Dinsdagavond zeven uur. Een man komt schreeuwend de kapsalon van Melchi Blanken op de Elandsgracht binnenlopen. Hij heeft een flinke slok op en vraagt om een sigaret. Als Blanken die niet geeft wordt de man kwaad. Hij bijt haar toe: „Wacht maar, je salon gaat eraan.”
Vanuit de hippe kapsalon ziet ze de houten bankjes in het midden van de straat waar de man vaak met zijn vrienden zit: „de alcoholisten”. ’s Morgens, in de middag en als Blanken naar huis gaat, zijn ze er, vertelt ze. Soms tien man sterk. Altijd een boodschappentas met bier binnen handbereik. En als die leeg is? „Dan begint het geschreeuw, gedreig en gevecht onderling.”
Bier van ’s ochtends tot ’s avonds
De ondernemers in de straat waren het beu. Ze vroegen om een alcoholverbod op het middenstuk van de straat en de gemeente stemde daar afgelopen woensdag mee in. Het verbod ging per direct in. Een aantal jaar geleden maakte op de Elandsgracht de parkeerstrook plaats voor een „recreatieve middenberm” met een speeltuintje en bankjes. Op die plek, pal naast het beeld van zanger Johnny Jordaan, werd vervolgens van ’s ochtends tot ’s avonds bier gehesen, volgens de ondernemers.
Wel even een disclaimer: ondernemer Daan de Greef wil echt geen opgepoetst Amsterdam, benadrukt hij. De Greef is eigenaar van een kledingzaak op de Elandsgracht en houdt van het rauwe randje van deze stad. „Geen Oslo, geen Kopenhagen.” Een biertje op straat moet kunnen. Geen probleem. „Maar je heftig bezatten in een speeltuintje met kids in de buurt, dat moet je gewoon echt niet willen.”
De drinkende mannen lieten bovendien troep slingeren, zegt De Greef. Lege blikken bier in de plantenbakken. Onlangs zag hij een van hen op klaarlichte dag in zijn broek plassen. „Hij liet het gewoon lopen.” En overmatig drinken mondt – meestal in de avond – uit in kleine trammelant. De Greef: „Het was soms grimmig.”
Een alcoholverbod helpt de ondernemers, maar ook de buurtbewoners, volgens De Greef, omdat ze de drinkende mannen nu op hun gedrag kunnen aanspreken. Als de drinker niet luistert kan een handhaver een boete opleggen van 95 euro.
Het centrum telt, de Elandsgracht meegerekend, twaalf gebieden waar een alcoholverbod geldt. Handhavers schreven in 2016 in de binnenstad 2.133 bekeuringen uit wegens overtreding van dat verbod. Een jaar daarvoor waren dat er minder: 1.822, zo blijkt uit cijfers die De Telegraaf opvroeg bij de gemeente Amsterdam.
‘Er zijn ook onfortuinlijke mensen’
Niet iedereen op de Elandsgracht heeft last van de mannen. Een medewerker van coffeeshop Johnny: „Ik zie ze niet tegen de bomen op fietsen”, waarmee hij bedoelt: het valt wel mee. Merel van Meerkerk, medewerker van wijkcentrum Het Claverhuis: „Misschien is ook het realiteitsbesef in deze buurt wel een beetje weg. Zó rijk. Ik vraag me af of de tolerantie in andere wijken hetzelfde is.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/05/data31826436-6da111.jpg)
Van Meerkerk hoort ook weleens geschreeuw, „maar Amsterdam is een grote stad waar ook onfortuinlijke mensen wonen. En deze bankjes in het zonnetje zijn nou eenmaal een hele geschikte plek.” De mannen zijn vaste bezoekers van de nachtopvang vijf minuten verderop, weet Van Meerkerk. Ze is met de wijagent in gesprek om een ‘veegploegje’ op te starten, zegt ze, dat de straat kan schoonhouden. „Misschien kunnen een paar van de mannen erbij.”
Een dag voordat bekend wordt dat het alcoholverbod er komt zit dakloze Wilco (47) pal tegenover de Albert Heijn. Hij steekt een joint op. Naast hem een flesje Kanon-bier, bijna 12 procent alcohol. Hij drinkt er dagelijks een stuk of tien. Wilco – dertien jaar dakloos – kent de drinkende mannen uit de nachtopvang, zegt hij. Met sommigen trekt hij weleens op, maar zodra ze samenklitten is hij weg. Altijd gedoe. Waarom de Elandsgracht? „De Albert Heijn opent om half acht. De coffeeshop half tien. En het zit hier gezellig: er komen lekker veel mensen langs.” Of een alcoholverbod zin heeft? Voor de straat wel, denkt Wilco, het voorkomt dat de mannen het speeltuintje en de omliggende bankjes als hangplek gebruiken. „Je kijkt wel uit.” Maar het probleem van op straat drinken blijft, zegt hij. „Je gaat gewoon een straat verderop staan.”