Een van de grote literaire sensaties van 2018 blijkt een kleine, bescheiden blondine. Ze formuleert voorzichtig, lacht graag en snel en veel, is makkelijk om mee te praten en razend intelligent. Dat laatste was al duidelijk uit Asymmetry: de debuutroman van Lisa Halliday is een knap gecomponeerd boek waarin zoveel vormen van asymmetrie voorkomen dat je niet weet op welke je het meest moet letten.
Is de asymmetrische relatie uit het eerste deel van het boek het belangrijkst? Daarin wordt Alice, in 2003 een uitgeefredacteur van begin twintig die schrijfster wil worden, versierd door de beroemde, veel oudere schrijver Ezra Blazer – hij blijft jarenlang de belangrijkste man in haar New Yorkse leven. Halliday heeft er geen geheim van gemaakt dat ze ooit een vergelijkbare relatie had met schrijver Philip Roth, dus ze speelt hier ook met de asymmetrie tussen fictie en autobiografie.
Of gaat het Halliday vooral om de asymmetrie tussen Alice’s geprivilegieerde bestaan en het leven van de Irakees-Amerikaanse Amar uit het tweede deel van het boek? Die wordt onderweg naar zijn broer in Koerdistan vastgehouden op Heathrow en eindeloos ondervraagd, terwijl je als lezer steeds meer te weten komt over de problemen die de Irak-oorlog zijn familie heeft opgeleverd. En dan heb je nog de stijlverschillen tussen die twee delen, en de verschillen met het korte, derde deel van het boek, waarin we ineens weer nog meer over de beroemde oude schrijver te weten komen, uit diens eigen mond. De hele roman hangt totaal uit het lood, op een even slimme als speelse manier.
Zelf vindt Halliday een heel andere asymmetrie uit haar boek het belangrijkst, vertelt ze (ze was vorige week te gast op het International Literature Festival Utrecht). „Voor mij is de asymmetrie tussen wie we zelf denken te zijn en hoe andere mensen ons zien het meest fascinerend. Want die is nooit op te lossen. En dat is uiteindelijk wel wat Alice probeert, als ze gaat schrijven in een poging los te breken uit de klem dat je maar één persoon bent. Ze wil begrijpen hoe het is om iemand als Amar te zijn.”
Ze wil door empathie, door impersonatie van heel andere mensen, verschillende levens leven?
„Ja, precies! In het eerste deel kom je weinig te weten over het innerlijk leven van Alice. Je ziet dingen, je hoort dialoog en je krijgt hints van wat ze voelt, maar ze verwoordt het nooit echt – alsof je naar een film kijkt, ik heb geprobeerd het daarop te laten lijken. Het tweede deel van het boek daarentegen is bijna een explosie van bewustzijn, je krijgt al Amars gedachten en meningen en emoties helemaal uitgelegd. Op een bepaalde manier is dat het bewustzijn van Alice binnenstebuiten gekeerd.”
U heeft wel gezegd dat Amar dichter bij uzelf staat dan Alice. En u bent ook een keer op Heathrow vastgehouden. Waarom was dat?
„Mijn man is Brits, we hebben elkaar ontmoet toen we allebei voor literair agentschap The Wylie Agency werkten, hij in Londen, ik in New York. Ik ben in 2006 freelance gaan schrijven, maar hij werkte toen nog fulltime in Londen. Dus ik ging vaak een maand of zes weken naar hem toe. Ik lette heel goed op dat ik niet langer dan zes maanden per jaar in totaal bleef, het maximum voor iemand uit de VS. Maar ik was zo vaak heen en weer geweest, ik had zoveel stempels in mijn paspoort… In augustus 2008 kwam ik om een uur of acht ’s avonds aan en toen hebben ze me tot drie uur ’s nachts vastgehouden. Ze vroegen waarom ik kwam, hoe ik mijn geld verdiende… Ik denk dat ze dachten dat ik in het Verenigd Koninkrijk illegaal van een uitkering wilde gaan leven. Daarna mocht ik alleen nog op een visum komen – en ik kreeg geen visum. Dus toen besloten we te trouwen.
„Ik vond het een vervelende situatie, maar ik mag mezelf gelukkig prijzen in vergelijking met de meeste mensen die daar worden vastgehouden en ondervraagd. Ik kon het voor mijn boek gebruiken. Dan moest ik me natuurlijk nog wel voorstellen hoe het zou zijn voor iemand die geen Amerikaanse witte vrouw is met een vriend met wie ze gewoon kan trouwen.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/07/rsz1307cullisahallidayy33880460.jpg)
Alice heeft het niet altijd makkelijk, maar wat Amar overkomt is veel erger dan wat Alice overkomt. Wilde u dat ook benadrukken, die asymmetrie?
