Bij een aardverschuiving en stortvloed in het noordoosten van Afghanistan zijn zondag zeker dertig mensen omgekomen. Dat meldt een Afghaanse politiewoordvoerder volgens het Franse persbureau AFP. Ongeveer twintig anderen raakten gewond. Zeven van hen zijn in kritieke toestand.
De slachtoffers waren aan het werk in een geïmproviseerde goudmijn in een rivierbedding in de provincie Badakhshan, die grenst aan Tadzjikistan en Pakistan. De inwoners van een aan de rivier gelegen dorp zouden een put van zo’n zestig meter diep hebben gegraven toen deze plots instortte. De dorpelingen zijn volgens de politiewoordvoerder al decennia werkzaam in zelfgegraven mijnen. Toezicht van de regering ontbreekt hierbij.
Vaker aardverschuivingen
Badakhshan is een geïsoleerde, bergachtige provincie waar vaker aardverschuivingen plaatsvinden, vooral in de winter als het er sneeuwt. Bij een verschuiving in mei 2014 kwamen ruim tweeduizend mensen om. Toen werd het dorpje Hobo Barik volledig weggevaagd.
Er zitten veel mineralen in de grond van Badakhshan, maar door het zich voortslepende conflict in Afghanistan en de moeilijke bereikbaarheid van het gebied wagen internationale mijnbedrijven zich er niet. De grondstoffen worden vaak illegaal geëxploiteerd, onder andere door de Talibaan.