Friesland vreest de zandwinning in het IJsselmeer

Betonindustrie Na de grote rivieren moet nu het IJsselmeer zand voor de betonindustrie gaan leveren. Inwoners van Friesland zijn niet blij: eerst kwamen er windmolens, nu dit weer.

Zicht op het IJsselmeer vanuit Oudemirnum
Zicht op het IJsselmeer vanuit Oudemirnum Foto Sake Elzinga

Op de voorgrond ruist het riet. Erachter schittert het zilverkleurige water van het IJsselmeer. Vogels scheren door de lucht. Zo begint de film die filmmaker Rob Busquet uit Oudemirdum (Friesland) maakte toen hij hoorde dat er plannen zijn voor zandwinning in het IJsselmeer. „Ik was boos, want het IJsselmeer is een beschermd natuurgebied. Daar moet iedereen met zijn tengels van afblijven.” De horizon is al verknoeid, vindt Busquet. Met dank aan de windmolens. „Straks staat er een fabriekseiland met gebouwen zo hoog als een flat van zeven etages.”

Waarom zandwinning in het IJsselmeer? Tientallen jaren werd zand voor de betonindustrie langs de grote rivieren gewonnen. Maar dat zand raakt op. Nu al moet een derde worden geïmporteerd, vertelt Cor de Nijs van bagger- en zandwinningsbedrijf Koninklijke Smals. Het Rijk wees het IJsselmeer aan als winlocatie voor dertig jaar. Daar ligt zand met de korrelgrootte en hoekige structuur die nodig is voor het maken van beton. De zandwinning zou volgend jaar zomer moeten beginnen. „Een nationaal belang”, zegt De Nijs: „Jaarlijks is 15 miljoen ton zand nodig voor de aanleg van viaducten, gebouwen en bruggen.”

Het Rijk en de gemeente De Fryske Marren (De Friese Meren), waar Oudemirdum onder valt, ontvangen ter compensatie geld van Smals. Rijkswaterstaat krijgt 144 miljoen euro, De Fryske Marren 3,5 miljoen. De gemeente stopt dat geld in een fonds voor natuur en duurzaamheid. Het is nog niet bekend welke projecten daaruit worden betaald.

Dertig jaar lang

Zandzuigers gaan in een gebied van 218 hectare op zestig meter diepte zand winnen. Dat gebeurt 24 uur per dag, 30 jaar lang. Schepen voeren het zand af. Jaarlijks moet er twee miljoen kuub zand omhoog komen. Het werkeiland met een zandverwerkingsinstallatie, havens en kantoren is zes hectare groot en komt op vijf kilometer uit de IJsselmeerkust, tegenover Oudemirdum.

Natuurmonumenten, eigenaar van het Oudemirdumer Klif, vreest dat het uitzicht wordt aangetast. Maar dat valt wel mee, stelt Smals op haar site in een filmpje. Vanaf de kust zal het eiland, ook bij helder weer, slechts een „vage streep” zijn. „Het verdwijnt bijna uit het zicht.”

Chris van Eeghen van natuurvereniging Bosk&Greide uit Oudemirdum noemt de keuze voor het IJsselmeer „onbegrijpelijk”. „Tegenover de kliffenkust van Gaasterland, een van de mooiste gebieden van Friesland en Nederland.” Hij vreest geluidsoverlast, lichtvervuiling, en aantasting van „de weidsheid van het meer”.

Ook zal het water vertroebelen, nadelig voor flora en fauna, vrezen Natuurmonumenten en de Friese natuur- en landschapsorganisatie It Fryske Gea. Directeur Henk de Vries van It Fryske Gea: „Eerst plempen ze er windmolens neer, nu zandwinning, en daarna?”

Zorgvuldige afweging

Maar de provincie Fryslân en De Fryske Marren verzekeren dat alle belangen zorgvuldig zijn afgewogen. Eind deze maand moet de gemeenteraad nog een formeel besluit over de vergunning voor de zandwinning nemen. Volgens wethouder Frans Veltman (CDA) zijn er geen „significante effecten op beschermde soorten of de natuurbeleving.”

IJsselmeer gezien vanaf recreatiegebied De Hege Gerzen in Oudemirdum. Recht vooruit (in een rechte lijn over het midden van het zwembad) moet de omstreden zandwinning komen.

Foto Sake Elzinga

Hoogleraar bestuurskunde Michiel de Vries van de Radboud Universiteit bekeek de verplichte milieuffectrapportage die Smals liet uitvoeren. Hij vindt dat de effecten op het milieu worden geminimaliseerd. „Zaken worden of niet benoemd, bijvoorbeeld over hoeveel schepen er zullen varen. Of de belasting voor het milieu wordt gerelativeerd door die af te meten aan de gevolgen voor het hele IJsselmeer, dat 100.000 hectare groot is.”

Over de geluidsoverlast zegt De Vries: „Het lawaai van een zandafgraving is 122 dB(A). Dat is op de pijngrens, vergelijkbaar met het opstijgen van een vliegtuig.” Daar moet Cor de Nijs van Smals om lachen. „Het geluid van een zandzuiger is 103 dB(A). Maar het gaat er om hoe ver dat draagt. In de dorpen aan de Friese kust bij Gaasterland zal dat hooguit 37 decibel zijn. Dat hoor je eigenlijk niet.”

Drinkwater

Een belangrijk onderdeel van de discussie is de drinkwatervoorziening. Het IJsselmeer is het grootste zoetwaterbekken van Nederland. Het Noord-Hollandse waterleidingbedrijf PWN haalt uit hier het grootste deel van het drinkwater vandaan. PWN moest deze zomer de inlaat van IJsselmeerwater staken, omdat het te zilt was. Daarom is het bedrijf nu extra alert op nieuwe activiteiten in het IJsselmeer, licht een woordvoerder toe.

Windmolens op het IJsselmeer vanuit Oudemirdum

Foto Sake Elzinga

PWN heeft Rijkswaterstaat onlangs gevraagd het plan te heroverwegen. Rijkswaterstaat was verrast, zegt een woordvoerder. „Vooral omdat we al de hele zomer met elkaar in gesprek zijn.” Het effect is „verwaarloosbaar”, zegt de woordvoerder nu, na extra onderzoek. Ook PWN zegt inmiddels „gerustgesteld” te zijn. „Oók bij gewijzigde omstandigheden, zoals de droogte van deze zomer, zijn geen of verwaarloosbare effecten te verwachten. We blijven met elkaar in gesprek over de kwaliteit van het oppervlaktewater.”