‘Noord-Koreaanse dwangarbeiders bouwden Nederlandse schepen’

De arbeiders werken via een netwerk van onderaannemers en tussenbedrijven en moeten hun loon (bijna) volledig afstaan.

De haven van Szczecin.
De haven van Szczecin. Foto Jens Kalaene/dpa

Verschillende Nederlandse rederijen en scheepsbouwers hebben samengewerkt met een Poolse scheepswerf die gebruikmaakte van Noord-Koreaanse dwangarbeid. Dat blijkt uit een onderzoek van de Universiteit Leiden, journalistencollectief Why Foundation en De Correspondent. Het geld dat daarmee werd verdiend, stroomde voor het grootste deel naar het regime van de Noord-Koreaanse dictator Kim Jong-un.

De Noord-Koreaanse arbeiders werkten op de werf van scheepsbouwer Partner Stocznia in Szczecin. Daar werd gewerkt aan 33 schepen voor elf Nederlandse bedrijven. Er is onder meer gebouwd aan vier schepen van Boskalis, blijkt uit het onderzoek. Ook Hartman Marine Group en Acta Marine hebben schepen in hun vloot waaraan is gewerkt op de werf waar Noord-Koreanen werden ingezet. Een deel van die schepen werd gebouwd door Shipkits, dat later CIG Shipbuilding ging heten en in 2016 failliet ging.

Uitzendbureau’s

De Shoalway van Boskalis, een van de schepen waar Noord-Koreaanse dwangarbeiders aan meegewerkt zouden hebben. Foto Cherubino /Wikimedia

Partner Stocznia huurde de dwangarbeiders in via het Noord-Koreaanse uitzendbureau Redshield. De Noord-Koreaanse leiding van dat bedrijf zorgt ervoor dat het geld dat de arbeiders verdienen niet volledig wordt uitbetaald, maar wegstroomt naar Pyongyang. Via diplomaten wordt het geld Noord-Korea in gesmokkeld. Zij brengen daarmee harde valuta binnen, met name dollars. Volgens de Verenigde Naties verdienen de ongeveer 50.000 Noord-Koreaanse dwangarbeiders wereldwijd op die manier 1 tot 1,9 miljard dollar.

Naast Partner Stocznia huren ook de Poolse scheepswerven Crist en Nauta Noord-Koreanen in. Die doen dat niet via Redshield, maar via uitzendbureau’s die banden hebben met het Noord-Koreaanse Rungrado Trading Company. Dat bedrijf is volgens de journalisten “de spil in de mondiale export van Noord-Koreaanse dwangarbeiders”, en heeft de beschikking tot “zeker tienduizend” Noord-Koreaanse arbeiders. Volgens de Poolse minister van Arbeid werken in totaal ongeveer vierhonderd Noord-Koreanen in het land.

Uitbuiting

De Noord-Koreaanse dwangarbeiders worden ingehuurd omdat ze veel waar voor hun geld bieden. Ze werken vaak 72 uur per week, zonder pauzes, en hebben vaak hooguit twee dagen paar maand vrij. In ruil krijgen ze soms wat geld voor boodschappen, maar vaak alleen kost en inwoning. Een door het Noord-Koreaanse regime meegezonden opzichter voorkomt dat ze contact hebben met de buitenwereld. Via onderaannemers en andere tussenpartijen worden de werknemers buiten het zicht van de inspectie gehouden.

Volgens de Noord-Koreaanse ambassade in Polen is van dwangarbeid en andere illegale activiteiten geen sprake. Het verhaal zou verzonnen zijn “door departementen voor psychologische oorlogsvoering van Amerikaanse en Zuid-Koreaanse inlichtingendiensten”, liet zij weten aan De Correspondent. VVD-Kamerlid Han ten Broeke heeft Kamervragen gesteld.