Reportage

Terschelling houdt nog lang last van deze rotzooi

Opruimactie Eensgezind ruimen eilanders en toeristen het strand op. „Dit is verschrikkelijk voor het milieu.”

Een grote berg afval is bijeengebracht op het strand van Terschelling. „Die stukjes plastic en dat piepschuim zullen we steeds opnieuw uit de duinen moeten rapen.”
Een grote berg afval is bijeengebracht op het strand van Terschelling. „Die stukjes plastic en dat piepschuim zullen we steeds opnieuw uit de duinen moeten rapen.” Foto’s Sake Elzinga

‘Mogen we een zak?” Het gezin met drie kinderen klinkt bijna gretig. Honderden eilanders en toeristen melden zich vandaag voor het opruimen van een omvangrijke partij afval op het strand van Terschelling. „Alstublieft”, lacht Janny Hofman. Ze is griffier van de gemeente Terschelling maar vandaag, tijdens deze crisis, staat ze in winterjack naast strandtent De Branding. Hofman: „De saamhorigheid is enorm. Daar kan de rest van Nederland nog veel van leren.”

Hier, in Midsland aan Zee, spoelden deze week containers aan van het vrachtschip MSC Zoe. „Ik kreeg om half acht ’s ochtends telefoon”, vertelt Guus van Dieren, strandjutter en eigenaar van De Branding. Hij is er meteen op afgegaan. De gejutte spullen liggen opgeslagen in een eigen container achter de strandtent; houten klapstoelen van Ikea; rieten manden; kussens; autobanden; portemonnees. „Ik weet nog niet wat ik ermee ga doen.” Hij biedt wandelaars gejutte sandalen aan. Dan tuurt hij naar de golven, meent iets te zien aanspoelen, springt in zijn jeep en spoedt zich naar de branding. Het blijkt slechts een houten verpakking.

„Je moet er bij het jutten snel bij zijn”, vertelt hij. „De regel is dat wie het eerst verbinding heeft met de goederen, bijvoorbeeld via een touw, de spullen mag hebben.” Een enkele keer leidt de concurrentie onder jutters tot conflicten, vertelt hij. „Deze week stond iemand met zijn autolichten te schijnen op een container toen iemand anders die container kwam claimen.”

Lees ook: FNV: dit moest een keer gebeuren

Hij heeft het allemaal meegemaakt; de half miljoen schoenen die twaalf jaar geleden aanspoelden; de tienduizenden gestreepte overhemden die dertig jaar geleden in een container aan land kwamen. „Die container was van mijn broertje”, vertelt hij. Half Terschelling liep jaren in de overhemden.

De lol van het jutten is er met de huidige containerstranding bij de meeste eilanders en toeristen wel af. „Het is een ramp”, zegt eilander Siep Wobbes, zijn hond Sil uitlatend. „Hier hebben we nog tientallen jaren rotzooi van. Die stukjes plastic en dat piepschuim zullen we steeds opnieuw uit de duinen moeten rapen.” De burgemeester van Terschelling, Bert Wassink (GroenLinks), vindt het ook een ramp. „Jazeker. Er is veel piepschuim bij ons terechtgekomen. Dat verdwijnt in het milieu en blijft daar.”

Vogels en vissen

Op het strand lopen vrijwilligers piepschuim, karton, plastic, elastiek en wat al niet te verzamelen. Ingepakt in dikke winterkleren leveren ze hun zakken in, om daarna bij een jeep van Staatsbosbeheer kleumend koffie te drinken. „Dit is verschrikkelijk voor het milieu”, zeggen Harriët de Bruin en Lotte Tibosch, vaste eilandgasten uit Sneek. „We willen helpen, en zo veel mogelijk voorkomen dat al dat plastic in vogels en vissen terechtkomt.” Ze spreken van het Friese ‘mienskip’, gemeenschapszin.

