Opinie

Wij rechters moeten ons niet laten meevoeren, maar in de zaak tegen Michael P…

Strafrechter Jacco Janssen keek zaterdag naar de EenVandaag-uitzending over de vermoorde Anne Faber. In deze Togacolumn deelt hij de e-mail die hij vervolgens naar zijn collega’s stuurde.
Locatie misdrijf Anne Faber. Foto Bas Czerwinski / ANP

“Collega’s,

Zaterdagavond keek ik EenVandaag. Daarin spraken de vader, de moeder, de broer en de vrienden van het slachtoffer in de zaak tegen Michael P. Het verdriet dat ik zag was intens en overweldigend. Direct daarna appte ik een aantal collega’s met de tekst: ‘Je moet even EenVandaag kijken! Vreselijk verdrietig! Ik geef iedereen voortaan dubbel TBS!’ Een van de collega’s appte mij direct terug: ‘Het is de bedoeling dat wij rechters niet meegaan in de waan van de dag, maar misschien piep ik anders nadat ik EenVandaag heb gezien.’

Onze collega had twee keer gelijk.

Wij rechters moeten ons niet laten meevoeren in een zaak met hevige emoties, maar voelen ook maatschappelijke verantwoordelijkheid en betrokkenheid waar we iets mee moeten. Dat is wat ons vak mooi, maar soms ook heel moeilijk maakt. Wij staan daarin niet alleen, maar zijn bij moeilijke beslissingen altijd met zijn drieën en de griffier.

Bovendien zijn wij in onze afdeling met nog veel meer collega’s en staan de deuren altijd open. Open om welke vraag dan ook te stellen of simpelweg je hart te luchten. Dat werkt bij heel kleine zaken waarin domme vragen niet bestaan, maar ook bij zaken met grote, ingewikkelde kwesties die de maatschappij en/of rechtsstaat raken. Daar voelt de drempel soms nog wat hoger. Weet dan dat wij allemaal van dag tot dag met kwesties worstelen. Gelukkig staan wij daarin niet alleen. Wij delen die verantwoordelijkheid.”

Ik kreeg veel reacties van mijn collega’s van de afdeling strafrecht van de rechtbank Rotterdam. De brede maatschappelijke belangstelling is voor mij de aanleiding om deze interne e-mail te delen.

De zaak Michael P. en de dappere wijze waarop de familie van het slachtoffer met de zaak omgaat, raakt natuurlijk ook ons rechters. In de Rotterdamse rechtbank en naar ik sterk vermoed in alle gerechten van het land wordt over de zaak veel gesproken. Bij ons – en ik ben ervan overtuigd in alle rechtbanken en hoven – zijn de gebeurtenissen aanleiding om op professionele wijze te kijken naar ons eigen functioneren. Vanzelfsprekend doen wij dat elke dag en vormt dat een onderdeel van onze verantwoordelijkheid binnen de rechtsstaat. De zaak Michael P. en de kracht waarmee deze onder onze aandacht wordt gebracht, leiden er echter toe dat rechters vanuit die verantwoordelijkheid direct en in volle omvang het gesprek over de aard en achtergrond van deze zaak aangaan. Dat gebeurt – zoals nu met deze e-mail – direct en in klein verband op de werkvloer, maar zal ook vanuit de kwaliteitsketen van de rechtspraak alle aandacht krijgen.

Lees ook: Ik snap dat de rechter Anne Fabers vader niet wil spreken

Daarbij gaan wij rechters, naar ik verwacht, moeilijke vragen niet uit de weg. Wij zullen – opnieuw – met elkaar bespreken hoe om te gaan met gestoorde en/of verwarde personen en hoe daarbij moet worden gekeken naar de aan- of afwezigheid en/of volledigheid van deskundige informatie over de achtergrond en psyche van die personen.

Los van de inhoud van de strafzaken tegen Michael P. en los van ieder oordeel daarover heeft de aandacht die dit alles heeft gekregen bij mij en bij mijn collega’s scherp geappelleerd aan onze verantwoordelijkheid. Een verantwoordelijkheid die wij rechters, ook als wij kritisch worden bekeken, met elkaar delen en niet uit de weg gaan. Daar zijn wij nog niet klaar mee!

De Togacolumn wordt geschreven door een rechter, officier van justitie of advocaat. Jacco Janssen is senior (straf)rechter A in de rechtbank Rotterdam