Sergey Tiviakov, die vorige week voor de derde keer kampioen van Nederland werd, is een eigenzinnig man. In het schaken, waarin hij vasthoudt aan zijn eigen openingsvarianten waarin hij voortdurend nieuwe verfijningen aanbrengt, maar ook in het gewone leven.
Aan het begin van deze eeuw maakte hij op zijn vele verre reizen foto’s van ufo’s, aura’s en wezens uit een parallelle wereld, en hij was teleurgesteld dat de Nederlandse schakers daar niet voor openstonden. Niet uit het veld geslagen twitterde hij vorig jaar nog een foto rond van een ufo die in Spanje was gespot, en ook verspreidde hij een Russisch artikel dat het Nederlandse onderzoek naar het neerhalen van de MH17-vlucht bestreed. Russen geloven de vreemdste dingen, Nederlanders noemen alles een samenzweringstheorie. Tiviakov gaat kalm zijn eigen weg.
Hij is geboren in 1973 en toen hij in 1998 uit Rusland naar Nederland kwam, had hij al een mooie carrière achter de rug, onder meer als lid van het Russische team dat in 1994 de olympiade in Moskou won. In Nederland werd hij twee keer eerder landskampioen en in 2008 was hij kampioen van Europa.
Daarnaast is hij de meest onvermoeibare reiziger die het Nederlandse schaak gekend heeft. Hij won tientallen open toernooien, in alle werelddelen. Ik heb het niet nageteld, maar ik geloof hem als hij zegt dat hij in 2004 en 2005 een wereldrecord heeft gevestigd dat nog steeds staat: 110 opeenvolgende serieuze toernooipartijen zonder nederlaag, vaak tegen topspelers.
Hij is trainer van Machteld van Foreest, die 10 jaar oud is, maar al Nederlands kampioen bij de jonge mensen tot en met 14 jaar. Ze wil wereldkampioen worden.
Er valt veel van Tiviakov te leren, onder meer geduld, geduld en nog eens geduld. Voor een jong schaakstertje is ongeduld misschien ook een deugd.
Sergey Tiviakov - Loek van Wely, NK Amsterdam 2018
1. e4 c5 2. c3 Pf6 3. e5 Pd5 4. Pf3 e6 5. Lc4 d6 6. d4 cxd4 7. cxd4 Pb6 Dit is vaak gespeeld, maar mij lijkt het vreemd om het paard naar een slecht veld te verplaatsen. 8. Ld3 dxe5 9. dxe5 Pa6 10. 0-0 Pc5 Een stelling die Van Wely al vier keer eerder had en dus op zijn duimpje kende. Toch toont Tiviakov aan dat zwart problemen heeft. 11. Le2 Dxd1 12. Txd1 Pd5 13. Lc4 Pb6 14. Lb5+ Ld7 15. Pc3 a6 16. Le2 Pba4 17. Pxa4 Lxa4 18. b3 Lc6 19. Lb2 Le7 20. Pd4 Le4 21. f3 Lg6 22. a4 Td8 Zwart zou graag 22...0-0 doen, maar wegens 23. b4 Pd7 24. Pxe6 gaat dat niet. 23. b4 Pd7 24. b5 a5 25. Lc3 Hoe moet zwart zijn a-pion dekken? 25...b6 is slecht wegens 26. Pc6 en 25...Ta8 is droevig. Misschien ging 25...Lc5 met het idee 26. Lxa5 Ta8 gevolgd door 27...Lc2. 25...Lb4 26. Lxb4 axb4 27. a5 Nu zijn wits pionnen te sterk. 27...b3 Dit lijkt een tegenkans, maar het helpt niet. 28. Pxb3 Lc2 29. Txd7 Txd7 30. Pc5
Zie diagram
Zwart verliest zijn b-pion, want na 30...Tc7 komt 31. Pxb7 Txb7 32. a6, waarna wit een toren terugwint en een beslissende pion voor blijft. 30...Td5 31. Pxb7 Txe5 32. Kf2 Wit staat gewonnen. 32...Lb3 33. Tc1 Ke7 34. a6 Ta8 35. Tc7+ Kf6 36. Pd6 Td5 37. Pe4+ Kg6 38. b6 Zwart gaf op.