, raadslid in Voorst
„Er is een tijd van komen en een tijd van gaan.”
René Lazeroms, wethouder in Rucphen
„Op een gegeven moment moet je ook beseffen dat een frisse wind gezond is.”
Andrea Bakhuizen-Van der Ploeg, raadslid in Waddinxveen
Na negen jaar premierschap wordt in Den Haag al volop gespeculeerd: vertrekt Rutte naar Brussel? Hij zou als een van de langstzittende regeringsleiders in Europa in aanmerking kunnen komen voor de functie van Europees ‘president’ of voorzitter van de Europese Raad. Of zou hij toch door willen? Hij lijkt in ieder geval nog oprecht lol te hebben in zijn werk.
De actieve VVD’ers in het land geven een duidelijk signaal af: ruim tweederde van de ondervraagden is van mening dat het tijdperk-Rutte ten einde loopt. Op de vraag met welke lijsttrekker de VVD de volgende Tweede Kamerverkiezingen in moet, noemt ruim een kwart uit zichzelf Rutte. De helft van de ondervraagden komt met een alternatief, bijna drie op de tien kunnen of willen geen naam noemen. „Ik vind hem een hele goeie, daarover geen misverstand,” zegt Pauline Hospel-Koster, gemeenteraadslid in het Noord-Brabantse Bladel, „maar het is tijd voor vernieuwing.”
Géén Balkenende-scenario
Veel VVD’ers noemen de woorden ‘houdbaarheidsdatum’ en ‘frisse wind’. „Rutte doet het goed, maar soms zit iemand te lang op een positie”, zegt raadslid Bart Bisschop uit Renswoude. „Dan moet er vers bloed komen.” Het is misschien „wat onaardig” voor Rutte, „want hij is de meest succesvolle politicus van een paar generaties”, zegt Frank Perquin, fractievoorzitter in Meppel. Toch denkt Perquin dat Ruttes „politieke houdbaarheidsdatum in deze functie wel in zicht komt”.
Meerdere keren valt de naam van de vorige premier, CDA’er Jan-Peter Balkenende. Hij leidde vier kabinetten en ging – achteraf bezien – één termijn te lang door. Dat scenario moeten we zien te voorkomen, menen de VVD’ers. Beter op tijd stoppen dan nét te lang doorgaan.
Hoewel de vraag open gesteld werd, valt niet uit te sluiten dat de VVD’ers er al van uitgaan dat Rutte stopt en om die reden een andere naam noemen. Want ook de meeste VVD’ers die nu een andere lijsttrekker aandragen, zeggen Rutte te bewonderen. Mocht hij zelf door willen, dan zal er geen opstand uitbreken.
Gevat, relaxed, jong, slim
Maar als het niet Rutte is die de VVD bij de volgende landelijke verkiezingen aanvoert, wie dan wel? Ruim vier op de tien ondervraagden noemt Klaas Dijkhoff. En ondanks de kritiek die rond het Binnenhof vaak klinkt, vindt het overgrote deel van de lokale VVD’ers (89,3 procent) dat de VVD-fractievoorzitter in de Tweede Kamer het goed doet. Ze noemen hem gevat, relaxed, jong en slim. Dijkhoff, zeggen ze, is een man van het volk die duidelijke taal spreekt. De meesten kunnen zijn gevoel voor humor waarderen. Al waarschuwt John Koster, raadslid in Kapelle, dat het soms „wat té cabaretesk” is. „Hij moet opletten dat hij de goede balans vindt.”
Wethouder Sonja Suij uit Terneuzen vindt dat Dijkhoff de partij „een boost” heeft gegeven. De kritiek dat hij te populistisch is, wuift ze weg. „Dat is in deze tijd misschien wel nodig. Kijk naar de concurrentie van Forum voor Democratie en de PVV, het volk vraagt daar blijkbaar om. Klaas beantwoordt echt aan de tijdgeest en weet mensen aan te spreken.”
