Met de woningmarkt gaat het goed, met de starter op de woningmarkt niet. Dat stelt NVM-voorzitter Ger Jaarsma naar aanleiding van de kwartaalcijfers over de Nederlandse woningmarkt in het tweede kwartaal van dit jaar. Stijgende huizenprijzen, afnemende huizenverkopen en te weinig nieuwbouw zorgen er volgens Jaarsma voor dat „de consument de dupe is, de starter voorop”.
Al vier kwartalen lang dalen nu de woningverkopen ten opzichte van een jaar eerder. Er werden de afgelopen drie maanden 55.000 huizen verkocht, 10,6 procent minder dan een jaar eerder. Maar ten opzichte van het eerste kwartaal van dit jaar is het aantal transacties gestegen – met 13,8 procent. De gemiddelde prijs voor een woning steeg naar een nieuw record van 288.000 euro; een jaar eerder betaalde je als koper 10,4 procent minder. Huizen zijn gemiddeld binnen 45 dagen verkocht, 16 etmalen sneller dat vorig jaar.
Bij de NVM zijn ruim 4.200 makelaars aangesloten, waarmee de branchevereniging naar eigen zeggen 70 procent van de markt vertegenwoordigt. Vorige week bleek dat er een machtsstrijd binnen de NVM gaande is. Jaarsma stelt zich na afloop van zijn termijn in april 2019 niet beschikbaar voor een nieuwe periode.
Kanteling in de markt
Er zijn verschillende oorzaken die de positie van starters bemoeilijken. De almaar toenemende krapte en de stijgende prijzen zorgen voor een kanteling in de markt: waar verkopers vroeger eerst hun huis wilden verkopen voor ze verder gingen kijken, willen ze nu eerst een nieuw huis gekocht hebben voordat ze hun oude huis op de markt zetten. Volgens de NVM gebeurt dat nu al in 70 procent van de gevallen. Dat is een probleem voor starters – zij kunnen nergens terecht omdat de doorstroom stokt.
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data33853825-5a4220.png|https://images.nrc.nl/rANr3MBdk12QbLRvhKrV1ncMeY4=/1920x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data33853825-5a4220.png|https://images.nrc.nl/XDXtr87-vLgbLG0CFeKzDLcMPAA=/5760x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data33853825-5a4220.png)
NVM-voorzitter Jaarsma noemt ook het dinsdag gepresenteerde Klimaatakkoord een obstakel voor starters. De investeringen die nodig zijn voor het gasloos en duurzaam maken van woningen „zullen vooral de mensen met minder financiële draagkracht minder op kunnen brengen”, aldus Jaarsma.
Ook het CBS kwam donderdag met cijfers, in samenwerking met het Kadaster. Die tonen dat nieuwbouwwoningen het eerste kwartaal sneller in waarde stegen (11,2 procent ten opzichte van een jaar eerder) dan bestaande huizen (9 procent). Ook de prijs die je betaalt voor een nieuwbouwwoning is hoger: 350.000 euro om 260.000 euro. Het CBS constateert dat er de laatste jaren meer dure woningen verkocht zijn, en ook dat is een probleem voor starters. „De meeste nieuwbouw wordt geproduceerd voor doorstromers”, zegt Jaarsma.
Hypotheekaanvragen
Is er dan niets gunstigs te melden voor starters? De NVM noemt het opvallend dat ruim 20 procent van de woningen die door 60-plussers wordt verkocht naar starters gaat. En minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse zaken, D66) schreef vorige week in een Kamerbrief dat de mogelijkheden voor starters om een hypotheek te krijgen zijn uitgebreid.
Maar maandag meldde het Hypotheken Data Netwerk (HDN) dat het aantal starters dat een hypotheek heeft aangevraagd in het tweede kwartaal met 9 procent is gedaald in vergelijking met vorig jaar. Starters moeten volgens HDN gemiddeld 39.000 euro meenemen om de aanschaf van hun eerste huis – dat gemiddeld bijna 280.000 euro kost – te financieren. Er zijn volgens HDN in totaal 5,2 procent meer hypotheken aangevraagd dan een jaar eerder.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/10/web_1110eco_huizenverkoop.jpg)
Correctie: In een eerdere versie van dit artikel werd gesteld dat de cijfers van het CBS over het afgelopen kwartaal gaan. Dat moet het eerste kwartaal van 2018 zijn. Dit is hierboven aangepast.