Gefascineerd door de belofte van een nieuwe democratische wereld trok Welshman Oliver Bullough eind jaren negentig naar de voormalige Sovjet-Unie. Hij was net afgestudeerd, had geen duidelijk plan. „Min of meer per ongeluk werd ik journalist”, vertelt hij op kantoor van zijn Nederlandse uitgever, De Bezige Bij.
Jarenlang schreef Bullough voor onder meer Reuters, The Guardian en The New York Times over de regio die zo’n aantrekkingskracht op hem had gehad. Over Rusland, de Kaukasus, Oekraïne. Maar zijn optimisme verdampte snel. Oorlog, sociale achteruitgang en revoluties tekenden zijn boeken en verhalen. „En dan bedoel ik geen vrolijke revoluties, maar de deprimerende variant.”
In zijn nieuwste boek, dat onlangs in Nederlandse vertaling verscheen, gaat Bullough op zoek naar de diepere werking achter het element dat al zijn werk verbindt: corruptie. Waar de massa leefde in misère, was óók altijd een kliek die zich schaamteloos kon verrijken, beseft de Brit in de nasleep van de revolutie in Oekraïne. Hij bezoekt het waanzinnige paleis van de verdreven president Viktor Janoekovitsj en ontdekt dat die ook een prachtig buitenverblijf bezat in de bossen bij Kiev. Waarom had niemand dit geweten? En hoe hadden Oekraïense ambtenaren, zoals later bleek, jarenlang ongestoord het nationale budget voor gezondheidszorg kunnen plunderen?
Bullough zoekt het uit. Hij volgt de geldsporen en komt terecht in wat hij Moneyland doopt (eveneens de titel van het boek), een virtuele wereld van brievenbusmaatschappijen, belastingontwijking en paspoorten op bestelling. Bullough ontrafelt een cynisch systeem bestierd door westerse juristen en bankiers, die kleptocraten en criminelen helpen gestolen geld te verbergen, terwijl de superrijken hun legale vermogens afschermen voor de belastingdienst. Uiteindelijk stroomt alles naar jachten en vastgoed in steden als Londen, New York of Miami.
Zonder Moneyland geen grootschalige corruptie, stelt de auteur, die de halve wereld overvloog om het virtuele domein van machthebbers en miljardairs in kaart te brengen. „Wij in het Westen zien corruptie graag als buitenlands probleem, maar het wortelt net zo goed in New York, Londen en Amsterdam.”
Hoe kwam u tot het begrip Moneyland?
„Dat heb ik verzonnen om te begrijpen waarom corrupte elites uit landen als Oekraïne en Rusland vrijwel onaantastbaar zijn voor vervolging en inbeslagname van vermogen. Waar is hun geld? Niet in Rusland of Oekraïne, maar ook niet in Londen, Amsterdam of Gibraltar. Het is in the cloud als het ware, niet te traceren. In Moneyland dus. Het begrip verklaart bovendien hoe de superrijken leven. Ze hebben kinderen op de ene plek, bedrijven op de andere, zijn ingezetene van weer een ander land en bezitten vastgoed over de hele wereld – waar de omstandigheden het gunstigst zijn. Dat is Moneyland in essentie : een veilig heenkomen, samengesteld uit een selectie van de voordelen die landen afzonderlijk bieden .”
U omschrijft Moneyland als scheppende voorwaarde voor grootschalige corruptie. Maar die bestond toch al vóórdat er brievenbusmaatschappijen waren en geld vrijelijk over de wereld stroomde?
„Natuurlijk was er altijd corruptie, maar vroeger was er een praktische belemmering: iedereen kon zien dat je gestolen geld uitgaf. De kracht van Moneyland is dat het diefstal en profijt ontkoppelt. Je kon gestolen geld altijd verbergen, maar dan kon je het niet uitgeven. Nu pomp je het de wereld rond en verbergt het achter ondoorzichtige vennootschapsstructuren. Zo verliest het geld zijn directe link met de dief, het wordt anoniem, en je kunt het verbergen én uitgeven.”
Hoe groot is Moneyland?
„Naar schatting 10 procent van de wereldwijde welvaart bevindt zich nu offshore, in Moneyland. Dat ondermijnt het wezen van de democratie. Er is blijkbaar een klasse die zich grotendeels kan onttrekken aan belastingheffing, terwijl ze wél profiteert van alles wat overheden bieden. Je ziet glimpen van dit fenomeen in westerse landen. In landen als Rusland, Oekraïne, Venezuela en Nigeria is het alomtegenwoordig.”
In de inleiding van uw boek beschrijft u witwasaffaires waarbij ING was betrokken. Is de rol van ING uitzonderlijk?
„Het maakt niet uit welke bank je neemt, het patroon is steeds hetzelfde. Daarom heeft het ook geen zin om één bank aan de schandpaal te nagelen.”
Het fundament van Moneyland is geheimhouding, de mogelijkheid vermogens te verbergen. Dit is nodig om rijke mensen te beschermen tegen diefstal en bedreiging, zeggen voorstanders.
„Moneyland heeft zich altijd achter dit argument verscholen. Als je leest over de geschiedenis van de Zwitserse banken ga je bijna geloven dat het charitatieve instellingen waren die joods geld beschermden tegen Hitler. Dat gebeurde óók, maar de meeste mensen die hun geld opborgen in Zwitserland waren belastingontwijkers en nazi’s. In Florida hoor je hetzelfde: we beschermen het geld van eerlijke latino’s tegen hun corrupte regimes. En ook die mensen zullen bestaan. Maar het zijn uitzonderingen.”
In 2016, na publicatie van de Panama Papers, hebben wereldleiders aangekondigd veel harder te zullen optreden tegen witwassen en belastingontduiking. Wat is daarvan terechtgekomen?
„Er zijn kleine stapjes gezet. In de EU, met antiwitwaswetgeving. De Britse politie kan tegenwoordig zien wie de eigenaren zijn van bedrijven op de Britse Maagdeneilanden. En er is meer aandacht voor compliance bij banken. Maar per saldo is de progressie teleurstellend. Dat heeft met twee dingen te maken: Brexit en Trump. Veel van het momentum achter de strijd tegen Moneyland kwam van het Verenigd Koninkrijk. Dat is weg, simpelweg omdat we het alleen nog maar over Brexit hebben. En Donald Trump heeft er geen belangstelling voor. Integendeel. Hij is een vastgoedontwikkelaar, het grootste deel van de appartementen die hij heeft verkocht is eigendom van brievenbusmaatschappijen. Hij ís een Moneylander.”
Is een financieel systeem waarin geld vrijelijk de wereld rondstroomt wel denkbaar zonder Moneyland?
„Theoretisch ja, maar het is lastig. Want zodra het ene land rijke mensen beter behandelt dan andere, stroomt het geld daarnaartoe. Dus de drijfveer om te concurreren door wetgeving te versoepelen, is er altijd. Noem het de donkere kant van globalisering. De kunst is die te lijf te gaan zonder de positieve effecten weg te gooien.
Hoe?
„Eis transparantie over wie wat bezit. Als Europa samenwerkt, kan het een hogere standaard afdwingen, simpelweg omdat mensen hier willen zijn, hun geld hier willen uitgeven.”