Over de vele proefballonnen die hij op laat – zoals zijn pleidooi voor het zwaarder bestraffen van misdrijven in probleemwijken en voor een demonstratieverbod bij de intocht van Sinterklaas – is een deel van de VVD’ers kritisch. Een „leerpunt”, zeggen ze. Dat hij er zelf de spot mee dreef door op het VVD-festival honderden echte ‘proefballonnen’ op te laten, is niet bij iedereen goed gevallen. „Heel milieuvervuilend en gevaarlijk voor dieren”, stelt raadslid Gerda Jolink uit Brummen.
Anderen vinden het juist goed dat de VVD-fractievoorzitter met eigen ideeën komt, al zijn ze niet allemaal uitvoerbaar. „De functie is dat hij laat horen welke richting we op willen”, zegt Jeroen Kolster, gemeenteraadslid in Capelle aan den IJssel. Ook Wilders doet het, en mensen vinden het fantastisch. Dat neemt Dijkhoff goed over.” Verschillende VVD’ers vinden het ook goed dat Dijkhoff zo nu en dan „tegen heilige huisjes aanschopt” en „de scherpe kantjes opzoekt”. De VVD-bewindspersonen moeten zich houden aan het regeerakkoord, de Tweede Kamerfractie moet „niet grijs worden”, zegt Statenlid Marcel Ludema uit Zuid-Holland. „Ik vind dat Dijkhoff dat prima doet.”
Veel andere potentiële opvolgers voor Rutte zien de VVD’ers niet. In de gesprekken vallen slechts enkele andere namen. Zoals die van oud-minister Edith Schippers, die geldt als vertrouweling van Rutte. Zij wordt negen keer genoemd, drie keer expliciet als mogelijk de eerste vrouwelijke premier van Nederland. Ook genoemd: Jeanine Hennis-Plasschaert, die als minister van Defensie moest aftreden en nu een VN-missie leidt in Irak. Tot slot, allen één keer genoemd: Mark Harbers, staatssecretaris van Asiel, en de Kamerleden Dennis Wiersma en Sophie Hermans.
-
Het klimaatbeleid
„Mensen die ik spreek, zeggen: ik heb geen tienduizend euro om een warmtepomp te installeren.”
Wesley Boer, raadslid in Heerhugowaard
„Ik maak me zorgen dat wij heel hoge kosten maken, het braafste jongetje van de klas zijn en vervolgens alsnog niks bijdragen aan het klimaat.”
Pauline Hospel-Koster, raadslid in Bladel
„Als je het echt niet meer aan je kiezers kunt uitleggen, dan moet je daar de coalitie op kunnen laten vallen.”
Thijs Kessel, wethouder in Oss
Het belangrijkste thema in de politiek is op dit moment het klimaat. Vrijwel alle partijen zijn ermee bezig in hun campagnes voor de Provinciale Statenverkiezingen. Afgelopen woensdag kwam het kabinet tot veler verrassing plotseling met nieuwe klimaatplannen. Op een ingelaste persconferentie zei Rutte: om de ‘gewone burger’ te beschermen gaat de heffing die huishoudens betalen om duurzame energie te stimuleren minder snel omhoog dan gepland. Ook wordt autorijden niet duurder. De rekening van het klimaatbeleid wordt meer bij het bedrijfsleven gelegd: bedrijven die CO2 uitstoten, moeten een heffing gaan betalen – een plan waar de VVD eerst tegen was.
De coalitie reageerde daarmee pijlsnel op het nieuws van die dag: de plannen van de ‘klimaattafels’ zijn bij lange na niet genoeg om 49 procent minder CO2-uitstoot te behalen in 2030. Bovendien zouden mensen met weinig geld en middeninkomens financieel zwaarder geraakt worden.
