Recensie

Recensie Boeken

Blijf baas over eigen baarmoeder!

Feministische dystopieën Wat gebeurt er als vrouwen de macht van mannen overnemen? En wat gebeurt er als mannen meer macht krijgen over vrouwen? Lees vooral de roman The Red Clocks van Leni Zumas, en huiver.

Foto Alex Linch/Getty Images/iStockphoto

Een jaar geleden las ik een roman waar ik enorm naar had uitgekeken en die al even enorm tegenviel. Er zat geen enkel personage in met wie ik meeleefde. Ik geloofde regelmatig niet wat er in het boek gebeurde: mijn disbelief bleef niet suspended. En het idee waar het hele verhaal op leunde, kon het boek niet dragen, vond ik. Een geweldig idee, dat wel: wat zou er gebeuren als vrouwen wereldwijd plotseling fysiek sterker werden dan mannen?

Het gaat hier trouwens om The Power van Naomi Alderman (1974). Dat boek won vervolgens de belangrijke Baileys Women’s Prize for Fiction en toen het eenmaal in het Nederlands was verschenen (De macht), kreeg het een juichende vijfballenbespreking in deze krant van Hannah van Wieringen. Dus ik zou zeggen: léés dat boek. Ik ben het zelf ook meteen gaan herlezen. Want nu wilde ik wel eens weten: wat verlang ik dan van fictie dat The Power mij niet bood? En waarom werd ik wel totaal verliefd op het onlangs verschenen The Red Clocks van Leni Zumas (1972), in hetzelfde genre, de feministische dystopische fictie?

Een populair genre is dat momenteel, nu een zelfbenoemd pussy grabber de baas is in de VS. Ook The Handmaid’s Tale (1985) van Margaret Atwood, Aldermans mentor, behoort ertoe. Daarin zijn de VS een christelijk-totalitaire staat geworden waarin vrouwen geen geld en rechten meer hebben. Veel vruchtbare vrouwen worden als wandelende baarmoeders ingezet.

Zumas’ The Red Clocks gaat minder ver. Het speelt in een kustplaatsje in Oregon, twee jaar nadat een nieuwe Amerikaanse president abortus illegaal heeft verklaard in de hele VS. Een bevruchte eicel heeft al volwaardige mensenrechten, ivf is daarom verboden en binnenkort mogen alleen getrouwde stellen nog kinderen adopteren. Dus natuurlijk wordt er iemand ongewenst zwanger en probeert een ander, een alleenstaande vrouw van begin veertig, wanhopig haar kinderwens vervuld te krijgen voordat de wet Every Child Needs Two (ouders) van kracht wordt.

Natuurgenezeres

De vier hoofdpersonen in het boek hebben elk in eigen stijl geschreven hoofdstukken waarin ze slechts worden aangeduid met hun sociale rol. De ‘biograaf’ is de alleenstaande vrouw van zonet: een geschiedenisdocent die in haar vrije tijd het levensverhaal schrijft van de 19de-eeuwse Faeröer-poolonderzoekster Eivør Mínervudottír. De ‘hersteller’ is een natuurgenezeres die in het bos woont met haar kat, kip en twee geiten. De ‘dochter’ is een slim 15-jarig schoolmeisje dat zeebioloog wil worden. En de ‘echtgenote’, dochter van 6, zoon van 3, is depressief over haar huwelijk, dat zij slecht vindt maar haar man niet.

Langzaam kom je erachter hoe ze heten, wie er familie is van wie, wie van wie houdt, wie op wie jaloers is. Wie er aangeklaagd wordt en misschien jaren de gevangenis in moet; wie er een lijk in de vriezer heeft liggen en of dat ontdekt wordt. En het verhaal is zo goed geplot! Zelfs dat lijk is mooi en geloofwaardig.

De mensen in dit boek zijn echte mensen, je voelt hun pijn, die met een prachtig wrang soort humor en in superieure stijl wordt beschreven. De vrouw die grass-fed beef voor haar kinderen koopt, in een plastic zakje, en zich dan zorgen maakt: ‘Does contact with the plastic cancel out its grass-fedness?’ De biograaf die haar inseminatie-arts haat, maar getroost wordt door de natuur: ‘Oregon has the best trees in America [...] Her tree gratitude mutes her doctor resentment.’ Ook de metafoor uit de titel is mooi: ‘rode klokken’ voor baarmoeders lijkt een speciale metafoorsoort, een zogeheten kenning, vaak gebruikt in Oudnoorse en IJslandse gedichten, wat goed past bij Eivør Mínervudottír.

Spanning, geloofwaardige personages in een levensecht beschreven wereld, prachtige taal: voor mij heeft The Red Clocks alles wat The Power niet heeft. Daarin ontdekken vrouwen dat ze met een speciale spierstreng via hun handen een krachtige elektrische lading kunnen afschieten. Het boek irriteerde me vanaf de eerste metafoor. De vorm van macht, schrijft Alderman, is altijd hetzelfde: de vorm van een boom, die zich in steeds dunnere twijgen vertakt, maar ook die van een rivier die zich uit kleine stroompjes samenpakt, en van bliksem; en bevelen reizen de ene kant op en resultaten de andere kant op. Hè? In een rivier? In bliksem? En dan is ze me meteen kwijt.

Seksueel opdringerig

Spannend vond ik het ook niet. Het is snel duidelijk dat vrouwen zich exact zo gaan gedragen als mannen nu: vaak goedbedoeld neerbuigend, seksueel opdringerig, gewelddadig. En geen van de personages kon me iets schelen; ik vond ze allemaal even vlak. Ook hun omgeving wordt amper beschreven. Wat is de Ikoyi Club voor plek, waar jongeman Tunde voor het eerst voelt hoe een vrouw met elektriciteit schiet? Geen idee, er is een zwembad. Wat ik verlang van fictie: als ik in Lagos ben, wil ik voelen dat ik in Lagos ben.

Maar misschien gaat het Alderman vooral om het achterliggende idéé? Zowel in The Power als The Handmaid’s Tale worden de verhalen nadrukkelijk gepresenteerd als wetenschappelijk-historisch verslag, waar je als lezer mee op terugblikt, dus dat kan. Alleen: een geweldig idee is niet genoeg. Met Atwoods hoofdpersoon leefde ik wel mee, en ik vroeg me voortdurend af: hoe zit deze nieuwe wereldorde in elkaar, wat is er gebeurd? Ik bleef in het verhaal. Bij Alderman viel ik eruit.

Trouwens: ook The Red Clocks is de consequente uitwerking van één idee, de nieuwe wetten van een nieuwe vrouwonvriendelijke president. Maar dat is zo meeslepend geschreven dat je er niet de hele tijd op die manier over nadenkt. Smaken verschillen, dus lees vooral alle drie deze boeken. Maar wat ik van fictie verwacht is duidelijk: ik wil meegesleept en ontroerd worden zoals Leni Zumas dat doet.

Naomi Alderman: The Power. Penguin, 340 blz. € 12,99 (De macht. Atlas Contact, 400 blz. € 21,99)