In het gebied waar terreurgroep Islamitische Staat (IS) actief was, zijn meer dan tweehonderd massagraven ontdekt. Dat meldt de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten (OHCHR) dinsdag. In de graven liggen waarschijnlijk duizenden slachtoffers.
In de gouvernementen Ninewa, Kirkuk, Salah al-Din en Anbar zijn in totaal 202 massagraven aangetroffen. Het aantal lichamen per graf verschilt sterk. In de kleinste zijn acht lijken gevonden, in de grootste liggen mogelijk duizenden mensen begraven. Volgens de VN is de kans groot dat nog meer massagraven ontdekt zullen worden.
/s3/static.nrc.nl/images/stripped/0509buiali.jpg)
Choquerende wreedheid
Volgens de VN vormen de graven “een testament van het hartverscheurende verlies van mensenlevens, diep lijden en choquerende wreedheid”. In de graven liggen hoogstwaarschijnlijk de lichamen van inwoners van Irak die weigerden te assimileren met het gedachtegoed van IS en daarom werden geëxecuteerd of simpelweg verdwenen. Onder de doden zouden vrouwen, ouderen, militairen en agenten zijn.
Tussen juni 2014 en december 2017 maakte IS de dienst uit in grote delen van Irak. De VN maakte eerder bekend dat er zo’n 33.000 burgerdoden vielen onder het regime van IS. De OHCHR noemt het IS-regime in het land “gruwelijk”:
“IS leidde een regime van wijdverspreid geweld en systematische schendingen van de internationale mensenrechten en het humanitair recht - die mogelijk resulteren in oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide.”
Correctie (6 november 2018): In een eerdere versie van dit stuk stond dat de VN-Mensenrechtenraad het nieuws bracht. Dat klopt niet. Het rapport is gepubliceerd door de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN. Hierboven is dat aangepast.