Dat was geen goed nieuws voor de coalitie, een week voor de verkiezingen. Maar de vier regeringspartijen hadden dit zien aankomen. VVD-fractievoorzitter Dijkhoff waarschuwde in januari al in De Telegraaf dat hij zich zorgen maakte over „de effecten op de portemonnee van gewone mensen”. Hij nam daarna binnen de coalitie het voortouw om nog voor de verkiezingen met nieuwe, eigen plannen te komen.
Dijkhoff blijkt de temperatuur in zijn partij goed aan te voelen. Zijn zorgen over de kosten van de klimaatplannen worden gedeeld door 82,5 procent van de VVD’ers die meededen aan het NRC-onderzoek. Deze gesprekken werden gevoerd in de week voor de doorrekening bekend werd. De deelnemers konden dus nog niet reageren op de nieuwe kabinetsplannen. Maar duidelijk is wel: het klimaat houdt VVD’ers zeer bezig. Telkens keren dezelfde zorgen terug: wat gaat het mensen kosten als ze van het gas af moeten, hun huis moeten isoleren, zonnepanelen op het dak moeten leggen en een elektrische auto moeten aanschaffen?
De aankondiging dat er een CO2-heffing komt voor het bedrijfsleven, zal veel VVD’ers niet direct geruststellen. René Ruissen, wethouder in Hulst: „Sommigen zeggen: laat het bedrijfsleven betalen. Maar die gaan die kosten doorberekenen. Uiteindelijk zullen er altijd kosten zijn voor de burger.”
Robotstofzuiger voor 100 euro
De meeste VVD’ers zijn ervan overtuigd dat er iets tegen de klimaatverandering moet worden gedaan. Maar Nederland is maar een klein landje, dus de effecten zijn beperkt als alleen Nederland maatregelen neemt, zeggen de VVD’ers. De grote landen als China, India en Indonesië, Rusland, „daar valt niet tegenop te boksen”, zegt Dirk Steltenpool, raadslid in Medemblik. „We moeten eerst die grote landen meekrijgen. We moeten echt niet voorop gaan lopen.”
Als we wat langer wachten, wordt de technologie misschien goedkoper, denken VVD’ers. „Er is veel te veel haast. Men moet techniek en wetenschap meer tijd geven zodat de oplossingen vanzelf goedkoper worden en we niet alleen hoeven inzetten op zon en wind”, zegt wethouder Aart-Jan Spoon uit Hellevoetsluis. „Ik heb vorige week een robotstofzuiger gekocht”, vertelt Jeroen Kolster, raadslid in Capelle aan den IJssel. „Die kostten een paar jaar geleden nog 600 euro. Nu koop je ze voor 100 euro bij de Blokker. Ik wil maar zeggen: technologie gaat hard, we weten vaak nauwelijks wat er over een jaar mogelijk is. Als je de markt maar de ruimte geeft en niks oplegt aan burgers.”
„Wij zijn geen GroenLinks-idealisten die deze transitie ten koste van alles willen doorvoeren”, zegt Falco Hoekstra, raadslid in Heerhugowaard. „We hebben ook nog dertig jaar om het voor elkaar te boksen, de spanning mag er wel een beetje af.”
Dijkhoff noemde in januari kernenergie als mogelijke alternatieve energiebron. Goed idee, vindt Jeanne Janssen, gemeenteraadslid in Helmond. „Het duurt wel een jaar of tien om kerncentrales te bouwen en je moet wat investeren, maar dan ben je ook in één keer van de CO2-uitstoot af.”
Verantwoordelijkheid
De klimaatplannen die het kabinet woensdag bekendmaakte zijn nog maar het begin, in april komt de coalitie met meer. Dat kunnen nog pittige gesprekken worden, voorspelde Dijkhoff in januari, want de standpunten van de vier partijen liggen „behoorlijk uit elkaar”. Als hij moet kiezen tussen het kabinet of de burger, dan weet hij het wel: „De burger zal ik nooit laten vallen.”
