„Helemaal geen misdaad”, zegt Jan Droogsma vrijdagavond. „Een heldendaad was het.” Droogsma is een van de 34 verdachten van de wegblokkade op de A7 vorig jaar die anti-Zwarte Piet-demonstranten belette bij de Sinterklaasintocht te komen. Hij wil graag met volle naam in de krant – „schaamt zich nergens voor”, valt zijn vrouw hem bij. „En terecht.”
Het Openbaar Ministerie heeft een paar uur eerder 150 uur taakstraf tegen Droogsma geëist. De meeste van zijn medeverdachten kregen strafeisen van 120 uur. Was het aandeel groter, of waren er verzachtende omstandigheden, dan viel de strafeis iets hoger of lager uit. Tegen één man eiste de officier zes maanden celstraf, waarvan drie voorwaardelijk, vanwege een relevant strafblad. En initiatiefnemer Jenny Douwes kreeg een strafeis van 240 uur taakstraf, plus een voorwaardelijke celstraf van drie maanden.
Het OM vond strafrechtelijke vervolging van de 34 Friezen gerechtvaardigd, zo begon de officier van justitie zijn onderbouwing van de strafeisen, „niet alleen vanwege de ernst van de gepleegde feiten, maar ook vanwege de maatschappelijke impact”. Volgens het OM stonden er op de dag van de Sinterklaasintocht „twee diepgewortelde tradities, gebruiken en gevoelens tegen over elkaar, niet alleen op de A7 maar in heel Nederland”.
Maar, haastte de officier zich toe te voegen, „deze zaak gaat helemaal niet over wie gelijk heeft in die discussie, maar over het strafbare gedrag van de verdachten”. Dat gedrag bestaat volgens het OM uit het blokkeren van een openbare weg, dwang, het verhinderen van een betoging en – in het geval van Jenny Douwes – opruiing. „De kernvraag is ‘hoe ga je in een democratische samenleving met elkaar om als je het niet eens bent met elkaar?’” aldus de officier. „Het antwoord is: in ieder geval niet zoals deze verdachten dat hebben gedaan.”
Om aan te tonen dat de verdachten daadwerkelijk bij de wegblokkade betrokken waren, gebruikte het OM videobeelden uit de bus, een Facebookgroepsgesprek waarin plannen werden gesmeed en een WhatsApp-groep die achteraf in het leven werd geroepen voor contact tussen de blokkeerders. En daar zit volgens hun advocaat Tjalling van der Goot een zwakte: die WhatsApp-groep werd door een van de deelnemers aan de wegblokkade samengesteld en „niet door een onafhankelijke rechter”. Deelname aan dat gesprek wil dus nog niet zeggen dat men strafbare feiten heeft begaan. Van der Goot: „Eén verdachte stond zelfs achter de bussen geparkeerd en wordt nu toch vervolgd.”
Volgens de advocaat vertoont het proces „trekken van een loterij”. Belangrijker dan wie er vervolgd werd, is volgens hem dát er vervolgd werd. Hij zag een „nogal gretig” OM dat onnodig escalerend optrad, „meedeinend op de golven van de emoties in het land”.
Want, zo redeneerde de advocaat, er zijn in Nederland al veel opstoppingen en wegblokkades veroorzaakt, maar deelnemers daar werden nooit vervolgd. Zo blokkeerden vrachtwagenchauffeurs knooppunten in 2000 en ontstonden er een jaar later files door protesterende varkensboeren. „De officier gaf wat weg toen hij zei dat het OM de strafmaat niet kon baseren op eerdere, vergelijkbare zaken”, aldus Van der Goot. „Er is namelijk helemaal geen precedent voor deze vervolging.”
Diezelfde willekeur zag Van der Goot terug in de vervolging van Jenny Douwes, die volgens hem dezelfde rol speelde als mede-initiatiefnemer Gerwin Dokter. Douwes zou alleen vervolgd zijn vanwege haar zichtbare rol in de media. Bovendien was haar gezegd dat zij niet vervolgd zou worden als zij haar oproep van Facebook zou halen. Dat dat nu toch gebeurt, „tast het vertrouwen van burgers aan in mensen in justitie”, aldus de advocaat.
Veel verdachten zeiden deze week dat ze onschuldig waren en toevallig in de blokkade terecht gekomen waren. Zij hadden gehoord van de plannen, waren nieuwsgierig en gingen maar eens een kijkje nemen. En toen de boel toch al stilstond, stapten zij ook uit. Niemand remde als eerste, niemand sneed de bussen af. De motorrijder die op videobeelden te zien is, zich voor een van de bussen manoeuvreert, stond daar met panne, had een „kaduuke jiffy”.
Degenen die toegaven bewust betrokken te zijn geweest, zeiden een langzaamaanactie te hebben verwacht, geen blokkade. Het waren de auto’s voor hen die hen tot stoppen dwongen. Of de auto’s achter hen remden, waarop zij besloten achteruit te rijden. „Het OM zegt dat ik een belangrijk aandeel had in de blokkade omdat ik vooraan ín de rij auto’s stond”, zegt Droogsma. „Maar ik zeg: ik stond vóór die rij.” Droogsma zal de uitspraak van de rechtbank „gelaten” afwachten. „Maar wat er ook gebeurt” – hij knikt glimlachend in de richting van zijn medeblokkeerders – „ik heb er in ieder geval een hechte club vrienden aan over gehouden”.