We rijden in een loeiende fourwheeldrive op het strand van Midsland aan Zee, met achter het stuur Jan Doeksen, een van ambtenaren die de schoonmaakactie coördineren. „De noordenwind was mooi voor de jutters”, vertelt hij. „Maar de wind heeft ook heel veel afval op het strand en in de duinen gekwakt.” Hij rijdt langs een enkele meters brede strook afval, die door de vloed is achtergelaten. Hier en daar stopt hij om vuilniszakken uit te delen en met vrijwilligers te praten. „Ik krijg pijn in m’n rug”, zegt Peter van Suijlekom, die inmiddels twee zakken rotzooi heeft gevuld. Van Suijlekom is nautisch verkeersleider op de Brandaris, de vuurtoren van Terschelling, en heeft z’n vrije ochtend opgeofferd voor de opruimactie. „Hier zijn we nog niet klaar mee.”

Hij noemt het opruimen een „druppel op een gloeiende plaat”, maar het moet wel gebeuren. „Ik geniet elke dag van dit strand en dat wil ik graag zo houden.” Het komt goed uit dat het kerstvakantie is. „Er helpen veel toeristen.”

Lees ook: Gif spoelt aan op strand

De reder van het schip zou die vrijwilligers eigenlijk eens goed moeten bedanken. „Laat ze ons een ton geven. Dan maken we het op aan feest vieren.”

Naast een tractor met aanhanger staat Guus Schweigmann, al jaren actief als bestuurder van stichting De Milieujutter, die regelmatig schoonmaakacties houdt op het strand van Terschelling. Hij beschouwt het opruimen vooral als een „symbolische actie”, want wat er nu op de Wadden is aangespoeld, is nog maar een fractie van de gigantische vervuiling die de mensheid mondiaal over zichzelf uitstort. „Ik heb als loods in de Rotterdamse haven gewerkt. Ik heb vaak meegemaakt hoe schepen de haven uitvoeren, even buiten de twaalfmijlszone hun schip schoon spoelden en weer terugkeerden. Het is verschrikkelijk, maar je mag er niks van zeggen. Want het is de economie, hè.” Zijn kameraad Flip Tocila knikt instemmend het hoofd. „En wij zitten met de gebakken peren.”

Vrijwilligers ruimen de troep op die bij de Waddendijk bij het Friese Moddergat is terechtgekomen.
Siese Veenstra/ANP
Siese Veenstra/ANP
Siese Veenstra/ANP

Vele malen frisser

Na een paar uur opruimen ziet het strand er vele malen frisser uit; alleen grote stapels verzamelde rotzooi moeten nog worden afgevoerd. „Het is aardig schoon”, beaamt burgemeester Bert Wassink aan het einde van de middag in het gemeentehuis. Wassink is gestoken in spijkerbroek en hoge regenlaarzen. „Ik moet de hele dag naar het strand.” De media hebben zich massaal gemeld. „De aandacht is onvoorstelbaar groot. De hele dag door.” Hij is met die aandacht best content, want zo wordt zijn boodschap duidelijk gehoord; dat dit soort ongevallen niet meer mag voorkomen.

Wassink: „We zijn hier erg druk om onze brede stranden schoon te houden. Dan is het deprimerend als al dat werk in een klap teniet wordt gedaan.” Dat bij slecht weer containers met zelfs giftige stoffen van boord vallen, noemt hij „een onaanvaardbaar risico”. Wassink: „Dat containers met gif op een druk bevaren route kennelijk los op het dek staan, mogen we niet toestaan. En dan blijken ze na deze ramp ook nog niet goed te lokaliseren. Dat kan niet. Een nog veel grotere ramp was niet onmogelijk geweest. We zitten hier in een gebied dat deel uitmaakt van het Werelderfgoed. Dit moet een vervolg krijgen.”

De gemeente heeft de rederij aansprakelijk gesteld voor alle schade, vooral het opruimen. Ook hebben de burgemeesters van de Waddeneilanden steun gekregen van Defensie. Burgemeester Wassink belt met zijn ambtgenoot op Schiermonnikoog. Ook daar is veel troep aangespoeld. Wassink: „We hebben de militairen nodig. We moeten nu doorpakken. Maar ik verwacht dat de meerderheid van de militairen eerst op Schier wordt ingezet. Hier is al veel gebeurd. Er hebben zich zo ontzettend veel vrijwilligers ingezet.”

Militairen vertrekken vrijdagochtend richting Schiermonnikoog.
Remko de Waal/ANP
Militairen in een bus op Schiermonnikoog.
Remko de Waal/ANP