Het fictieve Haagse Oranjecollege fraudeert met slagingspercentages. Dat is de reden dat de gemeente de overwegend zwarte school wil sluiten. Metropolis #1, het eerste deel van een vierluik over grootstedelijke problematiek, schetst de moedige redding door directeur Erica Kromhout (Antoinette Jelgersma). Het lukt om de school te anti-radicaliseren en zelfs de prijs voor ‘excellentie’ te verwerven.
Regisseur en schrijver Sadettin Kirmiziyüz zet met de serie Metropolis hoog in. In deze onderwijsvoorstelling balt hij alles samen: hoge idealen en goede bedoelingen versus criminaliteit, het gesjoemel met de percentages, racisme. Stefan de Walle als conciërge vervult een mooie, verzoenende rol door zich te ontfermen over de losgeslagen Bram, een emotioneel-geladen rol van Kaspar Schellingerhout. Zoals vaker met actuele voorstellingen is de tekst gebaseerd op interviews. Het is de vraag of dat werkt. Onuitgewerkte verhaallijnen en te snelle scènes, zoals het bezoek van prinses Laurentien, staan haaks op uitgesponnen, maar helaas te voorspelbare stukken over discriminatie. Tekst en regie blijven steken in een fel psychologisch realisme, bovendien sterk vergelijkbaar met The Nation van hetzelfde gezelschap. Voor een nationaal theater is het geen goed idee dat voorstellingen inwisselbaar worden.
Het decor stelt een trappenhuis voor met een rommelig conciërgehokje. Mede door de onevenwichtigheid vallen vreemde dingen op: waarom speelt de directeur zo vals op dwarsfluit tijdens werktijd? Waarom spreekt De Walle de schoolbelevenissen in op een recorder alsof hij Krapp is uit Krapp’s Last Tape van Beckett? Antoinette Jelgersma vertolkt weliswaar gloedvol de nieuwe directeur, maar wat ontbreekt is authentieke overtuiging. De voorstelling weet moeizaam de balans te vinden tussen de waan van alledag in de stad en een theatrale weergave daarvan. Gelukkig maken sterke rollen van de zachtmoedige De Walle, de idealistische lerares Mariana Aparicio Torres en de tragische Schellingerhout veel goed: zij dragen de voorstelling.