Het had iets geestigs, het verraste enthousiasme over het optreden van Nadia Moussaid, toen zij deze zomer soepeltjes Eva Jinek verving. Het was alsof Moussaid van Mars kwam, terwijl de presentatrice er al vele vlieguren op had zitten bij de wekelijkse talkshow De nieuwe maan – maar ja, dat is een programma dat mag rekenen op maximale onzichtbaarheid van de zenderbazen. Dit jaar is de verstopplek vrijdagmiddag om kwart over vijf.
Dat is te zot voor woorden. De nieuwe maan, de talkshow ‘met een scherp oog voor ontwikkelingen rondom de multiculturele samenleving’ is de moeite waard. Moussaid is dit jaar als presentator opgevolgd door Fidan Ekiz, die deskundig en met zichtbaar genoegen tegenhangt als haar gasten wat veel naar links neigen. Niet dat de gastenlijsten van De nieuwe maan (NTR) homogeen zijn: deze talkshowtafel is, conform de Wet van Huys, van iedereen. En dan echt.
Vorige week zag ik er oud-voetballer Simon Tahamata aan Sylvana Simons uitleggen dat hij nog altijd graag voor Zwarte Piet speelt. Bij beelden van de treinkaping bij De Punt in de jaren zeventig schoot hij vol – hij zei dat hij wist dat hij zomaar een van de kapers had kunnen zijn. In het programma valt soms een stilte die elders zou worden gladgestreken. Ook niet zo glad is de bruuske stijl van onderbreken die Ekiz hanteert als de tijd begint te dringen.
Zichtbaarder dan De nieuwe maan is de zesdelige reportagereeks Vrouw op Mars die Ekiz voor BNNVARA maakt: die mag gewoon elke donderdag om half negen op tv. Ekiz (1976) brengt daarin honderd jaar vrouwenemancipatie in beeld. Ze begon, zei ze, met enige feministenscepsis.
Vorige week was in de eerste aflevering te zien hoe ze viel voor Hedy d’Ancona. Die belichtte de ontstaansgeschiedenis van het essay dat het begin van de tweede feministische golf markeerde, ‘Het onbehagen bij de vrouw’ (1967) van Joke Kool-Smit. Onmisbare lectuur voor iedereen, maar dat terzijde.
Donderdag begon de tweede aflevering meer dan honderd jaar terug, bij de zeventiende-eeuwer Anna Maria van Schuurman, de eerste vrouw die studeerde aan een Nederlandse universiteit. In een betraliede ruimte, afgescheiden van de mannelijke studenten, mocht ze de colleges volgen. Dat hoorde Ekiz van neerlandica Pieta van Beek, die veertig jaar geleden haar gereformeerde ouders er met een tekst van Van Schuurman van overtuigde dat ze echt wilde studeren.
De aflevering ging over het vrouwelijk lichaam, dat heel lang heel weinig onderzocht is. Duidelijk is dat Leonardo da Vinci weliswaar de homo universalis was, maar dat hij zich de vrouwelijke geslachtsdelen voorstelde als een soort naar binnen geklapte penis, met balzak. Ekiz verbaasde zich over een collectie oude maandverbandvormen.
De beste fragmenten in het uitstekend geresearchde Vrouw op Mars komen uit de jaren zeventig. Er waren schokkende beelden van anti-abortusactivisten in piepkleine autootjes en mooi archiefmateriaal van vrouwen op zelfverdedigingscursus in dezelfde periode.
Ekiz voerde een mooi gesprek met filmmaker Hillie Molenaar over abortus. Molenaar is een van de vele feministen van de tweede golf die in de serie voor de camera komen om de een generatie later opgegroeide presentator te vertellen wat er in de afgelopen decennia allemaal gebeurd is. Ze zijn ouder geworden, sommigen wat minder militant, maar ze zijn allemaal overtuigd en overtuigend. Zo is Vrouw op Mars een mooi eerbetoon aan een generatie vrouwen die Nederland heeft veranderd.