Gegooi met eieren, blikjes en bierflessen. Verwensingen als „Vuile neger, ga terug naar je eigen land” en „Kruip een boom in”. Meer dan zestig aanhoudingen en honderden agenten in touw.
Rustig was het afgelopen weekend niet tijdens de intocht van Sinterklaas en zijn al-dan-niet-zwarte Pieten. De ongeregeldheden en demonstraties maakten veel indruk en dreunen lang na. De Tweede Kamer sprak er dinsdag over. Deskundigen in radicalisering en recht analyseren intussen de gebeurtenissen op hun eigen manier.
-
Wat viel hun op?
De hardnekkigheid van de weigering om kinderen bloot te stellen aan politieke acties zoals demonstraties van anti-Zwarte Piet-activisten, zegt Liesbeth Hulst. De jurist, psycholoog en onderzoeker in ‘recht en gedrag’ volgde het afgelopen jaar de rechtszaken tegen de ‘blokkeerfriezen’, die anti-Zwarte Piet-activisten vorig jaar hadden tegengehouden op weg naar Dokkum. Ook sprak Hulst veel van die ‘Pro-Pieters’. „Niemand van hen wil voor racist worden uitgemaakt, een spook dat steeds boven de discussie hangt”, zegt Hulst. „Zij beklemtonen hun eigen morele principe, namelijk dat je niet tussen kinderen moet gaan demonstreren, los van de discussie over de kleur van Zwarte Piet. Juristen en politici zeggen dan massaal: „Je moet kunnen demonstreren op de plek die ertoe doet. Pro-pieters zeggen terug: ‘Onze kinderen kunnen hier niets tegen terugzeggen. Dus doen wij dat voor hen.’”
Hoogleraar sociale psychologie Kees van den Bos, die een boek schreef over radicalisering, ziet een overeenkomst met radicale dierenactivisten. Bij zowel dier als kind moet iets puurs, onschuldigs en kwetsbaars worden beschermd. Van den Bos: „Mensen voelen een verantwoordelijkheid om dat kwetsbare, dat onschuldige te beschermen. Dat werkt mobiliserend.”
Dit sentiment kreeg in een recente opiniepeiling van het College voor de Rechten van de Mens veel steun, signaleert Hulst. Zo’n 2.300 mensen werd gevraagd hun oordeel te geven over allerlei soorten demonstraties. 70 procent vond de geplande anti-Piet-demonstratie in Dokkum onacceptabel.
-
Wat betekent het schelden tegen zwarte sympathisanten van Kick Out Zwarte Piet en het brengen van de Hitler-groet, zoals dit weekend?
Op onversneden racisme, zelfs fascisme, waren veel reacties in de politiek en de media de afgelopen dagen. Deskundigen plaatsen hier vraagtekens bij. Ze wijzen op diverse rapporten van de AIVD en NCTV. Daaruit blijkt dat de pro-Piet-groepen zich ontwikkelen in directe reactie op hun ideologische tegenstanders zoals Kick Out Zwarte Piet. In de actie-reactie-dynamiek op straat proberen de pro-Zwarte Piet-aanhangers hun tegenstanders uit te dagen, denkt Kees van den Bos. „Vooralsnog zie ik er typisch pest- en plaaggedrag in zoals op sites als GeenStijl en bij voetbalhooligan-gedrag.” NCTV-medewerker Paul Abels waarschuwde ervoor niet alle voorstanders van Zwarte Piet via „het racismeframe” te bezien.
-
Was er betrokkenheid van extremistische organisaties?
Diensten zoals de AIVD en NCTV kijken hiernaar om het risico van (gewelddadige) escalatie in te schatten. De eerste indruk is dat er afgelopen weekend wel betrokkenheid was van voetbalhooligans, maar geen grote bemoeienis van rechtse organisaties als Identitair Verzet, Pegida en Nederlandse Volks-Unie, of de linkse Antifa en De Grauwe Eeuw. Wel verspreidde de Rotterdamse partij NIDA een filmpje waarop Pegida-voorman Edwin Wagensveld te zien zou zijn, vermomd als ‘hoofdpiet’.
-
Hoe ontwikkelt de polarisatie rond Zwarte Piet zich verder?
Dat hebben de leiders van beide kampen mede zelf in de hand. Radicaliseringsonderzoeker Van den Bos zegt: „Kick Out Zwarte Piet kan denken: we hebben een pr-overwinning behaald omdat onze tegenstanders de schuld kregen. Dus waarom zouden we ons matigen? Maar ze kunnen ook denken: misschien moeten we na alle vooruitgang in de strijd, nu compromis en gesprek zoeken.”
Van den Bos prijst Afriyie, die afstand lijkt te houden van radicale anti-Zwarte Piet-activisten als Michael van Zeijl, die vorig jaar werd gearresteerd en veroordeeld voor opruiing. Hij had op Facebook geschreven een moordaanslag op Sinterklaas te wensen, „zodat alle kinderen getuigen ervan zijn, zelfs massaal onder zijn hersenen en botsplinters bedekt zitten”.
Niet alleen voorlieden, maar ook officieren van justitie en rechters kunnen het verschil maken, zegt onderzoeker Hulst. „De straffen in Dokkum waren hoog.” Bovendien schamperde de officier over het gedrag van de ‘blokkeerfriezen’. Ze hoopt dat de vervolging van de pro-Pieten uit Eindhoven en Leeuwarden anders verloopt. „Ordeverstoringen moeten uiteraard worden bestraft. Maar als dat gebeurt zoals in Dokkum, dreigt het gevaar dat pro-Piet activisten en hun sympathisanten zich niet gehoord voelen door autoriteiten in hun argwaan over demonstraties tussen kinderen. Dan keren ze zich af van de rechtstaat.”