Het lijkt op dit moment niet aannemelijk dat het zal gebeuren, maar in ons onderzoek, een week eerder, luidde de vraag toch: is het klimaat een onderwerp waarop de VVD het kabinet mag laten vallen? Liever niet, zegt bijna de helft van de ondervraagden (48,2 procent). „Het kabinet mag überhaupt niet vallen, het was moeilijk genoeg om het tot stand te brengen”, zegt Han ter Heegde, burgemeester in de gemeente Gooise Meren. „Ze moeten er gewoon met elkaar uitkomen. En het hoeft ook allemaal niet binnen een jaar te gebeuren.”
De term ‘verantwoordelijkheid’ valt vaak in de gesprekken. Het kabinet laten vallen betekent nieuwe verkiezingen, ongetwijfeld een lange formatie, onzekerheid of de partij weer in de regering komt en zo ja, met welke andere partijen. Toch vindt een aanzienlijk deel (37,6 procent) dat het klimaat wél een breekpunt mag zijn. Maar alleen in het uiterste geval, zeggen de meesten erbij.
-
De koers
„Burgemeesters zijn goed in verbinding leggen en risico mijden, daar botst het wel eens met de klare taal van de VVD.”
Falco Hoekstra, fractievoorzitter Heerhugowaardse VVD
„Ik ben het niet 100 procent eens met Klaas Dijkhoff, maar ook niet met mijn vrouw en toch ben ik heel gelukkig getrouwd.”
Baerte de Brey, Statenlid in Utrecht
„Je lidmaatschap opzeggen is het domste wat je kunt doen. Het helpt namelijk niks.”
Erik Haverkort, raadslid in Lochem
Twee burgemeesters, Don Bijl uit Purmerend en Marco Out uit Assen, zegden enkele maanden geleden hun partijlidmaatschap op. Een derde burgemeester, Koen Schuiling uit Den Helder, bleef wel lid, maar ook hij had felle kritiek. In een opinieartikel in NRC stelde Schuiling dat zijn collega’s, die respectievelijk 50 en 25 jaar lid waren geweest van de VVD, „een breed ongenoegen dat bij veel bestuurders met een VVD-signatuur leeft” hadden verwoord. Ook schreef hij dat hij om zich heen schaamte ziet over de vele integriteitskwesties in de partij en klachten hoort over het naar de achtergrond verdwijnen van de liberale waarden. In de strijd die de VVD voert met Forum voor Democratie en de PVV om de rechtse kiezer, vaart de partij een steeds populistischer koers, zegt Schuiling, waarbij veel VVD’ers zich niet meer thuisvoelen.
Onlangs verschenen in twee opinieweekbladen uitvoerige artikelen over de grootste regeringspartij van Nederland, waarin ook de grieven van de burgemeesters gedetailleerd aan bod kwamen. ‘Het rommelt in de VVD’, kopte HP/De Tijd. ‘Hoe de VVD een applausmachine werd’, aldus De Groene Amsterdammer. De strekking van beide artikelen komt op hetzelfde neer: de VVD is geen debatpartij meer, zoals vroeger. En als er al mensen zijn die proberen een discussie aan te zwengelen, zoals de burgemeesters, wordt die in de kiem gesmoord.
Het debat aangaan
Van de VVD’ers die meededen aan het NRC-onderzoek heeft 95,9 procent nooit overwogen zijn lidmaatschap op te zeggen. Voor de burgemeesters die dit wel deden, kunnen zij weinig begrip opbrengen. Vrijwel alle ondervraagden zijn verontwaardigd dat de burgervaders hun grieven niet eerder kenbaar hebben gemaakt binnen de partij, voordat ze die via de media naar buiten brachten. Ze verwijten hun dat ze wel carrière hebben gemaakt via de VVD, maar de partij nu, vlak voor hun pensioen, de rug toekeren.
