De Saoedische geseling van blogger Raif Badawi noemde ze ‘middeleeuws’. Zweedse bedrijven die protesteerden tegen haar harde opstelling tegen Saoedi-Arabië waren ‘lafaards’. Ze kan het Verenigd Koninkrijk ‘nooit vergeven’ voor hun afslag naar Brexit. En bij de Israëlische premier Netanyahu is ze niet meer welkom sinds Zweden Palestina erkende als staat bij haar aantreden in 2014.
Margot Wallström, de Zweedse minister van Buitenlandse Zaken kan voor een diplomate heel ondiplomatiek zijn.
Maar het zijn niet haar uitspraken die Wallström internationaal op de kaart zetten. Het is haar concept van ‘feministische buitenlandpolitiek’, in 2014 aangekondigd en inmiddels het handelsmerk van de Zweedse internationale diplomatie. Het is niet zomaar een etiket, maar leidraad bij ieder optreden over de grenzen, vastgelegd in een heus ‘handboek’ dat over ambassades is verspreid.
Het land hamert van Bolivia tot Tanzania op seksuele zelfbeschikking voor vrouwen, ageert tegen discriminerende wetten, traint vrouwelijke politieke kandidaten en pusht de deelname van vrouwen aan vredesonderhandelingen. Zelfs de cadeautjes zijn toepasselijk. Vorige week was Wallström in Ethiopië waar ze een Amhaarse vertaling van Astrid Lindgrens Pippi Langkous aan de president - een vrouw - gaf. „Pippi Langkous is altijd een inspiratie geweest”, zegt Wallström op de ambassade, aan de vooravond van Internationale Vrouwendag.
Ook in Nederland valt nog wel iets te verbeteren „veel vrouwen werken hier in deeltijd”. Ze is in Nederland om ‘Swedish Dads’ te openen, een reizende fototentoonstelling over vaders die van hun ruime babyverlof genieten. In Pakistan kregen ambtenaren vaderschapsverlof, na de expositie.
Alleen al de term feminisme kan weerstand oproepen. Heeft u overwogen om uw beleid een meer omfloerste naam te geven?
„Ik wist dat het controversieel kon zijn. Inderdaad ontmoet ik scepsis, maar dat kan worden omgezet in nieuwsgierigheid. Die negatieve connotatie van sommigen kunnen we wegnemen als we het heel duidelijk uitleggen.” Deelname van vrouwen vergroot de bestendigheid van vredesakkoorden, gelijkere sekseverhoudingen leiden tot betere economische resultaten, betoogt ze.
Maar die missie levert haar ook flinke confrontaties op. Twee weken geleden nog riep ze de ambassadeur van Hongarije op het matje. Dat land had een collega-minister een „zielig, ziek schepsel” genoemd nadat zij had gezegd dat de nieuwe geboortepolitiek van de Hongaarse president Viktór Orbán, die vrouwen naarmate ze meer kinderen krijgen meer financieel voordeel wil geven, ‘riekt naar de jaren dertig’. „Ik heb de ambassadeur herinnerd aan de afspraken in de EU over gelijke rechten en keuzevrijheid voor vrouwen.”
Volgens Wallström leven we in een tijd van twee tegenstrijdige bewegingen. „Enerzijds is er #MeToo, waarvan ik zo erg hoop dat het verder doorzet. Anderzijds liggen democratieën zelfs in Europa onder vuur. En een teruggang in democratie betekent helaas doorgaans een achteruitgang van vrouwenrechten. Een zeer ernstige zaak.”
Wat kan een feministische buitenlandpolitiek daar aan doen?
„Zweden duwt terug. Toen de VS onder president Trump besloten ontwikkelingshulp te stoppen als de kans bestond dat dat geld voor abortus gebruikt zou worden, hebben we samen met andere landen (waaronder NL, red.) het initiatief genomen voor een vervangend fonds.”
Het grootste pijnpunt van Wallström bleek afgelopen jaren Saoedi- Arabië. Ze was net een jaar bezig toen het, na Wallströms veroordeling van Badawi’s geseling, tot een harde botsing kwam. De Saoediërs verhinderden dat Wallström een speech kon houden op een bijeenkomst van de Arabische Liga in Kaïro, waar zij was uitgenodigd na haar erkenning van Palestina en waar zij al was gearriveerd. Kort hierna zag Zweden, dat een fikse wapenindustrie heeft, af van de vernieuwing van een overeenkomst voor de verkoop van wapens.
Prompt riep Riad de ambassadeur terug en schortte visa voor Zweedse zakenlui op. De Zweedse koning moest de rel sussen. Ook binnenslands kreeg Wallström een storm van kritiek: 31 toplieden uit het bedrijfsleven riepen Wallström op haar toon te matigen.
Hoewel zij indertijd geen excuses maakte, klinkt ze nu heel anders. De term ‘middeleeuws’ viel niet na de moord op de Saoedische journalist Jamal Khashoggi, eind vorig jaar. In plaats daarvan zei Wallström: „Ik ben diep bezorgd over de mensenrechtensituatie in Saoedi-Arabië.”
Sinds afgelopen zomer mogen vrouwen in Saoedi-Arabië autorijden. Er is een vrouwelijke ambassadeur benoemd in Washington. Tegelijkertijd worden vrouwelijke activisten opgepakt en gemarteld. Gaat het beter of slechter?
„Je moet naar alle lagen kijken. Er is de laag van de politieke correctheid, en er is wat er achter de schermen gebeurt.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data35739445-78ad0f.jpg)
Alle landen kunnen zich beter voordoen dan ze zijn. Zelfs in Frankrijk hebben vrouwen nog geen toegang tot alle beroepen. Uiteindelijk moet je kijken naar de wetten van het land.
„In Saoedi-Arabië is natuurlijk nog steeds heel veel te doen voordat er iets als gendergelijkheid is bereikt. Toch zijn de nieuwe vrijheden voor vrouwen zeker geen onbelangrijke stappen.”
Hoe is uw relatie met het land nu?
„Respectvol, we hebben onze diplomatieke banden hersteld. We kunnen het er over eens zijn dat we het oneens zijn.”
Na de moord op Khashoggi schortten Duitsland, Noorwegen, Denemarken en Finland de verkoop van wapens aan dat land op. Zweden exporteert nog vervangende onderdelen en onderhoudsappatuur voor eerder geleverde wapens.
Had u de resterende export niet moeten stopzetten?
„Ik vond dat niet nodig. Zweden heeft al de striktste regels voor wapenexport ter wereld. We hebben vorig jaar een democratiecriterium toegevoegd – hoe lager het democratisch gehalte van een land, hoe lastiger het is een exportvergunning te krijgen.
Na de moord op Khashoggi heb ik nogmaals mijn zorg over de mensensituatie in dat land uitgesproken. Ik denk dat Saoediërs uitstekend begrijpen wat onze signalen zijn.”
Hoe rijmt u de Zweedse feministische buitenlandpolitiek met de bloeiende Zweedse wapenindustrie?
„Wapens zijn altijd een dilemma als je vrede en ontwapening wilt stimuleren. In een ideale wereld zouden we geen wapens exporteren. Maar de Zweedse wapenindustrie bestaat, en bestaat al decennia.”