Tim Fransen (29), winnaar van het Leids Cabaret Festival 2014 en de Neerlands Hoop 2016, geldt als veelbelovende nieuwkomer. Zijn sterke debuutvoorstelling Het failliet van de moderne tijd (2015) was een persoonijke zoektocht naar zingeving aan de hand van Nietzsche en Camus. Bij het graf van Nietzsche kwam Fransen tot nieuwe inzichten.
Opnieuw kiest Fransen voor een ambitieuze opzet. Hij bouwt in Het kromme hout der mensheid zijn verhaal op rondom drie grootheden uit de Verlichting: filosoof Immanuel Kant, componist Ludwig van Beethoven en staatshoofd Napoleon Bonaparte. Fransen gebruikt leven en werk van deze ‘grote drie’ om antwoord te vinden op de vraag wat beschaving is. Een urgente vraag in een tijd dat onze beschaving in rap tempo aan het afbrokkelen is, zo laat Fransen overtuigend zien in een scherpe conference over een rijke elite die technologie als schijnoplossing presenteert voor klimaatverandering.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2017/12/web_2312zateind_tim_franssen_close.jpg)
Reislustige cabaretier
Hoogtepunt van de voorstelling is het prachtige slotverhaal over zijn ontmoeting met een Russische filosoof in Kaliningrad. Want ook voor deze voorstelling ging Fransen weer op reis („Ze noemen mij ook wel de Floortje Dessing van het Nederlandse cabaret”). In dit verhaal komen persoonlijke zoektocht en politiek engagement prachtig samen. Fransen vertelt met veel humor en kwetsbaarheid over zijn poging om het benauwende nationalisme te ontvluchten en contact te leggen met een gelijkgestemde uit een andere cultuur, een poging die faliekant mislukt.
Fragment uit ‘Het failliet van de moderne tijd’, de vorige show van Tim Fransen.
Maar de aanloop die Fransen neemt is te lang. Voor de pauze vertelt hij uitvoerig over Napoleon, Beethoven en Kant. Hoewel hij de drie levensverhalen op knappe wijze aan elkaar verbindt, missen deze verhalen urgentie. Dat komt vooral doordat Fransen in deze voorstelling meer biograaf dan filosoof is en ons maar weinig vertelt over het verlichtingsdenken. Fransen vertelt vooral over de persoonlijke lotgevallen van deze beroemheden: het strenge werkritme van Kant, het liefdesverdriet van Napoleon en de doofheid van Beethoven. Op welke manier de Verlichting een antwoord kan bieden op de vragen van onze tijd, blijft onderbelicht.
Filosofie als opmaat
Ook slaagt Fransen er niet goed in om filosofie en humor aan elkaar te verbinden. Fransen gebruikt zijn filosofische overpeinzingen vaak als opmaat naar een grap, maar omdat die grappen meestal weinig toevoegen aan het verhaal, komen ze er geheel los van te staan en halen ze de serieuze boodschap onderuit. Zo inspireert het levensverhaal van Napoleon de cabaretier tot een weinig verheffende reflectie op het verschil tussen een bloedlul en een vleeslul.
Fransen heeft absoluut talent. Hij is intelligent, maatschappelijk betrokken en heeft de lachers op zijn hand met zijn droogkomische humor. Heel grappig is bijvoorbeeld hoe hij in een paar liedjes aan de piano zijn liefde voor Beethoven en John Ewbank combineert. Hier lukt het hem wél om hoge en lage cultuur aan elkaar te verbinden. Maar al met al heeft Fransen zijn stijl nog niet gevonden. Alleen in het laatste half uur, wanneer hij politiek-filosofische vraagstukken persoonlijk maakt, overtuigt hij écht.