„Ik denk dat ze verschillen in de vrijheden die ze hebben. Alice is niet rijk, maar ze heeft een baan en de privileges en de middelen van een jonge vrouw in New York aan het begin van deze eeuw. Amar heeft een naam, een religie, een achtergrond en een paspoort die uitnodigen tot achterdocht en vooroordelen. Dat verschil in vrijheden hangt samen met de titels van de eerste twee delen van het boek: Folly (‘Zotternij’) en Madness (‘Waanzin’). Zotternij heeft iets lichts, iets speels; waanzin is donkerder, omineuzer. Mensen die de waanzin van de oorlog ervaren, hebben de vrijheid niet om eraan te ontsnappen, terwijl de zotternij van het eerste deel, de relatie van Alice en Ezra, zelfgekozen is.
„Maar ik weet niet of wat Amar overkomt erger is, omdat ik in relativisme geloof. Ik las laatst een artikel in The New Yorker over de vraag of het steeds slechter gaat in de wereld en daarin stond dat mensen die veel mogelijkheden en privileges lijken te hebben niet noodzakelijkerwijs gelukkiger zijn, omdat we daar nu eenmaal aan wennen. Ik denk dat dat klopt. Ik weet niet of je wel kunt zeggen dat dingen beter of slechter zijn voor iemand anders.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/09/web-2809culhallidayyjpg20879828.jpg|//images.nrc.nl/-x88k1sJHUZxohfYgj7jEp5TPgE=/1920x/smart/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/09/web-2809culhallidayyjpg20879828.jpg)
Foto: Merlijn Doomernik
De relatie van Alice en Ezra is heel scheef. U beschrijft dat mooi: zij kan hem niet bellen, hij haar wel; hij gooit zonder te vragen haar oude portemonnee weg en koopt een dure nieuwe voor haar; hij zegt welke boeken ze moet lezen, naar welke muziek ze moet luisteren…
„Ja, hij heeft macht omdat hij ouder is, en een man, en heel succesvol in wat zij ook wil doen, namelijk schrijven. Maar zij is bereid erin mee te gaan. Ze kán weglopen. Ik zie Alice als iemand die veel macht heeft. Ze is jong, gezond, ze heeft haar leven voor zich. Ezra heeft dat allemaal niet. Alice kijkt toe, wacht af, en uiteindelijk krijgen we het gevoel dat het háár beslissing is of ze doorgaan met de relatie.”
Maar wat heeft zij eraan?
„Nou, ze zijn echt maatjes, hun relatie is heel speels. Ze houden allebei van boeken, muziek, honkbal. Ze hebben allebei de gevoeligheid van een schrijver. Ze zijn nieuwsgierig, ze willen graag weten hoe het is om iemand te zijn die heel anders is dan zijzelf. Dus het feit dat ze zo van elkaar verschillen maakt ook dat ze zo goed bij elkaar passen. En de relatie is een soort versnelde culturele opleiding voor haar. Zij wil zó graag meer over literatuur weten, en over al die jaren dat Ezra al leefde en zij nog niet. Dat geeft hij haar allemaal.”
Als hij in het laatste deel haar naam niet noemt, op de radio, lijkt hij nog boos op haar.
„Of hij wil haar beschermen. Als je een publiek persoon bent, is het moeilijk om niet gevoelig te zijn voor wat de wereld kan denken.”
Hoe is dat voor u?
„Eh… ik vind het niet heel leuk. Ik wilde schrijver worden omdat ik ervan houd alleen te zijn. Ik ben heel dankbaar dat mensen mijn boek lezen. Maar je maakt je wel druk om wat mensen van je denken, het is onmogelijk om dat niet te doen.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2018/05/data31827594-9eb8c9.jpg)
Uw uitgever zei dat u niet meer over Philip Roth wilt praten. Ik ga niet naar hem vragen, maar in eerdere interviews sprak u nog wel over hem. Waarom heeft u besloten dat niet meer te doen?
„Nee, het is… Veel mensen focussen daar zo sterk op, en niet op het boek. Of ze stellen me één vraag over hem en tien over het boek en dan komt het stuk uit en dan gaat het helemaal over hem. En tot op zekere hoogte begrijp ik dat: hij was een fascinerend persoon, mensen willen weten hoe hij was. Hij was een van mijn liefste vrienden. Ik mis hem. Dat is nog een reden: het is moeilijk om over hem te praten, want ik mis hem. Hij was geweldig, het was een heel belangrijke relatie voor mij.” (Philip Roth overleed op 22 mei dit jaar, red.)
„Het is niet dat ik niet over hem wil praten, maar ik denk dat het boek veel te bieden heeft dat niet met hem te maken heeft. Dat het niet gewoon een curiositeit is over hem en dat aspect van mijn leven. Mensen nemen vaak aan dat Lisa Halliday Alice is en Ezra Blazer Philip Roth. Ik vind dat een heel simplistische manier om over het boek na te denken.”
Het boek is ook overduidelijk heel zorgvuldig geconstrueerd. In het echte leven kun je relaties niet zo exact vormgeven als je wilt, is mijn ervaring.
„Nee. En er zijn wel details die aan Philip Roth doen denken, maar daar is een esthetische reden voor: hij speelde óók met autobiografie versus fictie. Als je dat weet, voegt dat een dimensie toe aan het boek. Maar om zo te focussen op wat er écht is gebeurd, of zomaar aan te nemen dat dit het verhaal van onze relatie is, dat is, wat ik zei, te simplistisch.”