Het is de ‘Bellingcat-methode’ gaan heten: het slim combineren van beeldmateriaal en kaarten op YouTube, Twitter en Google Earth om de wie, wat en waar te achterhalen van een bombardement, moordaanslag of wapenleverantie.
Het Britse onderzoekscollectief Bellingcat is pas iets meer dan vier jaar oud maar werd al gauw wereldwijd bekend door onthullingen over de Syrische burgeroorlog en de MH17-ramp. Al in september 2014, twee maanden na de MH17-ramp, bracht Bellingcat de Boek-raket waarmee het vliegtuig was neergehaald in verband met de 53ste brigade van het Russische leger in Koersk. Het Joint Investigation Team (JIT) kwam afgelopen mei tot dezelfde conclusie – maar zei dat het nu ook „wettig” bewijs heeft „dat standhoudt in de zittingzaal”.
Afgelopen maand identificeerde Bellingcat de twee verdachten achter de vergiftiging van de voormalige Russische spion Sergej Skripal en zijn dochter Julia in het Britse Salisbury. De Britse inlichtingendiensten zouden volgens de BBC de bevindingen „niet betwisten”.
Brown Moses
Bellingcat werd in juli 2014, drie dagen voor de MH17-ramp, opgericht met een crowdfund-actie op Kickstarter. Daarvoor blogde oprichter Eliot Higgins vanuit zijn huis in Leicester onder de naam Brown Moses fulltime over de Syrische burgeroorlog, waarmee hij al eens op de voorpagina van The New York Times stond.
Binnen enkele weken komt Bellingcat met een nieuwe MH17-onthulling, zegt Higgins in een interview met NRC. Hij is in Nederland voor de eerste editie van de Den Bosch Data Week, waarmee de Brabantse stad zich wil profileren als ‘datahoofdstad van Nederland’. „We hebben uitgezocht wie er precies op de geluidsfragmenten zijn te horen, die de Nederlandse justitie en de Oekraïense geheime dienst SBU in 2015 vrijgaven, wat hun functies zijn en waar ze zich bevonden.”
Bellingcat deelt zijn speurmethodes veelvuldig. Het geeft meerdaagse workshops aan journalisten, studenten en ambtenaren. Die trainingen (van vaak honderden euro’s) zijn goed voor ruim de helft van de 1 miljoen euro dat het collectief afgelopen jaar (april 2017-april 2018) omzette, aldus Higgins. In die periode maakte de site evenveel kosten: Higgins maakt geen winst.
Bellingcatters verspreiden bovendien hun expertise bij gevestigde media, waar ze worden aangenomen. De Nederlandse Christiaan Triebert werkt bijvoorbeeld nu voor The New York Times, dat een redactie heeft opgezet voor ‘visueel forensisch onderzoek’.
Ook buiten het VK
De expansie gaat nu een nieuwe fase in. Bellingcat wil buiten het Verenigd Koninkrijk teams gaan trainen om regionale onderwerpen aan te pakken volgens de Bellingcat-methode. Te beginnen in Nederland, zegt Higgins. Waarschijnlijk zullen de pilots in Utrecht en Amsterdam plaatsvinden. „Daar geven we al trainingen.” Er zijn gesprekken gaande over een samenwerking met de Jheronimus Academy of Data Science in Den Bosch. Bellingcat kan colleges geven, studenten kunnen helpen bij hun speurwerk.
Bij succes breidt Bellingcat uit naar andere steden. „We willen Nederland veroveren.”
Wat gaan de teams onderzoeken?
„Lokale kwesties, in eerste instantie. Dat is motiverender dan een bombardement in Syrië. Maar ik zal ze niet tegenhouden als ze dat wel willen doen.”
Waarom begint u met lokale teams in Nederland en niet in het VK?
„We zijn relatief bekend hier, door ons MH17-onderzoek. Daar willen we gebruik van maken. We hebben al veel contact met universiteiten en roc’s. Daarnaast is het VK erg gefocust op Londen. Als je van daarbuiten komt, kan je net zo goed van de maan komen. Ik wil juist decentraliseren.”
Wordt het Nederlandse model een blauwdruk voor andere landen?
„We gaan een eventuele uitbreiding per land bekijken.”
Ook financieel is Nederland belangrijk voor Bellingcat. Het ontvangt geld van het Nederlandse vermogensfonds Adessium, en werkte samen met vredesorganisatie Pax.
