Scott Jurek ziet er niet uit als Superman. Hij is lang, tanig en bescheiden. Toch is de Amerikaan een van de taaiste duurlopers ooit. Hij is meervoudig winnaar van de Griekse Spartathlon (246 kilometer van Sparta naar Athene), de Western States Endurance Run (160 kilometer door het Sierra Nevada-gebergte in de VS) en de ultieme afzienwedstrijd: de Badwater Ultra Marathon – 217 kilometer door de woestijn, in hartje zomer. Zijn marathontijd is met 2 uur en 38 minuten niet de allersnelste. Maar voor Jurek geldt: hoe verder, hoe beter.
Over wat het betekent om te rennen als een zwervende oermens gaat zijn nieuwe boek Naar het noorden. Jurek (44) beschrijft soms lyrisch zijn recordpoging op de Amerikaanse Appalachian Trail. Vastberaden en soms wankelend rende hij 45 dagen lang meer dan 75 kilometer per dag over moeilijk begaanbare paadjes. Met zijn vrouw Jenny, die hem ondersteunde, schreef hij dit meeslepende boek over hun avontuur. „Zelfverkozen lijden is iets vreemds”, schrijft Jenny. „In essentie was het opzoeken van zijn grenzen voor Scott een manier meer over zichzelf en onze relatie te weten te komen.”
Net als in zijn kook- en loopbestseller Eat & Run (2012) schrijft de veganistische sportman met kennis en passie over de trailrunningsport. Maar wat dit boek bijzonder maakt, is alles naast de sport. Die gaat over zijn huwelijk, Jenny’s miskramen en hun pogingen om ouders te worden, wat uiteindelijk gelukt is. Ze hebben nu twee jonge kinderen.
Op de cover staat alleen de naam van hoofdpersoon Scott. Dat dit boek het hardloopgenre ontstijgt, is echter te danken aan Jenny. In korte passages neemt zij nu en dan de ik-vorm over van Scott om te vertellen hoe de brute hardlooptocht van zo’n 3.500 kilometer voor háár was. In een busje navigeert zij in de wildernis om haar geliefde te steunen en voeden.
Naar het noorden is een origineel boek. Je hoeft geen hardloper te zijn om geraakt te worden door dit noordwaartse avontuur, dat over rennen gaat, maar ook over rouw en de mogelijkheid van een wedergeboorte door het aftasten van de grenzen die we onszelf opleggen.
In het boek praten ze in opmerkelijk detail over hun relatie. Scott, een van de beste ultrahardlopers aller tijden, vertelt dat hij mentaal stuk zat voordat het hardloopavontuur begon. Zijn lijf werd ouder, hij won zelden meer een wedstrijd. Maar zijn opgekropte pijn was mentaal. „We hadden een baby verloren, maar gelukkig hadden we elkaar nog”, schrijft hij. Jenny, over het begin: „Nu gaat hij een uitdaging aan die permanente schade aan zijn lichaam zou kunnen toebrengen, om over ons huwelijk maar te zwijgen.”
Hebben jullie geaarzeld om zo veel bloot te geven, en dat in een sportboek?
Scott Jurek: „Het leven draait toch om het intieme gedoe? Hardlopen is maar een onderdeel. Lopen helpt me om de dagelijkse tegenslagen en strijd aan te kunnen. De uitdagingen helpen me op de bergpaden, en vice versa.”
Jenny Jurek: „Nul aarzeling. Ons geploeter vormde de stuwkracht voor dit avontuur. Ik had er nooit over kunnen schrijven zonder het óók te hebben over wat we me zo bezighield. Het dag en nacht ondersteunen van Scott was één ding. Tegelijkertijd maakte ik me zorgen over mijn gezondheid na die miskramen. Het was soms eng. Ik zat meestal alleen in de wildernis, te wachten tot Scott uit de bossen zou opduiken. Elke versie van het boek werd opener. Uiteindelijk moesten ook de teleurstelling en bijna-ineenstorting erin, hoe moeilijk ook.”
Scott: „Je kwetsbaar opstellen kan een catharsis opleveren. Hoe lastig ook, die herinneringen waren een van de redenen om aan de tocht te beginnen. Zonder die achtergrond was het nooit zo’n pelgrimstocht geworden.”
Ik weet dat jullie veel emotionele reacties krijgen. Komt dat door die openheid?
Jenny: „Wat ik merk, is dat veel vrouwen zich begrepen voelen. Het is niet makkelijk en ook niet gebruikelijk dat vrouwen praten over miskramen, maar het overkomt zo veel mensen. Door dit boek scheppen we een soort gemeenschappelijkheid: iets dat we kunnen delen. Een beetje troost en hoop bieden – als ik lezers hoor zeggen dat ze ontroerd zijn, ben ik weer ontroerd.”
Scott, je schrijft dat de tocht nodig was „omdat ik ben vastgelopen. Omdat ik veertig ben en ik nodig weer moet voelen hoe het is om tot het uiterste te gaan en dan nog verder te gaan.” En nu? Houdt het ooit op?
Scott: „Nu op vakantie. Maar ik zie nog wel een 24-uurs race voor me: zo ver mogelijk in een etmaal non-stop rennen. Weet je, ik beschouw mezelf als beweegambassadeur. Natuurlijk, veel ‘normale’ mensen vinden het krankzinnig, die afstanden. Maar we weten allemaal wel dat langdurig lopen een oer-onderdeel is van onze genetische code. Zeker, het is tegenwoordig een keuze, want je kunt ook de auto pakken of op de bank zitten. Maar ik wil laten zien dat dat een misvatting is. Iedereen kan dit. Kijk maar naar de groei van de ultrasport. Van militaire sporttypes tot huismoeders: we hebben het allemaal in ons.”