Ze is aanwezig, de wereldberoemde performancekunstenaar Marina Abramovic (71), maar toch ook weer niet. In de virtualreality-installatie Rising in Eye Filmmuseum kijk je een avatar van Abramovic recht in de ogen. Maar ondanks facetracking-technologie, die haar gelaat zo realistisch mogelijk moet maken, is haar gezicht uitdrukkingsloos. Met holle ogen kijkt ze dwars door je heen. De virtuele Abramovic staat in een tank met water dat blijft stijgen. Zo wil ze je laten nadenken over klimaatverandering. Kun je haar redden?
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/01/0402hbm-h_19969963.jpg)
Abramovic werd in 2012 een wereldster door haar twaalf weken durende performance The Artist is Present in het MoMA in New York. Ruim 800.000 bezoekers stonden soms uren in de rij om plaats te nemen op de stoel tegenover haar.
Voor hun momentje oog in oog met de virtuele Abramovic in Rising hoefden bezoekers in Amsterdam minder hun best te doen, maar ook bij Eye waren kaartjes in korte tijd uitverkocht.
Marina Abramovic heeft haar status met hard werken verdiend: haar performances vanaf de vroege jaren 70, waarbij ze altijd haar eigen lichaam op het spel zette, waren grensverleggend en allesbehalve risicoloos. Tijdens Rhythm 0 bood ze het publiek de mogelijkheid haar lichaam te bewerken met een mes of geladen pistool. Ook liepen zij en haar toenmalige partner Ulay vanaf de uiteinden van de Chinese Muur naar elkaar toe.
Smeltend poolijs
Door in Rising empathie te tonen zou je de virtuele Abramovic moeten kunnen redden van de verdrinking. Teksten aan het begin van de VR-film hebben je op die verantwoordelijkheid gewezen. „Klimaatverandering raakt ons allemaal.” „Als je één persoon redt dan red je de hele mensheid.” Maar hoe je dat dan moet doen is in de versie die Eye tentoonstelt niet duidelijk. Je handen op het glas leggen waar zij haar handen houdt? Niets. Met geweld het glas breken? Niets werkt. Het water blijft stijgen. Abramovic dreigt te verdrinken en voor je het weet ben je ergens anders.
In de tweede akte van Rising sta je op een vlot, waar je het afbreken van de smeltende poolijskappen met ‘eigen ogen’ kunt zien. De animaties zijn ook hier niet overtuigend: de virtuele ijskappen doen eerder denken aan afkruimelend brood dan aan waardevolle natuur die je wilt redden.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/11/data38340757-3248f0.jpg|//images.nrc.nl/zyqCZh7ufbhqkP-bORKcIqEcRrc=/1920x/smart/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/11/data38340757-3248f0.jpg)
Marina Abramovic, still uit ‘Rising’, 2017. Courtesy of Acute Art
VR wordt door kunstenaars vaker ingezet als ‘empathiemachine’. Filmregisseur Alejandro González Iñárritu plaatste bezoekers in Carne Y Arena, eerder te zien bij Eye, tussen een groep Mexicaanse vluchtelingen die de Amerikaanse grens proberen over te steken. Ronald Giphart schreef voor de Amsterdamse The VR Cinema een verhaal over een vluchteling in huis nemen.
Met Rising probeert Abramovic een gezicht te geven aan klimaatverandering: haar eigen gezicht. Maar wat haar performances als The Artist is Present zo goed maakte, is dat ze niet expliciet over één thema gaan, maar over álles kunnen gaan. Rising mist daarbij de overtuigingskracht van de technisch veel geavanceerdere (en duurderde) installatie Carne y Arena. Maar het mist ook de betovering die andere kleine VR-producties wel hebben. Dan blijft alleen een pompeuze en drammerige film over.