Nederland blijft maar schaatsen. Nu weer het wereldkampioenschap allround in Amsterdam. Sven Kramer en Ireen Wüst andermaal in de schijnwerpers. Kjeld Nuis is intussen rock ’n roll geworden. Schaatsers hebben zich seizoenvrij gemaakt – in het heetst van de zomer staan ze nog ergens op de ijzers.
Noem het restitutie voor de polder die door het Randstedelijke geweld van grote toernooien in grote sporten aan identiteitsverlies leed. Maar de polder is terug, zij het op ijs. De feestelijke reünie der schaatsgrootheden in het Amsterdamse Rijksmuseum had de omvang van een bal populaire. Zowel in de oude gloriën als in de jeugd zag je de historie terug als een blinkende idylle van tijdloosheid. De reünie ontroerde, 125 jaar na de eerste wereldtitel van Jaap Eden.
Toch, buitenlucht in de polder is niet altijd even onschuldig. Wat Erwin van de Looi als coach van Willem II is overkomen, is ook de polder. Genadeloze afrekening van fanaten, boeren en buitenlui.
Ik ben vaak in het stadion van Willem II geweest. Ogenschijnlijk knus en gemoedelijk. Je kan er de paus in loslaten voor een plechtige hoogmis. Het profiel van de bezoekers heeft meer weg van de werkvloer in een sigarenfabriek dan van een congres van notarisklerken. Le milieu des manuels is present. Met op het ereterras een worp zelfbedachte notabelen, naast modieus geklede vrouwen. Voor evenveel geld als PSV was Tilburg de club van Guus Meeuwis geweest. Of van Rudi Fuchs, eminentie van de kunst. Datzelfde Tilburg heeft nu voor een akelig precedent gezorgd. Een hunnen-opstand tegen de coach is gehonoreerd.
De trainer besloot om per direct te stoppen. Hij wou niet langer opboksen tegen de harde kern van Willem II. Er werd gedreigd met acties en daar had Erwin geen zin meer in. Ook al niet omdat Willem II zich nog steeds niet helemaal ontworsteld heeft aan de degradatiestrijd. In hachelijke uren horen voetbalfans blind achter de club te staan. Dan worden even geen persoonlijke rekeningen vereffend.
De 46-jarige Van de Looi heeft zich nooit als Feldwebel laten kennen. Iets te zacht misschien, iets te veel misdienaar. Daar hebben de ultra’s van een club geen respect voor. Zij zoeken de schreeuwlelijk die ze zelf zijn.
Dat een coach capituleert voor doldrieste fans is een dieptepunt. Het is ook te veel eer voor zelfverklaarde oorlogshitsers die een hele club in gijzeling nemen tot eigen eer en glorie.
Heeft de coach genoeg steun gekregen van de beleidsbepalers? Allicht niet, de adhesiebetuigingen waren niet overtuigend. De coup van ultra’s heet in sommige kringen basisdemocratie. Het eindigt meestal in basisidiotie. Gezag is in voetbal steeds vaker een vliegwiel. In België is het WK-lied van een Franstalige rapper door de bond teruggetrokken. Sponsors en vrouwenorganisaties hadden bezwaar aangetekend tegen de seksistische teksten van de zanger. De rapper was nochtans door de spelers uitgekozen. Scabreuze teksten over vrouwen deugen niet, maar wat ook niet deugt, is dat sponsors een blokkade kunnen leggen tegen artistieke vrijheid. Morele tirannie van buitenstaanders is evengoed een variant van ontaarding. Want sponsors en supportersbendes blijven buitenstaanders waar het gaat om sportief beleid en management. Vandaar ook contestatie troef bij Ajax in de regie van het huiselijke afbraaksyndicaat.
Voetbal is ook een stukje Afrika in de polder.