Reportage

Moeilijkere kinderen, slechter betaald

Onderwijs Het speciaal onderwijs voelt het lerarentekort extra. Lange dagen, hoge druk, laag loon. Een sollicitant? Direct bellen.

De eerste lesdag van Ryan Ypelaar aan klas 2 vmbo-t.
De eerste lesdag van Ryan Ypelaar aan klas 2 vmbo-t. Foto Merlin Daleman

Meneer Ypelaar, 24 jaar oud, tattoos op beide armen, zilveren armband, geeft klas 2 vmbo-t een standje. Negen jongens zitten in stilte aan hun tafeltjes.

„Ik snap het best, we zitten nu al bijna vijf lesuren met elkaar…”

„Zooooo!”

„…maar houd er rekening mee – we kennen elkaar nog niet zo goed – dat als ik het vraag, je dan mee moet doen.”

„Kunnen we tv kijken?”

„Daar sta ik voor open, want we zijn eerder klaar dan gedacht. En let op: je mag best lachen, maar houd het gepast.”

„Mag ik een aflevering kiezen?”

Het is de eerste dag na de zomervakantie voor de leerlingen van scholengemeenschap De Keyzer in Goirle, een school voor speciaal onderwijs op basis- en middelbaar niveau, met vmbo, havo en vwo. Het is ook de eerste dag voor Ryan Ypelaar en liefst 25 collega’s. Op het speciaal onderwijs is het lerarentekort extra voelbaar: docenten verlaten de school voor een werkplek waar de druk lager is. Nieuwe docenten vinden is hier nog moeilijker.

„Doe mij nog maar een paar Ryans”, grapt directeur Alexander van den Broek op zijn werkkamer. Voldoende mensen vinden is „de grootste nachtmerrie”, zegt adjunct-directeur van het voortgezet onderwijs (vso) Rianne van Giessen, die naast hem zit. „Ik ben er tot diep in de zomervakantie mee bezig geweest.” Vrijdag nog kwamen er twee telefoontjes met afmeldingen voor dit schooljaar: een docent is ziek, een ander kreeg een aanbieding die ze leuker vindt. Van den Broek heeft de nieuwe vacatures net de deur uitgedaan, de detacheerder is gebeld.

Op De Keyzer zitten zo’n 500 leerlingen met ernstige gedrags- of psychiatrische problemen. Denk aan gezags- en hechtingsproblemen, autisme, agressiestoornissen. Een flink deel bestaat uit jongens.

Wie hier wil werken, moet „flink kunnen relativeren, humor hebben, rustig blijven”, zegt Van den Broek. „En elke dag zien als een nieuwe kans.” Wanneer een leerling een stoel gooit en je „tot op het bot beledigt”, dan moet je even later kunnen zeggen: welkom terug, fijn dat je er weer bent. „Dat is niet makkelijk”, zegt Van den Broek. „Zeggen dat je dat kunt, is iets anders dan het daadwerkelijk doen.”

Hier is de klas geen koninkrijk. „In het reguliere onderwijs kan een docent lessen zelf bepalen”, zegt Van Giessen. „Hier ligt alles vast. Als jij een keer toestaat dat ze op hun telefoon mogen spelen, hebben alle andere docenten daar last van.”

Cao

Wat het niet makkelijker maakt, is dat het voortgezet speciaal onderwijs onder de cao voor het basisonderwijs valt. Daardoor krijgen docenten hier per maand een paar honderd euro netto minder dan collega’s van de middelbare school, terwijl zij ook tweedegraads zijn. Ze moeten ook meer lesgeven: 1.000 in plaats van 750 uur. „Ik zeg altijd: hier maak je langere dagen, met moeilijkere kinderen, voor minder geld.”

„We gaan een energizer doen”, zegt juf Sarah (27) na de leesles tegen groep 4-5. Ze scrollt door het YouTube-aanbod van Just Dance Kids. Wie netjes bij zijn tafel gaat staan, mag het liedje uitzoeken. Een jongen met opgeschoren haar en staartje kiest het filmpje met een dansende kerstman op een medley van kerstliedjes. De leerlingen doen hem na: headbangen, hakken op één been, armen in de lucht.

Foto’s Merlin Daleman

Toen ze vorig jaar haar cv online zette, vertelt ze na de les, kreeg ze na een uur al een telefoontje van De Keyzer. Ze had drie jaar in het reguliere onderwijs gewerkt en daarna twee jaar in de administratie, maar miste de klas. „Een maand na mijn sollicitatie stond ik al voor de groep. Het was een beestenbende, de leerlingen waren opgedeeld geweest, alle structuur was weg.”

Directeur Van den Broek is heel blij met haar, benadrukt hij. Maar vóór het tekort had hij haar nooit zo snel voor de klas gezet. „We wisten niet eens of haar bevoegdheid in orde was.” Vijf jaar geleden, zegt hij, ging een sollicitatieprocedure zo: je kreeg een stapel brieven, las ze nauwkeurig door, en die van de net-afgestudeerde leerkrachten legde je terzijde. „Eerst maar wat meer ervaring opdoen in het reguliere onderwijs, vonden we.”

Door het lerarentekort hebben Pabo-studenten snel een baan. Lees ook de reportage Kom vooral bij ons werken, schreeuwen de scholen

Nu worden docenten actief benaderd, sollicitanten direct gebeld. Liefst komen ze dezelfde dag nog op gesprek, draaien ze de volgende dag mee, en gaat het de dag daarna over de arbeidsvoorwaarden. „We willen ze zo snel mogelijk binnenhalen”, zegt Van Giessen. Soms volgt na een halfjaar al een vast contract.

Lastig is, zegt Van Giessen, dat docenten om acht uur aanwezig moeten zijn voor de gezamenlijke briefing. Om vier uur mogen ze weg. „In het reguliere onderwijs is die regel er niet. Er zijn sollicitanten die zeggen: ik wil hier graag komen werken, maar ik wil er niet om acht uur zijn.”

Zorgtekorten

Ook de zorgtekorten zijn op De Keyzer merkbaar. De crisis- en 24-uursopvang naast de school, waar jongeren wonen die bijvoorbeeld uit huis zijn geplaatst, heeft moeite personeel te vinden, zegt Van den Broek. „We merken dat aan hoe die leerlingen bij ons binnenkomen. Hun situatie is instabieler, daardoor zijn zij dat ook. We merken het ook aan de samenwerking. Je kunt plannen maken wat je wilt, maar als er steeds personeel wisselt, zowel bij ons als bij hen, komt daar weinig van terecht.”

„Je merkt dat groepsbegeleiders onthand zijn”, zegt Van Giessen. „Het zijn vaker jonge meiden, die weten het op een gegeven moment ook niet meer. Er zit ook meer heftige gedragsproblematiek in zo’n groep, omdat ze door de bezuinigingen zo veel mogelijk ambulant oplossen.”

Vorig schooljaar heeft Van den Broek al alles uit de kast moeten halen om het rooster rond te krijgen. Er stonden intern begeleiders voor de klas, „ongekend veel” klassen zijn verdeeld. Een docent Engels werd uiteindelijk ‘gevonden’ door via een huiswerkbureau een docent geschiedenis in te huren, die samen met een student Engels les gaf.

Hij vreest voor het moment dat de griep gaat heersen. „Je kunt hier niet zomaar een dag een pabo-student neerzetten. De kans bestaat dat die wordt afgemaakt. En dan gaan de kinderen hyper en over hun toeren naar huis.”