De Nobelprijs geneeskunde gaat dit jaar naar de Amerikaan James Allison (1948) en de Japanner Tasuko Honjo (1942) voor hun onderzoek naar een immuuntherapie tegen kanker. Ze krijgen ieder de helft van de prijs van 870.000 euro (9 miljoen Zweedse kronen). De ontdekkingen van beide wetenschappers hebben een therapie opgeleverd, waarbij de rem die de tumor op het afweersysteem zet wordt ontgrendeld. Allison ontwikkelde een antilichaam dat bindt aan een ‘uit-knop’ op witte bloedcellen, waardoor deze weer actief worden. Het geneesmiddel ipilimumab, gebaseerd op dit antilichaam, wordt gebruikt bij melanoompatiënten. Honjo is de ontdekker van het molecuul PD1 dat ook een rol speelt bij het uitschakelen van de afweer. Ook hiervoor zijn medicijnen in ontwikkeling. (NRC)
N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Amerikaan en Japanner
Nobelprijs geneeskunde voor immuuntherapie tegen kanker
Een versie van
dit artikel
verscheen ook in
NRC Handelsblad
van 1 oktober 2018.