Ton van Egmond, raadslid in Asten, vindt het „heel slap” dat Bijl en Out alleen hun lidmaatschap hebben opgezegd. „Ik vind dat je dan ook het burgemeesterschap moet opzeggen. Je zit er ook dankzij de VVD-loopbaan die je hebt doorlopen. En anders moet je het debat aangaan en zorgen dat de liberale waarden terugkomen.”
Je lidmaatschap opzeggen is ook niet nodig, zeggen de VVD’ers, want er is in de partij voldoende gelegenheid om vrijuit met elkaar te discussiëren. En het is ook geen schande om het met elkaar oneens te zijn. Ruud Kooij, raadslid in Voorst, zegt: „Weglopen doe je niet. Dat is een liberaal onwaardig. Wij zijn een debatpartij. Als je ontevreden bent, dan moet je het in de partij naar voren brengen.” Ook Marcel Ludema, Statenlid in Zuid-Holland, vindt: „Als je het ergens niet mee eens bent, zoek je gelijkgezinden en ga je het debat aan. Anders gedraag je je als een klein kind.”
Masterclass liberalisme
De kritiek dat het liberale gedachtegoed naar de achtergrond verdwenen is, wordt niet herkend. Integendeel, het is nog steeds een belangrijke inspiratiebron, zeggen velen. Herman Geerdes, wethouder in Houten, vindt het „juist zo duidelijk wat onze liberale waarden inhouden”. „Wij staan voor vrijheid en eigen verantwoordelijkheid. Maar wij vinden ook veiligheid ontzettend belangrijk, zodat mensen hun vrijheid echt kunnen beleven. Zo’n wijkenplan [om criminaliteit in probleemwijken zwaarder te bestraffen, red.] is vanuit die liberale optiek bedacht.”
Daar is niet iedereen het mee eens. Janneke Sparreboom, wethouder in Lelystad, vond het wijkenplan „niet direct liberaal”. Maar het was voor haar geen reden om haar lidmaatschap op te zeggen. „Het brengt wel discussie op gang. Altijd binnen de lijntjes blijven, daar wordt het zo kleurloos van.”
Liberale waarden zijn niet statisch, zegt Johan Swaans, wethouder in Goirle. „Natuurlijk moeten we de liberale beginselen koesteren, maar de maatschappij is enorm aan het veranderen, en we moeten onder ogen zien dat de partij mee moet veranderen.” Margriet Kuijer, raadslid in Culemborg, zegt: „Laatst hadden we een masterclass liberalisme en dan zit je daar met heel verschillende mensen. Ik vind het liberaal om je eigen mening te hebben binnen de partij, dat versterkt elkaar juist. Je kunt van elkaar leren.”
Tweets over ‘eikel’
Zeven VVD’ers geven aan dat zij wel eens overwegen – of overwogen hebben – om hun lidmaatschap op te zeggen. Maar dat betekent niet dat je dat ook daadwerkelijk meteen doet, zegt Ronald Verkuijl, raadslid in Gouda. Hij vindt de VVD „soms niet rechts genoeg” en heeft wel eens gedacht: „Nu is het genoeg.” Bijvoorbeeld bij het klimaatdebat. „Mensen mogen van ons verwachten dat we de partij van de ratio zijn. We zijn een tijdlang meegegaan in de paniek.” Het duurde hem te lang voordat de partij een stevig standpunt innam.
Rob Berkhout, wethouder in Wormerland, ergerde zich zo aan de tweets van VVD-Tweede Kamerlid Thierry Aartsen dat hij zijn beklag deed via hetzelfde medium. „Ik gebruikte het woordje ‘eikel’. Ik heb toen een gesprek met onze voorzitter gehad. Ik vind: als je iets vindt, dan moet je dat openlijk kunnen uiten. Als me het zwijgen was opgelegd, was ik ook vertrokken. Maar gelukkig kan dat binnen de VVD.”