Binnenkort sluit de Nederlandse Postcode Loterij zich daar wellicht bij aan. Bellingcat heeft er geld aangevraagd om een kantoor in Den Haag te openen. Het zal de eerste permanente locatie zijn buiten het VK, waar Bellingcat alleen een klein kantoortje heeft in Leicester. „Maar dat is eigenlijk alleen voor de post”, aldus Higgins.
Met geld van de Open Society Foundation, van de Amerikaans-Hongaarse miljardair George Soros, zette Higgins een Russischtalige Bellingcat-website op. De samenwerking met Google, waardoor Bellingcat kon investeren in een prototype van The Syrian Archive, een soort videobibliotheek van de Syrische burgeroorlog, is inmiddels voorbij.
Met het kantoor in Den Haag wil Higgins het Internationaal Strafhof (ICC) bijstaan bij het gebruiken van open source-materiaal bij strafzaken. Uiteindelijk moeten daar vijf tot tien mensen komen te werken. Higgins is al lid van een commissie die het ICC adviseert over technologische ontwikkelingen.
Wat adviseert u het ICC?
„Ik bekijk hoe open source-materiaal kan worden gearchiveerd voor onderzoek en hoe dat vervolgens gebruikt kan worden als bewijs. Open source-data wordt nog niet ingezet in de rechtszaal, omdat het zo lang duurt voordat een zaak voor de rechter wordt gebracht. Dan is het beeldmateriaal vaak al verwijderd van YouTube of Facebook.”
„Langzaam zijn instanties ons serieus gaan nemen: politici, justitie, het JIT. Nu ook de rechtbank.
Afgelopen jaar vaardigde het ICC voor het eerst een arrestatiebevel uit op basis van bijna louter filmpjes op sociale media, een unicum. De Libische terreurleider Mahmoud Mustafa Busayf al-Werfalli is nog niet gepakt.
„Je kan het zien als een volgende fase voor Bellingcat”, zegt Higgins. „Langzaam zijn instanties ons serieus gaan nemen: politici, justitie, het JIT. Nu ook de rechtbank. Als journalist kan je wel een verhaal schrijven, maar dat verandert niet per se iets aan de situatie waar je over schrijft.”
Heeft u als journalist én adviseur van de rechtbank geen dubieuze dubbelrol?
„Ik adviseer alleen. Ik kan niet bepalen wat een rechter oordeelt.”
Maar bent u met het oog op onafhankelijkheid wel de juiste adviseur?
„Ik heb een groot netwerk, ik ken de laatste ontwikkelingen.”
Kunt u niet beter de schijn van belangenverstrengeling voorkomen?
„Ik zie mezelf niet als journalist, meer als onderzoeker.”
Bedoelt u dat u zich ook minder hoeft te houden aan de journalistieke richtlijnen?
„We houden ons bij Bellingcat vaak meer aan journalistieke richtlijnen dan andere media. We zijn vaak transparanter, vollediger en feitelijker.”
Juist die transparantie liet Bellingcat vorige maand iets los. Om de daders achter de vergiftiging van de Skripals te achterhalen werkte het samen met het Russische The Insider. Verslaggevers zochten familieleden en buren op om de identiteit te verifiëren. Om de Russen te beschermen, hielden ze sommige bronnen anoniem.
Stapt Bellingcat af van zijn transparante werkwijze?
„Dit ging om een moordaanslag op buitenlands grondgebied. Bovendien hadden we geen andere optie. Maar we zullen het niet gauw weer doen.”
Met zijn onthullingen haalt Higgins zich de woede op de hals van Russische autoriteiten, en de pro-Russische internetgemeenschap, die hem ervan beschuldigen de spreekbuis te zijn van westerse inlichtingendiensten.
U voedt dat wantrouwen zelf ook: u neemt geld aan van National Endowment for Democracy (NED), dat wordt gefinancierd door het Amerikaanse Congres, en op Twitter doet u anti-Russische uitspraken.
„Ik heb geen zin daarmee rekening te houden. Een deel van de internetgemeenschap blijft toch vijandig, van wie ik ook geld krijg. En ik zal Rusland pas met rust laten als het stopt met liegen.”
De waarheid wordt door leiders als Trump (VS) en Bolsonaro (Brazilië) steeds relatiever. Hoe gaat Bellingcat daarmee om?
„Het zal altijd nodig blijven om de waarheid te achterhalen. Een deel van de internetgemeenschap zal onze bewijzen altijd verwerpen, maar dat betekent niet dat we niet moeten blijven proberen hen te overtuigen. We helpen sowieso degenen aan de andere kant. We wapenen hen met feiten.”